05-03 Paragraaf 2 Fictie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Socialiseren

Je pakt je laptop of je boek (methode). Tas op de grond. 

Deze laat je dicht tot na de instructie. 

Lesopbouw

• Cursus 3 Fictie par. 2
• Leerdoelen
• Instructievideo
• Verdere uitleg
• Opdrachten individueel of verlengde instructie

• Evaluatie les
• Opruimen

Leerdoel fictie par. 2

Je kunt personages beschrijven en je leert je inleven in een personage en uitleggen hoe een personage zich voelt.

Instructievideo

Uitleg

Het belangrijkste personage, degene over wie het hele verhaal gaat, is de hoofdpersoon. Van hem of haar weet je altijd wat hij denkt en voelt. Veel verhalen hebben één hoofdpersoon, maar er zijn ook verhalen met meerdere hoofdpersonen. 

De andere personages zijn bijfiguren.

Uitleg

Omdat in verhalen niet alleen wordt beschreven wat personages meemaken, maar ook hoe ze zich voelen, ga je hun gedrag vaak beter begrijpen. Dat noem je inleven.

Hoe noem je alle personen die een rol spelen in een verhaal?

Hoe omschrijf je een hoofdpersoon in een verhaal?

Wat zijn 'bijfiguren' in een verhaal?

Wat betekent 'inleven' in personages?

Wat ga je deze les doen?

Je maakt de opdrachten 1, 2 en 3. 

Evaluatie les

Heb je individueel gewerkt of meegedaan met de verlengde instructie?

Hoe ging deze les?

Opruimen

Schuif je stoel aan.

Wachten op de bel.