§2.4 - Zure en basische oplossingen

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat voor zure stoffen ken je al?

Slide 2 - Woordweb

Schoonmaakmiddelen
Hoe extremer de zuurgraad hoe agressiever het schoonmaakmiddel. Zo een schoonmaakmiddel kan dan corrosief zijn. Deze stoffen kunnen dus enorm schadelijk voor je huid zijn. Het mengen wordt ook afgeraden vanwege de mogelijke chemische reacties.

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor basische stoffen ken je al?

Slide 4 - Woordweb

Zuur, Basisch of Neutraal.
Basisch is het tegenovergestelde van zuur. De smaak is zeepachtig. Deze stoffen hebben een ontvettende werking.
Zuur opgelost = zure oplossing
Base opgelost = basische oplossing
Neutraal valt precies tussen zuur en base in. Een alcohol oplossing is neutraal.

Slide 5 - Tekstslide

Water is een ..... stof
A
zure
B
basische
C
neutrale

Slide 6 - Quizvraag

Indicatoren

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Concentratie en pH
Hoe zuur of hoe basisch een stof is ligt aan de concentratie en de pH. 
Om de bepalen hoe zuur of basisch een oplossing is, gebruiken we de zuurgraad.

Slide 9 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?

Slide 10 - Tekstslide

Zowel schoonmaakazijn als wijnazijn voor in salades bevat azijnzuur, maar toch is schoonmaakazijn zuurder.

Welke soort azijn heeft de hoogste pH?

Slide 11 - Open vraag

Zowel schoonmaakazijn als wijnazijn voor in salades bevat azijnzuur, maar toch is schoonmaakazijn zuurder.

Welke soort azijn heeft de hoogste concentratie?

Slide 12 - Open vraag

Aan de slag
lees: §2.4
maak: opdracht 1 t/m 5

Slide 13 - Tekstslide