6.2 Bestuiving

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Welkom! Wat wordt van je verwacht bij binnenkomst?

- Kom rustig binnen en ga direct naar je werkplek (klasopstelling).

- Jassen op de gang? Oortjes/kauwgom uit? Tablet blijft in de tas.

- Kletstijd tot timer afloopt of je docent dat aangeeft (stoplicht).

- Werkspullen voor je.

- Start van het leesmoment (lezen theorie uit je lesboek).

Lezen paragraaf 2 tot ... (lees maar lekker door)

Wellicht wil je beginnen bij paragraaf 1, want dat is even geleden.

Thema Voortplanting bij planten

Basisstof 3.  Bestuiving

Herbarium-opdracht

Loop je op schema?

Wat staat je nog te doen deze week?

Zoek dat nu gelijk uit via de Peppels-agenda.

Even herhalen

Wat weet jij nog over 6.1 Bloemen?

Stempel

Stijl

Kroonblad

Meeldraad

Kelk
blad

Stamper

De functie van bloemen is voortplanten.

1. juist
2. onjuist

De meeldraad is het ............... voortplantingsorgaan

1. mannelijk
2. vrouwelijk

Hoe heten de vrouwelijke voortplantingsorganen van een plant?

1. de meeldraden
2. de stamper
3. de kelkbladeren
4. de kroonbladeren

De stempel is een deel van de stamper.

1. juist
2. onjuist

Wat is de functie van de kelkbladeren van de bloem?

1. het aanlokken van insecten
2. het vormen van stuifmeelkorrels
3. het vormen van eicellen
4. het beschermen van de bloem in de knop

Leerdoelen 6.2

Aan het einde van deze les kun je:

- omschrijven wat bestuiving is

- de kenmerken noemen van insectenbloemen en windbloemen

Inleiding

Veel bloemen hebben grote en opvallend gekleurde kroonbladeren.

Daarmee lokken ze insecten.

Insecten komen ook af op de geur en op de nectar.

Nectar is een zoetige stof

Het uitlegfilmpje...

Nectar

Veel bloemen bevatten nectar.

Nectar is een zoet sap.

Met de zoete nectar lokken ze insecten.

Bijen verzamelen nectar en maken er honing van.

Veel mensen vinden honing lekker.

Stuifmeel

Bloemen lokken insecten met opvallend gekleurde bloemen en met nectar.

Insecten zoeken nectar in de bloemen.

Als een insect op de bloem zit, plakken er stuifmeelkorrels aan zijn poten en aan zijn lichaam.

Stuifmeel

Op de afbeelding links zie je een bij die op een bloem is geland.

De bij zit onder het stuifmeel.

Als de bij naar een andere bloem vliegt, neemt hij het stuifmeel mee. Zo komt het stuifmeel op een andere bloem terecht.

Bestuiving

Als stuifmeelkorrels terechtkomen op de stempel van een bloem van dezelfde soort, vindt bestuiving plaats.

Komt stuifmeel op de stempel van een bloem van de andere soort, dan is dat geen bestuiving.

Soorten bestuiving

Verschillende soorten bestuiving:

- insectenbestuiving, 

bij insectenbloemen

- windbestuiving, 

bij windbloemen

Insectenbloemen

insectenbloemen:

- bestuiving door insecten

- grote, opvallend gekleurde kroonbladeren om insecten aan te trekken

- nectar om insecten aan te trekken

- stuifmeelkorrels blijven aan het insect vastplakken als deze naar nectar zoekt

Windbloemen

Bij windbloemen blaast de wind het stuifmeel weg.

Het stuifmeel kan dan bij toeval op een stempel van een bloem van dezelfde plantensoort terechtkomen.

Die kans is klein.

Windbloemen maken dan ook veel stuifmeel in verhouding tot insectenbloemen, om de kans te vergroten.

Windbloemen

Windbloemen zijn vaak klein en onopvallend gekleurd.

De kroonbladeren zijn meestal groen.

De helmknoppen hangen vaak buiten de bloem.

Daardoor kan de wind het stuifmeel gemakkelijk wegblazen. .

Windbloemen

De stempels zijn groot en lijken op de veren van vogels.

Ze steken meestal buiten de bloem uit.

Daardoor is de kans groter dat er stuifmeel op komt

belangrijk

herhalen leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kun je omschrijven wat bestuiving is

- kun je de kenmerken noemen van insectenbloemen en windbloemen

Aan de slag!

Thema 6, basisstof 2 maken

- Alles behalve de plus-opdrachten

- Vul je leerdocument aan.

Experts

Plus-opdrachten / Samenhang

Herbarium-opdracht

Werk verder aan de opdracht en houd je hierbij aan de planning in Peppels.

Klaar?

Leren voor de toets volgende week (Waarneming)