In deze les zitten 43 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 7.5 Een populatie vol allelen
Slide 1 - Tekstslide
Doel 7.5
11. Je legt uit hoe allelfrequenties in een instabiele populatie veranderen.
12. Je berekent genotype- en allelfrequenties in een stabiele populatie met behulp van de regels van Hardy-Weinberg.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Populatie genetica - instabiele populaties
Door allerlei oorzaken kan in de loop van de tijd de genetische samenstelling van een populatie veranderen.
-> migratie
-> toeval
-> natuurlijke selectie
Slide 4 - Tekstslide
Populatie genetica - instabiele populaties
Genetische samenstelling in de populatie kun je bekijken door te kijken naar:
Allelfrequentie: hoe veel komt een bepaald allel voor?
Genotypefrequentie: hoe vaak komt een bepaald genotype voor?
Slide 5 - Tekstslide
Allelfrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie
130 * AA
60 * Aa
10 * aa
Wat is de allelfrequentie van A en van a?
Slide 6 - Tekstslide
Allelfrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie
130 * AA
60 * Aa
10 * aa
Frequentie A is 320 van de 400 en 320/400 = 0,8
Frequentie a is 80 van de 400 en 80/400 = 0,2
Slide 7 - Tekstslide
Genotypefrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie
130 * AA
60 * Aa
10 * aa
Frequentie AA is 130 van de 200 dus 130/200 = 0,65
Frequentie Aa is 60 van de 200 dus 60/200 = 0,3
Frequentie aa is 10 van de 200 dus 10/200 = 0,05
Slide 8 - Tekstslide
Genotypefrequentie
Bijvoorbeeld allel voor groene erwten (A) en gele erwten (a).
AA: 0,7 (= 70%)
Aa: 0,25 (= 25%)
aa: 0,05 (= 5%)
Nu kun je de allelfrequentie bepalen.
Slide 9 - Tekstslide
Allelfrequentie
Bijvoorbeeld allel voor groene erwten (A) en gele erwten (a).
AA: 0,7 dus 0,7 A
Aa: 0,25 dus 0,125 A + 0,125 a
aa: 0,05 dus 0,05 a
Totaal 0,825 A (= 82,5%) en 0,175 (= 17,5%) a
Slide 10 - Tekstslide
Allelfrequenties veranderen
Door gene flow:
Het mixen van allelen tussen populaties door migratie
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht omlaag
Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog
Slide 13 - Tekstslide
Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)
Bijvoorbeeld bij voortplanting in kleine populatie.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog
Slide 16 - Tekstslide
Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)
Bijvoorbeeld door het flessenhals effect.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Catastrofe
Slide 19 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog
Slide 20 - Tekstslide
Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)
Bijvoorbeeld door het founder effect.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht lager
Slide 24 - Tekstslide
Allelfrequenties veranderen
Door natuurlijke selectie (geen toeval!):
Veranderingen in de genetische samenstelling van een populatie als gevolg van een verschillende fitness.
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht omlaag
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog
Slide 32 - Tekstslide
Stabiele populaties
Geen natuurlijke sectie
Geen migratie
Grote populatie (dus geen genetic drift)
Geen mutaties
Dan: Hardy-Weinberg evenwicht
Slide 33 - Tekstslide
Hardy Weinberg formule
Ik noem de allelfrequentie van het
dominantie allel p.
Ik noem de allelfrequentie van het
recessieve allel q.
Dan is p + q = 1.
Slide 34 - Tekstslide
Hardy Weinberg formule
Stel een nieuw individu wordt geboren
in een populatie waarin geldt
p + q = 1.
Wat is dan de kans dat dit individu
genotype AA heeft? En Aa? En aa?
Slide 35 - Tekstslide
Hardy Weinberg formule
Een individu in een populatie heeft
kans p op A en kans q op a.
De kans op AA is dan p*p = p2
De kans op Aa (plus aA) is dan 2*p*q
De kans op aa is dan q*q = q2
Én p2 + 2pq + q2 = 1
Slide 36 - Tekstslide
Hardy Weinberg formule
genotypefrequentie AA is p2
genotypefrequentie Aa is 2pq
genotypefrequentie aa is q2
Slide 37 - Tekstslide
Hardy Weinberg evenwicht
Als er in een populatie géén sprake is van geneflow, genetic drift en natuurlijke selectie of mutaties dan blijven de allelfrequentie en genotypefrequenties over de generaties hetzelfde.
Dan mag je ook uitgaan van p + q = 1 en p2 + 2pq + q2 = 1
Slide 38 - Tekstslide
Gebruik wet Hardy-Weinberg
Berekenen allelfrequenties vanuit genotype frequenties en andersom
Aantonen of een populatie voldoet aan de wet of niet door te kijken of de allelfrequentie verandert per generatie
Slide 39 - Tekstslide
Opdracht 1
Bij schapen komt een witte vacht tot stand onder invloed van het dominante gen H en een zwarte vacht door het recessieve gen h. Uit een kudde schapen in Idaho werd een steekproef van 900 schapen genomen. Van deze schapen hadden er 891 een witte vacht en 9 een zwarte vacht. Op deze populatie is de regel van Hardy Weinberg van toepassing.
Bereken de frequentie van allel H in deze populatie.
Slide 40 - Tekstslide
Opdracht 1 uitwerking
H = wit allel, h = zwart allel
HH = wit fenotype, Hh = is wit fenotype, hh = is zwart fenotype
genotypefrequentie hh = 9 / 900 = 0,01
q2 = 0,01
q = 0,1 = allelfrequentie h
Omdat p + q = 1
p= 0,9 = allelfrequentie H
Slide 41 - Tekstslide
Doel 7.5
11. Je legt uit hoe allelfrequenties in een instabiele populatie veranderen.
12. Je berekent genotype- en allelfrequenties in een stabiele populatie met behulp van de regels van Hardy-Weinberg.