Les 2 Directe en indirecte bronnen

Welkom! 
Voor de les begint:
Pak een pen en je aantekeningenschrift of google document

Log in op www.lessonup.com  Code staat op het bord
Lees je aantekeningen van de vorige les door tot de les begint
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom! 
Voor de les begint:
Pak een pen en je aantekeningenschrift of google document

Log in op www.lessonup.com  Code staat op het bord
Lees je aantekeningen van de vorige les door tot de les begint

Slide 1 - Tekstslide

Onderdeel
Tijd
Kennisquiz over vorige les
5 minuten
Uitleg directe en indirecte bronnen
20 minuten
Samen oefenen
20 minuten
Weektaak maken
30 minuten
Opdracht nabespreken
10 minuten
Keuze maken voor onderwerp
5 minuten
Planning van les 2: Directe en indirecte bronnen

Slide 2 - Tekstslide

Kennisquiz 

Geschreven en ongeschreven bronnen

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn historische bronnen?

Slide 4 - Open vraag

Wat is het verschil tussen geschreven en ongeschreven bronnen?

Slide 5 - Open vraag

Geschiedeniswerkboek
A
Geschreven bron
B
Ongeschreven bron

Slide 6 - Quizvraag

Kleitablet met spijkerschrift
A
Geschreven bron
B
Ongeschreven bron

Slide 7 - Quizvraag

Prehistorische grotschildering
A
Geschreven bron
B
Ongeschreven bron

Slide 8 - Quizvraag

Prehistorische potten
A
Geschreven bron
B
Ongeschreven bron

Slide 9 - Quizvraag

Video maanlanding
A
Geschreven bron
B
Ongeschreven bron

Slide 10 - Quizvraag

Les 2

Uitleg directe en indirecte bronnen

Slide 11 - Tekstslide

Directe bronnen 
  • Zijn in de tijd waarover ze gaan gemaakt

  • Zijn meestal gemaakt door iemand die zelf bij de gebeurtenis aanwezig was.

Slide 12 - Tekstslide

Directe bronnen
Voorbeelden:

  • Dagboek van Anne Frank
  • Brieven van de Franse koning Lodewijk XVI
  • Meubels uit het paleis van Versailles
  • Filmbeelden van de maanlanding
  • Foto's uit de Eerste Wereldoorlog
  • Interview met iemand die de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt

Slide 13 - Tekstslide

Indirecte bronnen 

  • Zijn gemaakt door iemand die er niet zelf bij was.
(Bijvoorbeeld omdat hij later leefde óf omdat hij ergens anders woonde)

  • Heeft de informatie gekregen via andere bronnen (geschreven of ongeschreven)

Slide 14 - Tekstslide

Indirecte bronnen 
Voorbeelden:

  • Jouw geschiedenisboek
  • Een artikel over Anne Frank op Wikipedia
  • Een documentaire over de de Franse Revolutie
  • Mevrouw Rook wanneer zij uitleg geeft over een historische gebeurtenis

Slide 15 - Tekstslide

Een bron is altijd
geschreven of ongeschreven

+

Directe of indirecte bron

Slide 16 - Tekstslide

Bron

Slide 17 - Tekstslide

Is dit een directe of indirecte bron?
Leg uit waaraan je dat ziet!

Slide 18 - Open vraag

Portret Marten en Oopjen
Schilder: Rembrandt van Rijn 
Wanneer: 1634

Wie staan er op de afbeelding?
  • Marten Soolmans (1613-1643)
  • Oopjen Cobbit (1611-1689)

Slide 19 - Tekstslide

Is dit een directe of indirecte bron?
Leg uit waaraan je dat ziet!

Slide 20 - Open vraag

Weektaak 2
Bronnenonderzoek
(Historisch) persoon
Klaar?
Geef bij elke bron uitleg

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht nabespreken
  • Lever de weektaak in op Classroom 
  • Nog niet klaar? Zorg ervoor dat je de opdracht in je plenda schrijft


Slide 22 - Tekstslide

Keuze maken voor onderwerp
(Vul je keuze in op Classroom)
Vikingen
Jodenvervolging

Slide 23 - Tekstslide

Volgende les
Feiten en meningen

Slide 24 - Tekstslide