Wanneer de specifieke afweer wordt geactiveerd tijdens een infectie worden geheugenvellen gevormd (Th, Tc en B geheugencellen).
Bij een volgende infectie met dezelfde ziekteverwekker (hetzelfde antigeen) komt de specifieke afweer sneller en sterker op gang.
Slide 17 - Tekstslide
Antistoffen
De afweer reactie is de meten aan de hand van de hoeveelheid antistoffen in het bloed.
Antistoffen heten ook wel immunoglobuline.
Antistoffen die afkomstig van één (gekloneerde) B cel, en dus tegen één antigeen werken heten monoklonale antistoffen.
Slide 18 - Tekstslide
Immuniteit
Bij een tweede (of volgende) infectie komt de afweer zo snel op gang dat je minder/ niet ziek wordt.
Slide 19 - Tekstslide
Immuniteit
Deze vorm van immuniteit heet natuurlijke, actieve immuniteit.
Natuurlijk: de immuniteit is ontstaan doordat je de infectie een keer hebt doorgemaakt.
Actief: het immuun systeem heeft zelf antistoffen gemaakt.
Slide 20 - Tekstslide
Moeder op kind
Vóór de geboorte geeft de moeder via de placenta antistoffen aan haar ongeboren kind. Het kind wordt dus geboren met antistoffen en is dus (tijdelijk!) immuun. Deze vorm van immuniteit heet natuurlijke, passieve immuniteit.
Natuurlijk: de antistoffen zijn op een natuurlijke manier in het lichaam gekomen.
Passief: het kind heeft de antistoffen niet zelf gemaakt.
Slide 21 - Tekstslide
Vaccinatie
Door dode of verzwakte (delen van) ziekteverwekkers in te spuiten kun je óók de specifieke afweer activeren en geheugencellen laten vormen. Een persoon is daarna immuun en kan de infectie niet meer krijgen.
Deze vorm heet actieve, kunstmatige immuniteit.
Kunstmatig: je de antigenen kunstmatig verkregen.
Actief: je lichaam heeft zelf de antistoffen gemaakt.
Slide 22 - Tekstslide
Antiserum
Door een (verzwakte/ dode) ziekteverwekker in te spuiten bij een dier en daarna het bloedplasma te isoleren (antiserum) kun je antistoffen isoleren tegen een bepaalde ziekteverwekker en deze inspuiten bij een patiënt. Dit heet kunstmatige, passieve immuniteit.
Kunstmatig: je hebt de immuniteit kunstmatig verkregen.
Passief: je lichaam heeft niet zelf de antistoffen gemaakt.