5.4 Samenhang ontdekken

§5.4 Correlatie en causaliteit
-Je kunt onderscheid maken tussen correlatie en causaliteit 
-Je kunt uitleggen wat een interveniërende variabele is en deze in een conceptueel model zetten
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

§5.4 Correlatie en causaliteit
-Je kunt onderscheid maken tussen correlatie en causaliteit 
-Je kunt uitleggen wat een interveniërende variabele is en deze in een conceptueel model zetten

Slide 1 - Diapositive

Pagina 91

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Schets het conceptuele model van de onderzoekers

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe meet je de volgende variabelen?
Kwaliteit van de docent
Leerresultaat van leerlingen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Causaliteit
Causaliteit is een oorzakelijk verband tussen twee variabelen. 


Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Correlatie 
Correlatie is de samenhang 
tussen verschillende variabelen. 

Slide 6 - Diapositive

Een voorbeeld: een verband tussen gemiddelde cijfers en motivatie. Noem daarbij ook het verschil tussen positieve en negatieve correlatie.
Schijncorrelatie 
Er lijkt sprake te zijn van een verband, wat er eigenlijk niet was

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

66,6% correlatie 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

94,7% correlatie 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Correlatie
Causale relatie
De kwaliteit van het lesgeven door een leerkracht kan zorgen voor meer zelfvertrouwen bij een leerling.
Als Pim ouder wordt, groeit hij. Zijn lengte neemt toe tot hij een jaar of zestig is geworden en dan neemt zijn lengte een beetje af.

Slide 10 - Question de remorquage

1. Hierbij gaat het om een verband. Zo kan de kwaliteit van het lesgeven zorgen voor meer zelfvertrouwen bij een leerling wanneer de lesstof duidelijk is voor de leerling en de leerkracht het duidelijk uitlegt. Hierbij gaat het niet per direct om een causale relatie omdat er mogelijk meerdere variabelen een rol spelen en dit niet bij alle leerlingen hoeft te gelden.  

2. Hierbij gaat het om een causale relatie, want de leeftijd van Pim heeft direct invloed op zijn lengte. 
5.4 Samenhang ontdekken
-Je kunt onderscheid maken tussen correlatie en causaliteit
-Je kunt uitleggen wat een interveniërende variabele is en deze in een conceptueel model zetten

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Variabelen
Onafhankelijke variabele
Afhankelijke variabele
De variabele die als oorzaak wordt gezien voor het veranderen van een andere variabele.
De variabele die wordt beïnvloedt door een of meer onafhankelijke variabelen.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Interveniërende variabele
 Het verband tussen de onafhankelijke en de afhankelijke variabele komt tot stand of wordt beïnvloedt door een interveniërende variabele:
 
Onafhankelijke variabele = 
Motivatie 
Afhankelijke variabele = 
Werkprestatie 
Interveniërende variabele = 
Productiviteit 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk een interveniërende variabele bij de relatie aantal uren studeren en cijfer tentamen.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak nu opdracht 16!
Blz. 106 werkboek.

Klaar? Begin vast met opdracht 17 en 19.


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 6
1) Onafhankelijke: aantal verkeersdrempels, Afhankelijke: aantal verkeersongevallen, Interveniërende: gemiddelde snelheid
2) Onafhankelijke: de coronacrisis, Afhankelijke: mate van alcoholgebruik, Interveniërende: mate van sociale druk
3) Onafhankelijke: kwaliteit leerling-docent relatie, Afhankelijke: schoolprestaties leerlingen, Interveniërende: mate van inzet leerlingen
4) Onafhankelijke: sekse, Afhankelijke: stemmen op een rechts-populistische partij, Interveniërende: type sector waarin iemand werkzaam is
5) Onafhankelijke: aantal uren rijles, Afhankelijke: kans op in 1x slagen bij rijexamen, Interveniërende: de mate van bekendheid met omgeving
6) Onafhankelijke: leeftijd, Afhankelijke: salaris, Interveniërende: aantal jaren ervaring.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag 
Maak opdrachten 17 en 19 

Klaar? Vat H5 vast samen en schrijf vragen op!

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions