politiek basistest 1

basis test
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

basis test

Slide 1 - Tekstslide

1. Het garanderen van openbare orde
en veiligheid valt onder....

Slide 2 - Tekstslide

2.  de overheid verantwoordelijk
voor een minimumniveau van
bestaanszekerheid van alle burgers, dit noemen
we een .....................................

Slide 3 - Tekstslide

3. Het recht om zich kandidaat te stellen bij verkiezingen.

Slide 4 - Tekstslide

4. Het recht van alle meerderjarige burgers om te stemmen en zich kandidaat te
stellen bij verkiezingen.

Slide 5 - Tekstslide

5. wie neemt uiteindelijk de beslissingen over wetsvoorstellen?

Slide 6 - Tekstslide

6. Bij welk kiesstelsel wordt
het totaal aantal uitgebrachte stemmen
gedeeld door het aantal zetels. 

Slide 7 - Tekstslide

7.  Welk kiesstelsel dwingt tot
samenwerking en het sluiten van
compromissen.

Slide 8 - Tekstslide

8. Een partij die in alle
gebieden van een land de meerderheid behaalt,
zal volgens dit kiesstelsel alle zetels veroveren.

Slide 9 - Tekstslide

9. Dit zijn mensen die niet bij elke
verkiezing op dezelfde partij
stemmen.

Slide 10 - Tekstslide

10. Dit zijn voorspellingen voor een
kiesuitslag op dat moment. 

Slide 11 - Tekstslide

11. De voorzitter van de provincie

Slide 12 - Tekstslide

12. Wie controleert of het college van B&W zijn werk wel goed heeft gedaan?

Slide 13 - Tekstslide

13. Wie heeft binnen de bestuurslaag van het land/rijk recht van amendement? 

Slide 14 - Tekstslide

14. Welk recht valt onder zowel de medewetgevende, als de controlerende taak van de volksvertegenwoordigers?

Slide 15 - Tekstslide

15. Wie zit er in het kabinet?

Slide 16 - Tekstslide

16. Wat zijn de drie bestuurslagen?

Slide 17 - Tekstslide

17. een voorstel dat een volksvertegenwoordiger doet om een bepaald onderwerp te bespreken en er een besluit over te nemen. Het is een manier voor politici om hun mening te geven over beleid of om de regering of een minister aan te sporen om iets te doen of juist te laten.

Slide 18 - Tekstslide

18. een onderzoek dat door het parlement (bijvoorbeeld de Tweede Kamer of Eerste Kamer) wordt uitgevoerd om diepgaand informatie te verzamelen over een bepaald onderwerp of probleem. Dit is een belangrijk instrument waarmee het parlement zijn controlerende taak uitoefent. Het is minder zwaar dan een parlementaire enquête, maar wel bedoeld om belangrijke zaken te onderzoeken en te verbeteren.

Slide 19 - Tekstslide

19. Welke twee partijen mogen er bij de bestuurslaag van het land een wetsvoorstel doen?

Slide 20 - Tekstslide

20. Wie moet zorgen dat de besluiten van provinciale staten uitgevoerd worden? 

Slide 21 - Tekstslide

1. algemeen belang

Slide 22 - Tekstslide

2. verzorgingsstaat

Slide 23 - Tekstslide

3. passief kiesrecht

Slide 24 - Tekstslide

4. algemeen kiesrecht

Slide 25 - Tekstslide

5. de volksvertegenwoordigers

Slide 26 - Tekstslide

6. stelsel van evenredige vertegenwoordiging 

Slide 27 - Tekstslide

7. stelsel van evenredige vertegenwoordiging 

Slide 28 - Tekstslide

8. meerderheidsstelsel

Slide 29 - Tekstslide

9. zwevende kiezers

Slide 30 - Tekstslide

10. Peilingen

Slide 31 - Tekstslide

11. commissaris van de koning

Slide 32 - Tekstslide

12. de gemeenteraad

Slide 33 - Tekstslide

13. De Tweede Kamer

Slide 34 - Tekstslide

14. Budget- of begrotingsrecht

Slide 35 - Tekstslide

15. ministers en staatssecretarissen

Slide 36 - Tekstslide

16. land/rijk, provincie, gemeente

Slide 37 - Tekstslide

17. een motie

Slide 38 - Tekstslide

18. Een parlementair onderzoek

Slide 39 - Tekstslide

19. Ministers en volksvertegenwoordigers

Slide 40 - Tekstslide

20. Het college van gedeputeerde staten. 

Slide 41 - Tekstslide