Gram 4.4 einde op -e of -en

H 4.4 Einde op -e of -en
Je weet...
  • wanneer woorden op -e of 
       -en moeten eindigen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H 4.4 Einde op -e of -en
Je weet...
  • wanneer woorden op -e of 
       -en moeten eindigen

Slide 1 - Tekstslide

Programma vandaag
  • Herhalen lesstof vorige les (koppelteken)
  • Uitleg 4.4, -e of -en? + samen oefenen
  •  Zelfstandig werken aan 4.4
  • Les afsluiten met 3 vragen op LessonUp

Slide 2 - Tekstslide

Nog even oefenen

Slide 3 - Tekstslide

Bij welk woord hoort geen koppelteken?
A
het kabinet-Rutte
B
leerling-verpleger
C
boeren-metworst
D
woon-werkverkeer

Slide 4 - Quizvraag

Wel of geen koppelteken?


A
café-restaurant
B
caférestaurant
C
café restaurant

Slide 5 - Quizvraag

Wat is juist?
A
bagage-afdeling
B
bagageafdeling
C
bagage afdeling

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer gebruik je een koppelteken
 in samenstellingen?
Bij voorvoegels, zoals niet-, non-, bijna-, oud-, ex-, aspirant-, adjunct-:
Ex-echtgenoot, adjunct-directeur, leerling-verpleegkundige

Voor de uitspraak: 
Gala-avond, zee-egel, echo-onderzoek

Als een deel van de samenstelling bestaat uit letters, cijfers, tekens of een naam: A4-formaat, mbo-opleiding, &-teken, kabinet-Rutte, 3-jarige

Slide 7 - Tekstslide

Deze woorden schrijf je aan elkaar
Samenstellingen: 
Rugzak, rugzaktoerisme, rugzaktoerismecriminaliteit

Woorden met er-, hier-, daar- en waar- plus voorzetsel:
Daarover, erin, daarnaast, waarmee

Getallen tot en met duizend:
Tweeëndertig, zevenhonderdvijftig



Slide 8 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een koppelteken
 in samenstellingen?
De samenstelling bestaat uit twee gelijkwaardige delen:
Zwart-wit, directeur-eigenaar
Zwart-witfoto, woon-werkverkeer, prijs-kwaliteitverhouding

Aardrijkskundige namen: Noord-Europa, Amsterdam-Zuid, West-Brabant

Vaste combinaties: kant-en-klaarmaaltijd, mond-op-mondbeademing, nek-aan-nekrace, kat-en-muisspel


Slide 9 - Tekstslide

H 4.4 alle of allen?

Slide 10 - Tekstslide

(...) cursisten maken nooit hun huiswerk.
A
Sommige
B
Sommigen

Slide 11 - Quizvraag

De kippen waren (...) ontsnapt.
A
alle
B
allen

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

Even oefenen

Slide 14 - Tekstslide

Hans had twee foto's gemaakt. Ze zijn (...) mislukt.
A
beide
B
beiden

Slide 15 - Quizvraag

Het zijn altijd dezelfde(n) die kritiek hebben op de gang van zaken.
A
dezelfde
B
dezelfden

Slide 16 - Quizvraag

............ bleven de hele nacht blaffen.
A
sommige
B
sommigen

Slide 17 - Quizvraag

Zelfstandig aan de slag
Wat maak je?
Maak van Gram 4.4. Einde op -e of -en
Opdracht 1, 2 en extra opdracht 1

Slide 18 - Tekstslide

Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Hoe vond je eigen houding tijdens de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Heb je het leerdoel behaald?
(Je weet wanneer woorden op -e of
-en moeten eindigen)
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll