2.3 wat is normaal? Klas 3.4

Jongeren


3. Wat is normaal?
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Jongeren


3. Wat is normaal?

Slide 1 - Diapositive

Programma
Binnenkomst en absentie
Terugblik d.m.v Quiz
Lesdoelen
Uitleg 2.3 Wat is normaal?
Opdrachten maken

Slide 2 - Diapositive

Een ander woord voor beloning en straf is …

Welk woord is weggelaten?
A
aangeleerd
B
eigenschap
C
sanctie
D
imitatie

Slide 3 - Quiz

Zijn de uitspraken juist of onjuist?

1. Boodschappen doen voor je buren is een positieve sanctie.
2. Sancties hebben te maken met sociale controle.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 4 - Quiz

Als normen en waarden een vanzelfsprekend gedeelte van je gedrag zijn geworden, is er sprake van:
A
een sanctie.
B
sociale controle.
C
imitatie
D
internalisatie

Slide 5 - Quiz

Zijn de uitspraken juist of onjuist?

1. Als internalisatie heeft plaatsgevonden, is de socialisatie gelukt.
2. Als normen en waarden geïnternaliseerd zijn, ben je volwassen.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 6 - Quiz

Zijn de uitspraken juist of onjuist?

1. Als een kind een ander kind nadoet, is er sprake van experimenteren.
2. Op de kleuterschool leren kinderen vooral nieuwe dingen door ervaringen.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 7 - Quiz

Je identiteit is een combinatie van je ervaringen en je ...

Welk woord is of welke woorden zijn weggelaten?
A
aangeboren eigenschappen.
B
sociale controle.
C
aangeleerde eigenschappen.
D
kennis

Slide 8 - Quiz

3. Wat is normaal?

Slide 9 - Diapositive

Lesdoelen
Na de les kun je de volgende begrippen uitleggen: tolerantie, asociaal gedrag, puberteit, groepsdruk, generatieconflict.

Je weet dat de waarden en normen van een tijd steeds veranderen. Wat vroeger normaal is, is dat misschien nu niet meer.
Je kunt voorbeelden bedenken bij de begrippen.

Slide 10 - Diapositive

Geel/Blauw

Slide 11 - Diapositive

Groen

Slide 12 - Diapositive

Groen

Slide 13 - Diapositive

Alle kleuren

Slide 14 - Diapositive

Alle kleuren

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Slide 17 - Vidéo

Wat is een voorbeeld van asociaal gedrag wat jij laatst hebt meegemaakt?

Slide 18 - Question ouverte

Groepsnormen
  • Normen en waarden kunnen ook binnen Nederland verschillen. Elke groep heeft zijn eigen gebruiken.

  • Groepsdruk: het gevoel dat je je MOET aanpassen aan de gebruiken van een groep.

  • Pesten is vaak ook een vorm van groepsdruk: "straks ben ik de sjaak"
  • Ook cyberpesten..

Slide 19 - Diapositive

Verschillen met je ouders
  • Generatieconflict: een meningsverschil dat veroorzaakt wordt door een verschil in leeftijd.

  • Dat wat wij normaal vinden en wat vroeger normaal gevonden wordt, verandert ook steeds. Tijd opa en oma is anders dan dat waarin wij nu leven.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Waarom is er in het voorgaande filmpje sprake
van een generatieconflict?

Slide 22 - Carte mentale

Maakopdracht/Huiswerk
Maak paragraaf 3
Groen maakt BK variant online
Geel maakt heel paragraaf 3 (opdr 6 en 10 NIET)
Blauw maakt alles uit het boek

Slide 23 - Diapositive

Lesdoelen
Na de les kun je de volgende begrippen uitleggen: tolerantie, asociaal gedrag, puberteit, groepsdruk, generatieconflict.

Slide 24 - Diapositive