thema 6 BS2 Afweer

Specifieke afweer
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Specifieke afweer

Slide 1 - Tekstslide

6.2 Afweer - Specifieke afweer
Leerdoel:
  • Je kunt de werking van de interne specifieke afweer beschrijven aan de hand van BINAS 84 L.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Verdediging in 3 linies: 

Slide 4 - Tekstslide

Wat weten jullie nog over interne, aspecifieke afweer?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Video

Verdediging in 3 linies: 
1e linie: huid, slijmvliezen maag
Doel: ziekteverwekker buiten houden

2e linie: aangeboren (aspecifieke) afweer  - fagocyten 
Doel: alles wat in het lichaam zit en lichaamsvreemd is moet dood

3e linie: verworven (specifieke) afweer - lymfocyten 
Doel: aanval tegen een specifieke ziekteverwekker 

Slide 7 - Tekstslide

Wat was ook alweer een APC?

Slide 8 - Open vraag

Start specifieke afweer
Specifieke afweer wordt gestart doordat een APC in lymfe komt. Hierdoor wordt de specifieke afweer geactiveerd.

  • Het specifieke afweer bestaat uit lymfocyten
  • De lymfocyten gaan zich delen

Slide 9 - Tekstslide

Specifieke afweer
  • bestaat uit lymfocyten: T-cellen en B-cellen
  • meeste lymfocyten zit in de lymfeknopen en de milt
  • telkens gericht op één type ziekteverwekker
  • komt bij eerste infectie traag op gang

Slide 10 - Tekstslide

T-lymfocyten
  • rijping in Thymus
  • geactiveerde T-cellen gaan zich delen en vernietigen de geïnfecteerde cellen
  • vormen T-geheugencellen

Slide 11 - Tekstslide

geïnfecteerde cel vernietigen (T-cel)

Slide 12 - Tekstslide

De specifieke afweer samengevat.

Bestudeer ook: BINAS 84-L2


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Na activatie van een B-cel

1) Eerst zal deze B-cel delen. Deze B-cel heeft namelijk de juiste specifieke receptor. We hebben deze T-cel in grote aantallen nodig

Een geactiveerde B-cel heeft de volgende functie
Antistofproductie

Een geactiveerde B-cel zal antistoffen gaan maken. Dat zijn eiwitten die specifiek het antigeen kunnen herkennen. Deze antistoffen maken de ziekteverwekker onschadelijk
antistof molecuul
antistof molecuul
antistof molecuul
antigeen specifiek deel
algemeen deel

Slide 15 - Tekstslide

Antistoffen doden ziekteverwekkers NIET. Ze neutraliseren ze alleen maar.
Dat doen ze door met hun antigeenspecifieke delen de antigenen op de ziekteverwekker volledig af te dekken.

De ziekteverwekker kan niets meer. 
Fagocyten ruimen vervolgens de geneutraliseerde ziekteverwekkers op.

Slide 16 - Tekstslide

B-lymfocyten
  • rijping in Beenmerg
  • geactiveerde B-cellen zich delen en maken antistoffen. Door de vorming van antigeen-antistof complex wordt ziekteverwekker onschadelijk.
  • vormen B-geheugencellen

Slide 17 - Tekstslide

antistoffen (B-cel)
Door het antigeen-antistof complex kan de ziekteverwekker geen cel meer infecteren. 

Slide 18 - Tekstslide

Na de infectie bestreden is zal een klein deel van de actieve B- en T-cellen achterblijven.

Deze cellen worden geheugencellen genoemd.

De cellen hebben 'onthouden' welke antigeenspecifieke moleculen het beste werken tegen deze ziekteverwekker.

Bij een tweede infectie hoeven deze cellen niet eerst worden gemaakt. Je afweersysteem reageert veel sneller.

Slide 19 - Tekstslide

De specifieke afweer samengevat.

Bestudeer ook: BINAS 84-L2


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Na de eerste infectie: 
  • De plasmacellen verdwijnen, alleen de geheugencellen blijven achter.
  • Bij een nieuwe infectie: geheugencellen kunnen bij een volgende infectie antigeen meteen herkennen en een snelle reactie tot stand brengen. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Een lymfocyt..
A
fagocyteert ziekteverwekkers
B
gaat uit de haarvaten om in de weefsels te vreten
C
wacht in een lymfeknoop tot hij geactiveerd wordt

Slide 24 - Quizvraag

Welke cel produceert antistoffen?
A
Macrofaag
B
B-lymfocyt
C
Fagocyt
D
T-lymfocyt

Slide 25 - Quizvraag

Welk type bloedcel zorgt ervoor dat je immuun bent?
A
bloedplaatjes
B
cytokine
C
macrofaag
D
geheugencel

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Inhoeverre heb je het onderstaande lesdoel behaald?
- Je kunt de werking van de interne specifieke afweer beschrijven aan de hand van BINAS 84L.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Aan de slag!
  • Lezen paragraaf 6.2 helemaal
  • Bekijk BiNaS 84I
  • Maak de LessonUp vragen AFWEER

Slide 29 - Tekstslide