2.5 Links en rechts

Democratie

Stroming:              Liberalen           Confessionelen           Socialisten 
Politieke partij:   Liberale Unie.         ARP.  RKSP.                SDB. SDAP. 
Bevolkingsgroep: Rijkeren.  Protestantse
                                                         kleine luyden.  Katholieken. (0,5p) Arbeiders. (0,5p) Arbeiders. (0,5p)
Stichter/Leider Thorbecke. (0,5p) Kuyper. (0,5p) Schaepman. (0,5p) Domela Nieuwenhuis. (0,5p) Troelstra. (0,5p)

Wat zou jij stemmen?
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

Democratie

Stroming:              Liberalen           Confessionelen           Socialisten 
Politieke partij:   Liberale Unie.         ARP.  RKSP.                SDB. SDAP. 
Bevolkingsgroep: Rijkeren.  Protestantse
                                                         kleine luyden.  Katholieken. (0,5p) Arbeiders. (0,5p) Arbeiders. (0,5p)
Stichter/Leider Thorbecke. (0,5p) Kuyper. (0,5p) Schaepman. (0,5p) Domela Nieuwenhuis. (0,5p) Troelstra. (0,5p)

Wat zou jij stemmen?

Slide 1 - Tekstslide

Wat zou jij stemmen?

Slide 2 - Woordweb

Liberalen
Katholieken
Protestanten
Socialisten
Thorbecke
Kuyper
Schaepman
Troelstra
SDAP
ARP
Liberale unie
RKSP
Arbeiders
Kleine luyden
Rijkeren
Census-kiesrecht
Algemeen kiesrecht

Slide 3 - Sleepvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

De minister-president is tevreden, want twee grote conflicten zijn opgelost en iedereen heeft zijn zin gekregen. Hij deelde als het ware cadeautjes uit.

De leider van de protestanten is blij met zijn ‘cadeau’: voortaan betaalt de overheid ook het bijzonder onderwijs.
Op dit cadeau staat ‘bijz. school’.
De socialisten zijn erg blij met de Pacificatie van 1917.
Aletta Jacobs is verdrietig, want 
zij krijgt niet wat ze wilde hebben.
1
2
3
4
5

Slide 7 - Sleepvraag

Democratie

Stroming:              Liberalen           Confessionelen           Socialisten 
Politieke partij:   Liberale Unie.         ARP.  RKSP.                SDB. SDAP. 
Bevolkingsgroep: Rijkeren.  Protestantse
                                                         kleine luyden.  Katholieken. (0,5p) Arbeiders. (0,5p) Arbeiders. (0,5p)
Stichter/Leider Thorbecke. (0,5p) Kuyper. (0,5p) Schaepman. (0,5p) Domela Nieuwenhuis. (0,5p) Troelstra. (0,5p)

2.5 Links en rechts

Slide 8 - Tekstslide

Na deze les moet je

  • linkse en rechtse standpunten kunnen herkennen;
  • partijen kunnen indelen in links en rechts;
  • je eigen standpunt kunnen bepalen: denk je meer links of meer rechts?

Slide 9 - Tekstslide

Politieke partijen

Slide 10 - Tekstslide

LINKS
  • Progressief
  • Nadruk op gelijkheid
  • Grote taak voor de overheid
  • Optimistische mensvisie
  • Democratisch
  • Voorbeeld: meer geld voor ontwikkelingshulp, minder voor defensie.
RECHTS
Conservatief
Nadruk op vrijheid
Kleine taal voor de overheid
Geen optimistische mensvisie
Tikje autoritair
Voorbeeld: minder geld voor ontwikkelingshulp, meer voor defensie.

Slide 11 - Tekstslide

Let op:

Een partij kan bij het ene politieke onderwerp links zijn en bij het andere rechts

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Politieke stromingen


Indeling van politieke partijen volgens een waarde: vrijheid, gelijkheid of geloof

Slide 15 - Tekstslide

De rijkeren moeten meer belasting betalen.
A
Links
B
Rechts

Slide 16 - Quizvraag

De NS moet weer een overheidsbedrijf worden.
A
Links
B
Rechts

Slide 17 - Quizvraag

Nederland moet geen asielzoekers meer toelaten.
A
Links
B
Rechts

Slide 18 - Quizvraag

Sociaal-democratie

  • Mensen zijn gelijkwaardig


  • Actieve rol van de overheid: mensen helpen die niet voor zichzelf kunnen zorgen


  • Meer gelijkheid tussen mensen (ook in lonen)


Slide 19 - Tekstslide

Christen-democratie

  • Katholiek/protestant


  • Bijbelse waarden


  • De aarde ook voor onze kinderen


  • Naastenliefde


Slide 20 - Tekstslide

Liberalisme

  • Persoonlijke vrijheid


  • Passieve rol van de overheid: zo min mogelijk bemoeien met de mensen


  • Weinig regels voor de economie

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Vrijdag

Kijk 2.4 (vraag 1 en 2) goed na.
Maak van 2.5 vraag 1, 4 en 11.

17 juni: SO 2.1, 2.2, 2.3
19 juni: formatieve toets hoofdstuk 2.

Slide 29 - Tekstslide