troisième cours: le 23 à 27 septembre 2024

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.
We overleggen zachtjes binnen de MC als we een vraag hebben.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal.
We letten op in de les.
Tijdens het zelfstandig werken mag je oortjes in of een koptelefoon op

Slide 2 - Tekstslide

Zorg ervoor dat het volgende op tafel ligt:
Werkboek A
Aantekeningschrift
Etui
Agenda

Start-upslide
Vertaal de volgende zinnen/woordjes naar het Frans:
  1. ik vind het zwembad leuk 
  2. Het gaat goed, en met jou? 
  3. Ik woon in Utrecht, in Nederland
  4. altijd
  5. met
  6. in
  7. de zus en de broer
  8. de ouders
  9. het meisje en de jongen
Vertaal de volgende zinnen/woordjes naar het Nederlands:
  1. s'il vous plaît
  2. aussi
  3. il y a
  4. je préfère
  5. c'est
  6. Bonjour, ça va?
  7. Comment tu t'appelles?
  8. Tu habites où?

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Zorg ervoor dat het volgende op tafel ligt:
Werkboek A
Aantekeningschrift
Etui
Agenda

Start-upslide
Vertaal de volgende zinnen/woordjes naar het Frans:
  1. ik vind het zwembad leuk j'aime la piscine
  2. Het gaat goed, en met jou? ça va bien et toi?
  3. Ik woon in Utrecht, in Nederland j'habite à Utrecht, aux Pays-Bas
  4. altijd toujours
  5. met avec
  6. in dans
  7. de zus en de broer la soeur et le frère
  8. de ouders les parents
  9. het meisje en de jongen la fille et le garçon
Vertaal de volgende zinnen/woordjes naar het Nederlands:
  1. s'il vous plaît alstublieft
  2. aussi ook
  3. il y a er is, er zijn
  4. je préfère ik heb liever
  5. c'est het is, dat is
  6. Bonjour, ça va? goedendag/hallo, hoe gaat het?
  7. Comment tu t'appelles? hoe heet je?
  8. Tu habites où? waar woon je?

timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken van de exercices 9abc, 10a, 10b, 10c, 10d*, 11a, 11b, 12a, 12b (blz.26-29)
Uitleg lidwoorden de/het en een (le, la, l’, les + un/une)
Maken van exercices 16a,16d,16e,17a,17d (blz.32-34)
Herhaling getallen 0 t/m 20 en jeu: le code secret (blz.39)
Maken van exercices 21e, 22a en 22b (blz.40-41)
Huiswerk van afgelopen week:
- Leren vocabulaire B & Phrases clés C (blz 52,53 en 54)
- (af) maken 9abc, 10a, 10b, 10c, 10d*, 11a, 11b, 12a, 12b (blz.26-29)

Lesdoelen:
  1. Kun je de juiste lidwoorden gebruiken
  2. Ken je de getallen 0 t/m 20

Huiswerk voor volgende week: 
Apprendre (leren):
Chapitre 1 vocabulaire B & Phrases clés C (blz.52, 54)

Chapitre 1 Grammaire D & Vocabulaire E (blz.53, 55)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Het lidwoord
In het Nederlands

bepaalde lidwoorden:
de, het

onbepaald lidwoord:
een

Slide 8 - Tekstslide


Het Franse lidwoord:



In het Nederlands heb je 3 lidwoorden, namelijk:

de, het, een


In het Frans heb je er 5 voor enkelv

Namelijk:

le, la, l'   > de/het

un, une   > een

1 voor mv
les

Slide 9 - Tekstslide

Het lidwoord

                                                            



Onbepaald lidwoord
Bepaald lidwoord

Slide 10 - Tekstslide

lidwoord
Vormen van het lidwoord De & Het


ev
mv
mnl
Le
Les
vrl
La
Les
klinker/stomme h
L'
Les

Slide 11 - Tekstslide

lidwoord
Vormen van het lidwoord Een


ev
mv
mnl
Un
Des
vrl
Une
Des
klinker/stomme h
Un/Une
Des

Slide 12 - Tekstslide

Wat is 'het zwembad' in het Frans?
A
la piscine
B
les piscine
C
une piscine
D
le piscine

Slide 13 - Quizvraag

Hoe zeg je 'de jongen' in het Frans?
A
le garçon
B
un garçon
C
les garçon
D
la garçon

Slide 14 - Quizvraag

Hoe vertaal je 'de moeder' naar het Frans?
A
le mère
B
la mère
C
une mère
D
les mère

Slide 15 - Quizvraag

Wat is 'de vader' in het Frans?
A
les père
B
le père
C
la père
D
un père

Slide 16 - Quizvraag

Hoe zeg je 'het meisje' in het Frans?
A
les fille
B
une fille
C
le fille
D
la fille

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het meervoud van 'le chien' in het Frans?
A
la chiens
B
les chiens
C
le chiens
D
un chiens

Slide 18 - Quizvraag

Hoe verandert het bepaalde lidwoord voor 'une femme' in het meervoud?
A
les femmes
B
la femmes
C
une femmes
D
un femmes

Slide 19 - Quizvraag

Wat is het meervoud van 'un homme' in het Frans?
A
des hommes
B
les hommes
C
le hommes
D
un hommes

Slide 20 - Quizvraag

Hoe verandert het Franse lidwoord voor 'la fille' in het meervoud?
A
les filles
B
le filles
C
la filles
D
une filles

Slide 21 - Quizvraag

Wat is het Franse lidwoord voor 'le garçon' in het meervoud?
A
un garçons
B
les garçons
C
la garçons
D
le garçons

Slide 22 - Quizvraag

Au travail
Maken exercices 16a,16d,16e,17a,17d (blz.32-34)
Maken exercices 21e, 22a en 22b (blz.40-41)
timer
30:00

Slide 23 - Tekstslide

Getallen 
Bestudeer de getallen van 0 tot 20 nog een keer

Slide 24 - Tekstslide

Ken je de getallen?
Le jeu: code secret
code secret

Slide 25 - Tekstslide

Au travail
Maken exercices 21e, 22a en 22b (blz.40-41)
timer
12:00

Slide 26 - Tekstslide

Lesdoelencheck
Log in met je eigen naam 


Lesdoelen:
  1. Kun je de juiste lidwoorden gebruiken
  2. Ken je de getallen 0 t/m 20


Slide 27 - Tekstslide