Vragen Martialis 3 t/m 22
1 / 12
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
II Galla
1 Das numquam, semper promittis, Galla, roganti
2 si semper fallis, iam rogo, Galla, nega.
Vraag 4: Wat is de clou?
1 Das numquam, semper promittis, Galla, roganti
2 si semper fallis, iam rogo, Galla, nega.
Vraag 4: Wat is de clou?
Slide 2 - Open vraag
Vraag 9 Welke woorden lijken inhoudelijk op elkaar?
nocte
quater
una
quattuor
annis
semel
Slide 3 - Sleepvraag
Vraag 10 Welke woorden lijken grammaticaal op elkaar?
una
nocte
quater
annis
quattuor
semel
Slide 4 - Sleepvraag
Vraag 11 Welke stijlfiguur herken je in de tweede regel van gedicht V?
Slide 5 - Open vraag
VI Paula
1 Nubere Paula cupit nobis, ego ducere Paula
2 nolo: anus est. vellem, si magis esset anus.
Vraag 12 Welk stereotype komt hier aan bod?
1 Nubere Paula cupit nobis, ego ducere Paula
2 nolo: anus est. vellem, si magis esset anus.
Vraag 12 Welk stereotype komt hier aan bod?
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
r16 waarmee is het boekje gladgemaakt? Noem het Latijn.
Slide 8 - Open vraag
r16 cultum
Waarmee congrueert dit woord?
Waarmee congrueert dit woord?
A
rasum
B
denaris
C
quinque
D
Martialem
Slide 9 - Quizvraag
r18 Sapis
Waarom is Lupercus verstandig?
Waarom is Lupercus verstandig?
Slide 10 - Open vraag
Vraag 21 Op welke punten heeft Vincent Hunink de tekst niet gevolgd?
Slide 11 - Open vraag
vraa 22 Welk punt wil Martialis maken met dit gedicht?
