Bezittelijk voornaamwoord

Bezittelijk voornaamwoord
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
In de vorige les heb je geleerd wat een persoonlijk voornaamwoord is.

Slide 2 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 3 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 4 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden
Die appel is van mij.
Die auto is van jou.
Het idee is van hem.
De vakantie is van ons.
Het werkstuk is van hen.
Mijn appel.
Jouw auto.
Zijn idee.
Onze vakantie.
Hun werkstuk.

Slide 6 - Tekstslide

Wat kun je doen?
  1. Extra uitlegfilmpjes bekijken (Link in LessonUp).
  2. Extra uitleg lezen (Link in LessonUp).
  3. Oefeningen maken (Link in LessonUp).
  4. Oefeningen maken in Numo (Bezittelijk voornaamwoord).

Slide 7 - Tekstslide

Oefenen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

Slide 11 - Link

Slide 12 - Link

Slide 13 - Link

Extra uitleg

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Uitlegfilmpje

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Wat heb je geleerd?

Slide 20 - Woordweb