KCV Introductie tragedie en komedie: Forum hst. 2

Toneel in de oudheid
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
KCVMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Toneel in de oudheid

Slide 1 - Tekstslide

Doel lessonup:
  • Je leert over de Grote Dionysia
  • Je leert de onderdelen van het theater
  • Je leert de kenmerken van de tragedie
  • Je leert de belangrijkste drie Griekse tragedieschrijvers kennen
  • Je leert wat de filosoof Aristoteles zei over tragedies
  • Je leert de kenmerken van de komedie
  • Je leert de belangrijkste Griekse en Latijnse komedieschrijvers kennen

Slide 2 - Tekstslide

De Grote Dionysia
Organisatie
  • Toneelfestival in Dionysustheater (Athene, 5e eeuw v. Chr.)
  • 5 dagen eind maart (lente / extra publiek)
  • Voor iedereen toegankelijk
  • Wedstrijd
  • Subsidie & sponsoring

Slide 3 - Tekstslide

Aan de voet van de Akropolis
17.000 zitplaatsen (330 v.Chr.)
Theater van Dionysus

Slide 4 - Tekstslide

De Grote Dionysia
Organisatie
  • Dag 1         Beeld van Dionysus naar theater

  • Dag 2-4    3 dagen met tragedies
                          Elke dag trilogie + satyrspel van 1 auteur
                          Elke dag afgesloten met 1 komedie

  • Dag 5        Optocht, offers & prijsuitreiking


Slide 5 - Tekstslide

De Grote Dionysia
Toneelstukken
  • 900 tragedies, 300 komedies (5e/4e eeuw)
  • Weinig tot geen reprises
  • Slechts 44 werken van 4 auteurs overgeleverd


       Aeschylos, Sophocles, Euripides     (tragedie)

      Aristophanes                                             (komedie) 


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Special effects
  • Deus ex machina
  • Ekkuklema
  • Geluidseffecten
  • Afspraak: 
  • van links: van buiten de stad
  • van rechts: uit de stad

Slide 9 - Tekstslide

theatron
orchestra
skene
proskenion
parados
verkleedruimte
toegangsweg
zitplaatsen
ronde plek
podium

Slide 10 - Sleepvraag

opbouw tragedie
  • proloog
  • parodos
  • epeisodion
  • stasimon
  • herhaling epeisodion + stasimon
  • exodos 

Slide 11 - Tekstslide

Ontstaan tragedie
(waarschijnlijk)
  •  dithyrambe (koorlied voor Dionysos)
  • zang- en danswedstrijden
  • prijs: bokje (tragos)
  • solospeler
  • nog twee acteurs

Slide 12 - Tekstslide

Acteurs
- altijd mannen
- maximaal drie sprekende acteurs: verschillende rollen
- maskers
- kleding
- figuranten

Slide 13 - Tekstslide

Personages
- identificatie van toeschouwers met personages
- katharsis: emotionele zuivering, bevrijding van emoties
- phobos: angst
- eleos: medelijden
- koor + muzikanten: voorzichtig, wijs, leeft mee met hoofdpersoon, reageert op gebeurtenissen, enz.
- bodeverhaal: belangrijk en populair

Slide 14 - Tekstslide

Plot
- geen toeval of onwaarschijnlijkheid
- plot is belangrijker dan karakter
- hamartia: falen door verkeerde beslissing
- peripetie: omslag van geluk naar ongeluk
- hybris: overmoed, de grens overschrijden
- anagnorisis: personage ontdekt eigen fout
- dramatische ironie: toeschouwer weet meer dan personage

Slide 15 - Tekstslide

Zet de onderdelen van een tragedie in de goede volgorde.
epeisodion
exodos
proloog
stasimon
parodos

Slide 16 - Sleepvraag

Wat is hybris?
A
Opvoering van een zeeslag
B
Tragedie met veel thema's
C
Een solo
D
Hoogmoed t.o.v. goden

Slide 17 - Quizvraag

plot
hybris
katharsis
phobos
eleos
dramatische ironie
hamartia
peripeteia
anagnorisis
omkeer in geluk
medelijden
verhaal
ontdekking/openbaring over het lot/de toekomst
misstap
angst
overmoed
toeschouwer weet meer dan hoofdpersoon
emotionele reiniging

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slag bij Salamis (480)
Aeschylus vocht in deze beroemde zeeslag tegen de Perzen mee, Sophocles zong als jongeman in het overwinningskoor en Euripides zou op de dag van deze strijd geboren zijn…

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Wat is de juiste chronologische volgorde?
A
Sophocles, Aeschylus, Euripides
B
Euripides, Aeschylus, Sophocles
C
Aeschylus, Sophocles, Euripides
D
Aeschylus, Euripides, Sophocles

Slide 27 - Quizvraag

Wie was de auteur van de enige bewaard gebleven tragedie met een historisch onderwerp?
A
Aeschylus
B
Sophocles
C
Euripides

Slide 28 - Quizvraag

Van welke Griekse tragediedichter zijn de meeste tragedies overgeleverd?
A
Aeschylus
B
Sophocles
C
Euripides

Slide 29 - Quizvraag

Wat kan de reden zijn van het blijven bestuderen / opvoeren van klassieke tragedies?

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Video

Poetica
  • Aristoteles (384-322)
  • Grieks filosoof
  • Handboek van o.a. tragedie

      > mimesis (uitbeelding)
      > mythos (plot)
      > katharsis (reiniging)

Slide 32 - Tekstslide

Poetica
Drie eenheden
  1. Plaats                    (cf. bodeverhaal)
  2. Tijd                          (1 etmaal)
  3. Handeling            (karakter < plot)


Aristoteles beschrijft zelf alleen de eenheid van handeling, logisch gevolg eenheid van tijd, eenheid van plaats was praktisch


  * Plot: hamartia --> peripeteia


Slide 33 - Tekstslide

De Komedie
  • Komos  (feestelijke optocht voor Dionysius)
  • Revue met zang, dans, toneel
  • Woordgrappen, satire, maatschappijkritiek
  • Bizarre kostuums

Slide 34 - Tekstslide

Griekse Oude Komedie
vaste structuur:
  • parodos: door 24-delig koor (vaak gek gekleed en waar het stuk naar vernoemd is). Veel dansen en muziek.
  • agon: woordenwisseling tussen acteurs met fantastische plot elementen en snelle scènewisselingen
  • parabasis: koor spreekt direct tegen het publiek en spreekt als de schrijver. 
  • exodos: koor doet nog een optreden met liederen en dans

Slide 35 - Tekstslide

Griekse Oude Komedie
  • grappig, maar ook kritiek! volkomen absurde situaties
  • gebruikt elementen uit religie, maar niet over mythes
  • tijdens de Grote Dionysia 
  • alleen mannen op het toneel, met maskers en kostuums andere rollen
  • drie acteurs voor alle spreekrollen, de rest is koor (soms als dieren)
  • meerdere rollen, snelle veranderingen, herkenbare kostuums en maskers 
  • maar 11 bewaard gebleven! ( van Aristophanes)

Slide 36 - Tekstslide

Griekse Nieuwe Komedie
  • grappig, maar niet meer politiek of absurd
  • dagelijks leven en relaties
  • tijdens de Grote Dionysia 
  • vaste typetjes
  • slapstickachtige grappen
  • maar 1 bewaard gebleven! ( van Menander)

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Romeinse Komedie
  • grappig
  • maakt nooit tijdgenoten belachelijk: tegen dignitas
  • bekende schrijvers: Plautus en Terentius
  • Plautus geïnspireerd door Menander 
  • ongeveer 26 bewaard gebleven! (20 van Plautus, 6 van Terentius)

Slide 39 - Tekstslide

Combineer de juiste schrijver met de juiste periode
Terentius
Plautus
Menander
Aristophanes
Romeinse komedie
Romeinse komedie
Griekse oude komedie
Griekse nieuwe komedie

Slide 40 - Sleepvraag

Einde lessonup!

Slide 41 - Tekstslide