Oefenen voor Prof Com

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Professionele CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Als je sub-assertief bent...
timer
0:30
A
zorg je goed voor jezelf en de ander
B
zorg je goed voor de ander, maar niet voor jezelf
C
zorg je niet goed voor jezelf en ook niet voor de ander
D
kan je behoorlijk agressief overkomen

Slide 2 - Quizvraag

Als je assertief bent dan....
timer
1:00
A
laat je over je heen lopen
B
dan durf je niet te zeggen wat je wilt
C
kom je op voor jezelf zonder de ander te kwetsen
D
dan kan je behoorlijk agressief overkomen

Slide 3 - Quizvraag

Als je agressief bent dan....
timer
1:00
A
kwets je de ander niet
B
houd je rekening met de ander
C
ben je TE assertief, dus op een extreme manier
D
schreeuw je keihard

Slide 4 - Quizvraag

Waarom vinden sommige mensen het lastig om hun grenzen aan te geven?
timer
1:00

Slide 5 - Open vraag

timer
1:30
Socialisatie

Slide 6 - Woordweb

Noem zoveel mogelijk termen uit het communicatieschema
timer
2:00

Slide 7 - Open vraag

Wat is empathie?
timer
0:30
A
dat je mee gaat huilen als iemand een zielig verhaal vertelt
B
je vertelt dat je zelf ook een keer zoiets hebt meegemaakt
C
een ander woord voor oogcontact
D
je luistert en probeert je in te leven

Slide 8 - Quizvraag

Noem een voorbeeld van een waarde én een daarbij behorende norm

Slide 9 - Open vraag

Pietje zegt heel vaak 'euhhh' als hij een spreekbeurt geeft. Hij is zich hier niet van bewust. In welk gebied van het Johari Venster past dit?
timer
1:00
A
De Blinde Vlek
B
Het Verborgen Gebied
C
De Onbekende Zelf
D
De Open Ruimte

Slide 10 - Quizvraag

Marietje hield aan het begin van het schooljaar veel dingen verborgen voor haar klasgenoten, maar inmiddels voelt ze zich zo thuis en kennen haar klasgenoten Marietje door en door!
Dit betekent dat....
timer
1:00
A
de open ruimte kleiner is geworden en het verborgen gebied groter
B
de open ruimte groter is geworden en het verborgen gebied kleiner
C
de open ruimte en het verborgen gebied groter zijn geworden
D
de open ruimte en het verborgen gebied kleiner zijn geworden

Slide 11 - Quizvraag

Is het Verbale of Non verbale communicatie?
1 - praten
2 - stemklank
3 - gezichtsuitdrukking
timer
0:45

Slide 12 - Open vraag

Hoe heet de persoon die een boodschap heeft? Noem de term uit het communicatieschema
timer
0:15

Slide 13 - Open vraag

De zender denkt bewust of onbewust na over hoe hij of zij een boodschap brengt/verpakt? Hoe heet dit 'verpakken van een boodschap'?
timer
0:30
A
decoderen
B
ruis
C
coderen
D
referentiekader

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Een belangrijke communicatievaardigheid voor een doktersassistent is LSD. Waar staan deze letters voor?
timer
0:30

Slide 16 - Open vraag

Wat is parafraseren?
timer
0:30
A
Dan geef je in je eigen woorden weer wat de ander heeft gezegd.
B
Je zegt letterlijk wat de ander heeft gezegd.
C
Je luistert naar de hartslag van een patiënt.
D
Een actieve luisterhouding aannemen.

Slide 17 - Quizvraag

Noem de vijf fases waaruit een professioneel gesprek is opgebouwd
timer
1:00

Slide 18 - Open vraag

Hoe heet de fase waarin je uitlegt wat er besproken gaat worden in het gesprek?
timer
0:30
A
voorbereidingsfase
B
planningsfase
C
aanloopfase
D
themafase

Slide 19 - Quizvraag

Hoe heet de fase waarin je de patiënt laat plaatsnemen en op zijn of haar gemak stelt?
timer
0:30
A
de afrondingsfase
B
de voorbereidingsfase
C
de themafase
D
de aanloopfase

Slide 20 - Quizvraag

Waarom is er een stopstreep in dokterspraktijken?
timer
0:30
A
omdat de patiënten anders allemaal tegelijk aan de balie komen staan
B
dat heeft te maken met de privacy van de patiënten
C
omdat de doktersassistente anders gek wordt
D
dat is een verplichting vanuit de overheid

Slide 21 - Quizvraag

Zelfkennis en Reflectie....
Waar is dat goed voor??
timer
1:00

Slide 22 - Open vraag

timer
2:00
Roos van Leary

Slide 23 - Woordweb

Wat gebeurt er als je altijd 'boven' in de roos van leary gaat zitten?
timer
1:00
A
dan kan je irritatie opwekken bij mensen omdat je het altijd beter lijkt te weten
B
dan zijn mensen geneigd over jou heen te lopen
C
dan kan je heel erg verlegen overkomen
D
dan vind je het NIET moeilijk om de leiding uit handen te geven

Slide 24 - Quizvraag

Belbin spreekt van verschillende rollen in een team. Noem zoveel mogelijk teamrollen....
timer
1:00

Slide 25 - Open vraag

Een vergadering heeft altijd vaste onderdelen op de agenda.
Welke zijn dit?
timer
1:30

Slide 26 - Open vraag