Als je suiker en water mengt, lost de suiker op.
Op macroniveau neem je waar dat de vaste suiker verdwijnt. De opgeloste suiker is niet meer zichtbaar.
Op microniveau verklaar je dit als volgt. De suikermoleculen blijven niet meer bij elkaar als ze met de watermoleculen in aanraking komen. De kracht tussen de suikermoleculen onderling is kleiner dan de aantrekkingskracht tussen de water- en de suikermoleculen. Hierdoor komen de watermoleculen tussen de suikermoleculen. Na een tijdje zijn alle suikermoleculen helemaal omringd door watermoleculen. De suikermoleculen bewegen met de watermoleculen door de oplossing heen.