spelling groep 8 VD en BN blok 3.4
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "zweven".
Slide 6 - Carte mentale
Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "fietsen".
Slide 7 - Carte mentale
verzenden
De meester heeft de e-mail...........
De meester heeft de e-mail...........
Slide 8 - Question ouverte
opsluiten
De politie heeft de dief..................
De politie heeft de dief..................
Slide 9 - Question ouverte
kopen
De juf heeft een nieuwe jurk...........
De juf heeft een nieuwe jurk...........
Slide 10 - Question ouverte
rijden
Heb jij al over die nieuwe weg...........?
Heb jij al over die nieuwe weg...........?
Slide 11 - Question ouverte
uitkiezen
Het meisje was blij met de................cadeautjes.
Het meisje was blij met de................cadeautjes.
Slide 12 - Question ouverte
snijden
Heerlijk.....die.................plakjes worst!
Heerlijk.....die.................plakjes worst!
Slide 13 - Question ouverte
knippen
De ................haren waren nog nat.
De ................haren waren nog nat.
Slide 14 - Question ouverte
slapen VT
Ik ...................pas heel laat.
Ik ...................pas heel laat.
Slide 15 - Question ouverte
verwisselen VT
De mensen .............hun mondkapjes.
De mensen .............hun mondkapjes.
Slide 16 - Question ouverte
opzetten VT
Pomme ...........haar bril .......
Pomme ...........haar bril .......
