Verkleinwoorden check-les

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Verkleinwoorden check-les

Inhoud van de les

Check-vragen 

Zelfstandig werken aan de weektaak

1. Schrijf een woord op dat eindigt op -ng
2. Schrijf het verkleinwoord op

1. Schrijf een woord op dat eindigt op een lange klinker.
2. Schrijf het verkleinwoord op

1. Schrijf een woord op dat eindigt op -y
2. Schrijf het verkleinwoord op

Wat is het juiste verkleinwoord?

1. Sudokuutje
2. Sudokoetje
3. Soduku'tje
4. Sudoku

Wat is het juiste verkleinwoord?

1. Taxi'tje
2. Taxietje
3. Taxie'tje
4. Taxitje

Bij cijferwoorden schrijf je een apostrof en bij letterwoorden schrijf je geen apostrof

1. Waar
2. Niet waar

Bij woorden eindigend op -ng schrijf je -nkje of -etje

Bij woorden die eindigen op een lange klinker moet je de klinker verdubbelen

Bij woorden die eindigen op -i voeg je een -e toe

Bij woorden eindigend op -y (met een medeklinker ervoor) of op -u (uitspraak -oe) schrijf je een apostrof

Je gebruikt een apostrof bij cijfer- en letterwoorden

Hobby

A3

Sudoku

Taxi

Cola

Woning

Schrijf nu de verkleinwoorden op van de woorden van de vorige opdracht: hobby, A3, sudoku, taxi, cola, woning

Zelfstandig werken

blok 4 spelling

opdracht 28

Weektaak klaar?

1. Ga naar cambiumned.nl

2. Bovenin 'oefenen' aanklikken 

3. Spelling

4. Overige spellingsregels

5. Oefening verkleinwoorden (naar onderen scrollen)