In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Vak: Biologie
Hoofdstuk 6, 6.7
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
Slide 1 - Tekstslide
1. Lesopening
Pak je lesboek van Biologie en open je boek op p. 227
Slide 2 - Tekstslide
2. Lesdoel +Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- Kun je de kringloop van water beschrijven;
- Kun je de kringsloop van koolstof beschrijven;
Leergebiedoverstijgende doelen
Slide 3 - Tekstslide
3. Arrangementen + mini-check
Scoor je verdiept (8 of hoger) dan mag je zelfstandig aan het werk:
De rest doet mee met de instructie
Slide 4 - Tekstslide
Wat hebben organismen nodig om te kunnen leven?
Slide 5 - Open vraag
Hoe ontstaan wolken?
Slide 6 - Open vraag
Wat nemen planten op uit de lucht?
Slide 7 - Open vraag
Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk
De rest doet mee met de instructie
Slide 8 - Tekstslide
4. Instructie
Duurzaam omgaan met het milieu betekent: ervoor zorgen dat het milieu geen schade ondervindt van jouw activiteiten. Duurzaamheid betekent dus:
- Niet meer stoffen uit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen;
- Niet meer stoffen toevoegen aan het milieu dan het milieu kan verwerken;
Slide 9 - Tekstslide
Duurzame energie veroorzaakt geen milieuvervuiling en raakt niet op. Voorbeelden van duurzame energie zijn biomassa, windenergie en zonne-energie.
Biomassa bestaat uit afval van planten en dieren, zoals hout, groente- fruit en tuinafval, mest en plantaardige olie. Biomassa wordt gebruikt als brandstof in elektriciteitscentrales.
Slide 10 - Tekstslide
Verschillende manieren:
- Anticonceptiestaafje (implanon): ongeveer twee keer zo groot als een lucifer en wordt onder de huid in de bovenarm aangebracht. Elke dag geeft het staafje een kleine hoeveelheid hormonen af aan het lichaam. Het staafje kan 3 jaar blijven zitten.
- Spiraaltje: wordt door een arts in de baarmoeder ingebracht.
Een manier om minder grondstoffen te gebruiken, is oude grondstoffen opnieuw gebruiken. Dat kan door hergebruik of recycling. Bij hergebruik wordt een voorwerp opnieuw gebruikt, bijvoorbeeld statiegeldflessen en tweedehandskleding. Bij recycling wordt het afval gebruikt als grondstof voor nieuwe producten, zoals afval van papier, glas, metalen en kleding.
Slide 11 - Tekstslide
Precisielandbouw gebruikt technologie om. planten heel precies te geven wat ze nodig hebben, zoals voedingsstoffen, licht en water.
Kringlooplandbouw betekent duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen, zoals de bodem, de lucht en het water. Afval van planten en dieren wordt zoveel mogelijk hergebruikt.
Wat je zelf kunt doen om de vervuiling van het milieu te verminderen:
- Minder scooter- en autorijden, vaker met het openbaar vervoer of de fiets gaan;
- Geen vuurwerk afsteken met oud&nieuw;
- Geen hout stoken in houtkachel, vuurkorf of open haard.
Slide 12 - Tekstslide
5. Begeleid inoefenen
Intensief -->
Je maakt samen met de leerkracht opdracht
Slide 13 - Tekstslide
6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht ... op bladzijde 230
Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna pak je een boek en ga je in stilte lezen.
timer
1:00
Slide 14 - Tekstslide
7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Kun je uitleggen wat duurzaamheid is? Heb je nog ergens hulp bij nodig?