M4 1.1 1920

Planning:
-Uitleg jaaroverzicht
-It's Learning bekijken
-Uitleg 1.1 deel 1
-Zelfs. werken
-Samen werken
-Afronden
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning:
-Uitleg jaaroverzicht
-It's Learning bekijken
-Uitleg 1.1 deel 1
-Zelfs. werken
-Samen werken
-Afronden

Slide 1 - Tekstslide

Geschiedenis - jaaroverzicht
DT 7:  SE 4 --> 15%
  • Hoofdstuk 1 -Nederland van 1848 tot 1914 1.1 t/m 1.5 + examentraining  
  • Hoofdstuk 2 -De Eerste Wereldoorlog (1914-1918) 2.1 t/m 2.5 + examentraining  
DT 8: SE 5 --> 15%
  • Hoofdstuk 3 -Het interbellum (1919-1939) 3.1 t/m 3.5 + examentraining
  • Hoofdstuk 4 -De Tweede Wereldoorlog 4.1 t/m 4.5 + examentraining
DT 9: SE 6 --> 15%
  • Hoofdstuk 5 De Koude Oorlog 5.1 t/m 5.5 +examentraining
  • H6 Naar een nieuwe eeuw +examentraining
DT 10: SE7 --> 15%
  • H1 t/m H6: Examen Geschiedenis   


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Welke bestuursvorm heeft ons land?
A
Een monarchie
B
Een republiek
C
Een constitutionele monarchie
D
Een constitutionele republiek.

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer was het Revolutiejaar?
A
1813
B
1815
C
1830
D
1848

Slide 11 - Quizvraag

Thorbecke was een
A
Communist
B
Socialist
C
Man van adel
D
Liberaal

Slide 12 - Quizvraag

De koning geeft op tv zijn mening over het vluchtelingenbeleid van de regering. De minister van Binnenlandse Zaken krijgt hierdoor problemen. Waarom?
A
De koning iis niet altijd aanwezig in de Tweede Kamer dus de minister beantwoordt de vragen
B
De koning is onschendbaar, hij mag daarom zeggen wat hij wil.
C
De minister is de woordvoerder van de koning.
D
De koning is onschendbaar en de minister verantwoordelijk.

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Trias Politica betekent ...
A
alleenheerschappij
B
scheiding der machten
C
vrijheid
D
Montesquieu

Slide 18 - Quizvraag

Tot welke macht behoort de Tweede Kamer?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechtelijke macht
D
wetsprekende macht

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent censuskiesrecht in 1848?
A
Mannen mogen stemmen
B
Rijke mannen en vrouwen mogen stemmen
C
Als een man genoeg belasting betaald mag hij stemmen
D
Niemand mag stemmen

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Aan de slag! 

  • Maak de invulsamenvatting. Gebruik hier je boek bij! 
  • Maak de gesloten vragen in je reader.
  • De open vragen maak je in je schrift. Let op dat je je antwoorden goed formuleert. Herhaal de vraag. Zorg dat je je werk goed bijhoudt, dit moet je aftekenen! 

We werken twee lessen aan dit hoofdstuk. 
Nakijkbladen vind je op It's  Learning


timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Wat zijn de twee belangrijkste taken van de Tweede Kamer?
A
Wetten maken Regering controleren
B
Wetgeving maken Dagelijks bestuur van het land
C
Regering controleren Dagelijks bestuur van het land
D
Wetten uitvoeren Recht spreken

Slide 29 - Quizvraag

Recht van amendement
A
Recht om een wetsvoorstel te wijzigen
B
Recht om zelf een wetsvoorstel in te dienen.

Slide 30 - Quizvraag

Welke rechten hebben zowel de Eerste als de Tweede Kamer?
A
recht van enquête recht van begroting
B
recht van initiatief recht van begroting
C
recht van amendement recht van enquête
D
recht van amendement recht van initiatief

Slide 31 - Quizvraag

Wanneer je 18 bent mag je ook stemmen. Voor welke verkiezingen ontvang je GEEN uitnodiging?
A
Eerste Kamer
B
Tweede Kamer
C
Provinciale Staten .
D
Gemeenteraad

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Wat weet je van de
LUXEMBURGSE KWESTIE

Slide 36 - Woordweb

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Aan de slag! 

  • Maak de invulsamenvatting. Gebruik hier je boek bij! 
  • Maak de gesloten vragen in je reader.
  • De open vragen maak je in je schrift. Let op dat je je antwoorden goed formuleert. Herhaal de vraag. Zorg dat je je werk goed bijhoudt, dit moet je aftekenen! 

We werken twee lessen aan deze  paragraaf. 
Nakijkbladen vind je op It's Learning
In deze Lessonup vind je ook een Quizlet om de begrippen van 1.1 te oefenen. 


timer
15:00

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link

Slide 41 - Link

Slide 42 - Tekstslide