omslagstelsel. Een werkende betaalt premie voor de uitkering van een AOW-gerechtigde.
B
omslagstelsel. Een werkende betaalt premies voor zijn eigen uitkering later.
C
kapitaaldekkingsstelsel. Een werkende betaalt premie voor de uitkering van een AOW-gerechtigde.
D
kapitaaldekkingsstelsel. Een werkende betaalt premies voor zijn eigen uitkering later.
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
De AOW wordt gefinancierd via het
A
omslagstelsel. Een werkende betaalt premie voor de uitkering van een AOW-gerechtigde.
B
omslagstelsel. Een werkende betaalt premies voor zijn eigen uitkering later.
C
kapitaaldekkingsstelsel. Een werkende betaalt premie voor de uitkering van een AOW-gerechtigde.
D
kapitaaldekkingsstelsel. Een werkende betaalt premies voor zijn eigen uitkering later.
Slide 1 - Quizvraag
Een bedrijfspensioen is verplicht voor
A
iedereen in Nederland.
B
alle werkende mensen in Nederland.
C
iedereen met een onderneming.
D
iedereen die in loondienst werkt.
Slide 2 - Quizvraag
Bij een spaardeposito staat je geld voor een langere tijd vast.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quizvraag
Bij een spaardepositie ontvang je een hogere rente dan op een vrij opneembare spaarrekening, omdat
A
de spaardepositie geen vaste looptijd kent.
B
het de bank zekerheid biedt dat je geld vaststaat.
C
Je ontvangt geen hogere rente op een spaardeposito.
D
je bij een spaardeposito minder risico neemt.
Slide 4 - Quizvraag
Wat kan een reden zijn om aandelen te kopen? Meerdere antwoorden mogelijk
A
Voor de couponrente.
B
Voor de dividend uitkering.
C
Om eigenaar te worden van een onderneming.
D
Omdat aandelen meer zekerheid bieden dan obligaties.
Slide 5 - Quizvraag
Ockel BV stelt op 31 juni 10% dividend beschikbaar per aandeel van nominaal €12. Jij hebt op 1 januari 200 van deze aandelen voor €2.800 gekocht. Op 31 december verkoop jij ze weer voor €3.000.
Bereken het dividendrendement.
Slide 6 - Open vraag
Ockel BV stelt op 31 juni 10% dividend beschikbaar per aandeel van nominaal €12. Jij hebt op 1 januari 200 van deze aandelen voor €2.800 gekocht. Op 31 december verkoop jij ze weer voor €3.000.
Bereken het koersrendement.
Slide 7 - Open vraag
Ockel BV stelt op 31 juni 10% dividend beschikbaar per aandeel van nominaal €12. Jij hebt op 1 januari 200 van deze aandelen voor €2.800 gekocht. Op 31 december verkoop jij ze weer voor €3.000.
Bereken het aandelenrendement.
Slide 8 - Open vraag
Als de rente op de kapitaalmarkt (spaarrente) daalt, dan:
A
blijft de beurskoers van obligaties gelijk.
B
daalt de beurskoers van obligaties
C
stijgt de beurskoers van obligaties.
Slide 9 - Quizvraag
Als de rente op de kapitaalmarkt (spaarrente) daalt, dan stijgt de beurskoers van obligaties.
Leg uit waarom.
Slide 10 - Open vraag
Hanza NV plaatst op 1 januari 2019 15.000 obligaties met een nominale waarde van €1.000 per stuk. De emissiekoers is 115%. De begeleidende bank rekent 2,5% provisie.
Bereken het totale bedrag dan Hanza NV ontvangt na de emissie.
Slide 11 - Open vraag
Hanza NV plaatst op 1 januari 2019 15.000 obligaties met een nominale waarde van €1.000 per stuk. De emissiekoers is 115%. De interest is 3,5% en wordt telkens aan het eind van het jaar betaald.
Bereken het totale bedrag dat Hanza NV op 31 december 2019 moet betalen.
Slide 12 - Open vraag
Hanza NV plaatst op 1 januari 2019 15.000 obligaties met een nominale waarde van €1.000 per stuk. De emissiekoers is 115%. De interest is 3,5% en wordt telkens aan het eind van het jaar betaald.
Bereken het totale bedrag dat Hanza NV op 31 december 2021 moet betalen.