Leerdoelen : Ik kan uitleggen hoe het rijk van de Franken ontstond.
Ik kan uitleggen hoe de Franken hun rijk bestuurden.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Leerdoelen : Ik kan uitleggen hoe het rijk van de Franken ontstond.
Ik kan uitleggen hoe de Franken hun rijk bestuurden.
Slide 1 - Tekstslide
Beantwoord de volgende vragen bij de filmpjes die we gaan kijken en bespreek daarna in tweetallen kort je antwoorden. Vul ze eventueel aan.
Schrijf vier dingen op over de persoon Karel de Grote.
Hoe bestuurde Karel de Grote zijn rijk?
Hoe ging Karel de Grote om met het geloof?
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Clovis die christelijk werd
Karel Martel die de moslims versloeg bij Poitiers.
Slide 4 - Tekstslide
Clovis
Clovis was een Frankische koning bij de stam van de Merovingen.
De Franken leefden eerder al in het Romeinse Rijk=> van hen geleerd hoe je goed oorlog moest voeren en een rijk moest besturen. Ook hadden zij de Romeinse grenzen bewaakt en opengezet tijdens de volksverhuizingen.
Clovis maakte van alle Frankische stammen 1 rijk door alle andere koningen te verslaan.
Slide 5 - Tekstslide
Macht, aanzien van de hofmeiers groeide steeds meer.
Oorzaak: zij zorgden voor de bezittingen van de koning en werden rijker, machtiger dan de koningen zelf=> rijkdom gebruikt om krijgsmannen in te huren en zo andere Germaanse volken te verslaan, gebieden in te nemen.
Hofmeier Karel Martel had meer macht dan de koning, hij was degene die echt de macht had en niet de koning. Pippijn de Korte zette in 751 na Chr. de laatste Merovingische koning af=>zelf koning.
Slide 6 - Tekstslide
Karolingen enKarel de Grote (768-814 na Chr.)
Karel de Grote was de machtigste van alle Frankische koningen.
Hij voerde veel oorlogen, veroverde veel gebieden. Hij vocht tegen de Longobarden, Saksen en moslims.
Hij dwong mensen om christelijk te worden, zelfs met geweld, 'met het zwaard werd het geloof verspreid'.
Hij werd gezien als beschermer van de Kerk=> werd in 800 tot keizer gekroond door de Paus.
Slide 7 - Tekstslide
A: Leg met een voorbeeld uit hoe de familie van Karel de Grote aan de macht kwam. B: Leg uit hoe Karel de Grote zijn rijk groter maakte en hoe hij het christendom verspreidde.
Slide 8 - Open vraag
Te doen
Maken werkboek par 4.2 vraag 17, 18, 21,22.
Mag: maken succescriteria, cornell schema/ flashcards/ 4.8 afsluiting/ oefentoetsen maken par. 4.2
Slide 9 - Tekstslide
Leerdoel: Ik kan uitleggen hoe Karel de Grote zijn rijk bestuurde.
Slide 10 - Tekstslide
Vraag
Schrijf op je wisbordje 2 dingen op die je weet over Karel de Grote.
Slide 11 - Tekstslide
Karel de Grote en het bestuur van zijn rijk, maatregelen.
Zijn rijk was te groot om zelf overal het bestuur te controleren. Gevolg: hij stuurde ‘zendgraven’ het land in. Zij controleerden of de rechters en bestuurders hun werk goed deden.
Hij liet zilveren munten slaan om de handel te vergroten.
In zijn paleizen kwamen geleerden uit heel Europa, alle kerken en kloosters moesten een school hebben. Voor goede priesters en bestuurders.
Bij het paleis in Aken liet hij een kerk in de stijl van de Byzantijnse keizer bouwen, om zo zijn aanzien te verhogen.
Slide 12 - Tekstslide
Leenstelsel/feodalisme. Bestuur van het rijk.
Krijgsmannen, waren in dienst van de koning en hadden een eed van trouw aan hem afgelegd.
Buit van oorlog werd onder deze krijgsmannen verdeeld=> deze vazallen betaalden hun uitrusting (paard en een maliënkolder) zelf.
Om die uitrusting te betalen gaven de koningen een stuk grond in leen aan de vazallen=> grond bleef wel van de koning.
Slide 13 - Tekstslide
opdracht feodalisme
Ga in tweetallen het schema invullen van het feodalisme.l
Gebruik het laatste kopje van 4.2 het Bestuur in het rijk in je boek.
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Nadelen feodalisme/leenstelsel
Leenmannen gingen leen als eigen bezit zien en doorgeven aan oudste zoon=> gevolg koning kreeg minder macht
Eed van trouw werd niet meer aan de koning gegeven, maar aan de leenheer boven de vazal/leenman door het leen steeds verder uit te lenen=> gevolg koning kreeg minder macht.
Slide 16 - Tekstslide
Leg uit welke verbeteringen Karel de Grote invoerde.
Slide 17 - Open vraag
Te doen
Maken werkboek par 4.2 vraag 23,24,28 t/m 32.
Mag: maken succescriteria, cornell schema/ flashcards/ 4.8 afsluiting/ oefentoetsen maken par. 4.2