Werken op de intensive care afdeling

Werken op de intensive care afdeling

Leerdoelen

Aan het eind van de les kan je de werkzaamheden van een intensive care verpleegkundige benoemen.

Deel het leerdoel aan het begin van de les met de studenten.

Wat weet jij al over het werken op een intensive care afdeling?

Wat is een intensive care afdeling?

Een intensive care afdeling is een afdeling in het ziekenhuis waar patiënten terecht komen die zeer intensieve zorg nodig hebben.

Leg uit wat een intensive care afdeling is en vraag of studenten voorbeelden kunnen noemen.

Welke patiënten liggen er op de intensive care?

Patiënten die op de intensive care liggen hebben vaak ernstige aandoeningen, zoals hartfalen, longziekten of ernstige infecties.

Benadruk dat de patiënten op de intensive care vaak zeer ziek zijn.

Wat doet een intensive care verpleegkundige?

Een intensive care verpleegkundige verzorgt patiënten die op de intensive care liggen. Ze monitoren de vitale functies, geven medicatie en zorgen voor wondverzorging.

Vertel wat een intensive care verpleegkundige doet en waarvoor ze verantwoordelijk zijn.

Welke kennis moet een intensive care verpleegkundige hebben?

Een intensive care verpleegkundige heeft kennis van anatomie, fysiologie, farmacologie en medische apparatuur.

Leg uit welke kennis belangrijk is voor een intensive care verpleegkundige.

Welke vaardigheden moet een intensive care verpleegkundige hebben?

Een intensive care verpleegkundige moet stressbestendig zijn, goed kunnen communiceren en snel kunnen handelen in een noodsituatie.

Beschrijf de vaardigheden die nodig zijn voor een intensive care verpleegkundige.

Welke eigenschappen moet een intensive care verpleegkundige hebben?

Een intensive care verpleegkundige moet empathisch, geduldig en professioneel zijn.

Beschrijf de eigenschappen die een intensive care verpleegkundige moet hebben.

Hoe ziet een werkdag van een intensive care verpleegkundige eruit?

Een werkdag van een intensive care verpleegkundige is heel afwisselend. Ze hebben te maken met verschillende patiënten en werken vaak in een team.

Leg uit hoe een werkdag van een intensive care verpleegkundige eruit kan zien.

Welke werkvormen gebruikt een intensive care verpleegkundige?

Een intensive care verpleegkundige gebruikt onder andere observatie, rapportage, interventies en multidisciplinair overleg als werkvormen.

Beschrijf de werkvormen die een intensive care verpleegkundige gebruikt.

Wat is een multidisciplinair team?

Een multidisciplinair team bestaat uit verschillende zorgprofessionals die samenwerken om de best mogelijke zorg te bieden aan de patiënt.

Leg uit wat een multidisciplinair team is en waarom het belangrijk is voor de zorg van de patiënt.

Welke medische apparatuur wordt gebruikt op de intensive care?

Op de intensive care wordt onder andere gebruik gemaakt van beademingsapparatuur, hartmonitoring en infuuspompen.

Beschrijf welke apparatuur er gebruikt wordt en waarvoor het dient.

Welke risico's zijn er verbonden aan het werken op de intensive care?

Werken op de intensive care kan fysiek en emotioneel zwaar zijn en kan leiden tot burn-out klachten.

Wijs op de risico's van werken op de intensive care.

Hoe kan je als intensive care verpleegkundige omgaan met stress?

Om stress te verminderen kan je bijvoorbeeld sporten, mediteren of met collega's praten.

Beschrijf manieren om om te gaan met stress en vraag de studenten om nog meer manieren te noemen.

Begrippenlijst

Anatomie, fysiologie, farmacologie, interventies, rapportage, multidisciplinair team, beademingsapparatuur, hartmonitoring, infuuspompen.

Geef de studenten een begrippenlijst mee om te leren.

Reflectie

Wat heb je vandaag geleerd over het werken op de intensive care afdeling?

Vraag de studenten om kort te reflecteren op wat ze geleerd hebben.

Vragen

Zijn er nog vragen over het werken op de intensive care afdeling?

Geef de studenten de gelegenheid om vragen te stellen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.