Oefenvragen H4 zekerheid


Wat wordt bedoeld met
"de dekking van een verzekering"?


A
Het contract waarin de rechten en plichten van verzekerde en verzekeraar zijn vastgelegd
B
Het deel van de schade dat je zelf moet betalen, ook al ben je verzekerd.
C
De kosten die je aan de verzekeraar betaalt bovenop de premie.
D
De schade waarvoor je verzekerd bent.
1 / 21
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Wat wordt bedoeld met
"de dekking van een verzekering"?


A
Het contract waarin de rechten en plichten van verzekerde en verzekeraar zijn vastgelegd
B
Het deel van de schade dat je zelf moet betalen, ook al ben je verzekerd.
C
De kosten die je aan de verzekeraar betaalt bovenop de premie.
D
De schade waarvoor je verzekerd bent.

Slide 1 - Quizvraag

Bekijk het gedeelte uit de polisvoorwaarden voor een fietsverzekering hiernaast
.
Na een inbraak in haar schuur vindt Mariska haar fiets vlak bij haar huis weer terug. De fiets is flink beschadigd en wordt voor € 390 gerepareerd. Ze claimt de schade bij de verzekeringsmaatschappij.

Hoeveel procent van de schade krijgt Mariska uitgekeerd?

A
32,1%
B
47,2 %
C
67,9 %
D
100%

Slide 2 - Quizvraag

Hoe heet de verzekering die uitkeert bij diefstal of beschadiging van je eigen voertuig?
A
AVP
B
WA+Casco
C
WA-verzekering voor eigen motorvoertuigen
D
WA-verzekering voor motorvoertuigen

Slide 3 - Quizvraag

Welke van onderstaande beweringen is JUIST ?
A
Als je schade claimt, dan stijgt de premie van de autoverzekering.
B
AVP is de officiële benaming van de WA-verzekering voor voertuigen.
C
Een allriskverzekering is een verzekering voor alleen de schade die je met je voertuig aan een ander toebrengt
D
Een WA+cascoverzekering voor motorvoertuigen is verplicht.

Slide 4 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met het "eigen risico"?
A
Dat je voorzichtig moet zijn, want je bent zelf ook verantwoordelijk voor je gezondheid en je spullen.
B
De helft van het schadebedrag dat je nooit vergoed krijgt van de verzekeraar, omdat de verzekeraar hier het risico niet voor wil dragen.
C
Het deel van het schadebedrag wat je zelf betaalt bij een schade.
D
De schade waarvoor je verzekerd bent

Slide 5 - Quizvraag

Bekijk het premieoverzicht van de verzekeraar Gezond leven hieronder. Familie Blokzijl bestaat uit vader, moeder en twee kinderen van 4 en 8 jaar. Mevrouw Blokzijl kiest voor het hoogste vrijwillig eigen risico. Meneer Blokzijl wil geen vrijwillig eigen risico. Ze hebben beiden recht op collectieve korting via hun werkgever. Meneer Blokzijl betaalt voor zijn aanvullende tandartsverzekering 55 euro per jaar.
Bereken hoeveel het gezin per jaar totaal aan verzekeringspremie betaalt.

A
€ 2.065
B
€ 2.010
C
€ 4.170
D
€ 3.720

Slide 6 - Quizvraag

Bekijk het premieoverzicht van de verzekeraar Gezond leven hieronder. Familie Blokzijl bestaat uit vader, moeder en twee kinderen van 4 en 8 jaar. Mevrouw Blokzijl kiest voor het hoogste vrijwillig eigen risico. Meneer Blokzijl wil geen vrijwillig eigen risico.
Hoeveel procent betaalt meneer Blokzijl meer aan premie dan zijn vrouw?

Slide 7 - Open vraag

Welke van onderstaande beweringen is ONJUIST ?
A
Hoe hoger het risico, des te lager de premie.
B
Hoe lager het verzekerd bedrag, hoe lager de premie
C
De premie voor een WA+cascoverzekering (Allrisk) is hoger dan die van de WA verzekering voor motorvoertuigen.
D
Een WA verzekering voor motorvoertuigen is verplicht.

Slide 8 - Quizvraag

Bij een opstalverzekering is de premie relatief laag.

Wat is hiervan de verklaring?
A
Het aantal schades in een jaar is klein.
B
Het aantal verzekerden is groot.
C
Het aantal schades is klein én het aantal verzekerden is groot.
D
Het aantal schades is wel groot, maar het aantal verzekerden is klein.

Slide 9 - Quizvraag


Wanneer krijg je
No-claimkorting?
A
Als je een jaar niet ziek geweest bent en daardoor niet geclaimd hebt bij de zorgverzekering.
B
Als je een nieuwe autoverzekering afsluit, want ze willen je als nieuwe klant korting geven.
C
Als de kans op schade voor de autoverzekeraar erg klein is, omdat je bijvoorbeeld heel weinig rijdt.
D
Als je een jaar geen ongeluk hebt veroorzaakt en ook niet geclaimd hebt bij je autoverzekering.

Slide 10 - Quizvraag

Waaruit bestaan de verzekeringskosten
het eerste jaar?
A
Assurantiebelasting, eigen risico en poliskosten
B
Premie, assurantiebelasting en eigen risico
C
Assurantiebelasting, poliskosten en premie
D
Eigen risico, poliskosten en premie

Slide 11 - Quizvraag


Waarom zijn de zorgverzekering en WA verzekering voor motorrijtuigen verplicht?
A
De kosten kunnen zo hoog oplopen, waarbij het risico bestaat dat je die anders nooit kunt betalen.
B
De overheid wil zeker weten dat er genoeg geld in de verzekeringspot zit, zodat ze kunnen uitbetalen als dat nodig is
C
Het is nodig omdat er anders personeelstekorten zouden ontstaan in de ziekenhuizen en bij garages.
D
Anders kun je geen nieuwe kopen als er iets gebeurt.

Slide 12 - Quizvraag

We hebben in Nederland de Zorgverzekeringswet.

Welke van onderstaande beweringen over de basisverzekering is ONJUIST ?
A
De basisverzekering is verplicht.
B
Bij de basisverzekering krijgt iedereen zorgtoeslag
C
Bij de basisverzekering zit een verplicht eigen risico.
D
Jongeren onder de 18 jaar zijn gratis meeverzekerd bij de ouder(s)

Slide 13 - Quizvraag

Jan en Mia gaan samenwonen. Ze hebben een mooi huis gevonden en verhuizen er naar toe met al hun spulletjes. Ze hebben de inboedel verzekerd voor € 50.000,- Jan let even niet op tijdens het koken en er ontstaat een klein brandje in de keuken. De schade is € 21.000,-
De verzekeringsagent komt langs om de schade op te nemen en hij ziet dat er veel duurdere spullen staan dan hij had gedacht. De werkelijke waarde van de inboedel is wel € 75.000,- De verzekeringsagent zegt: “U bent niet alleen verliefd, u bent ook onderverzekerd. We gaan niet de gehele schade vergoeden!” Welk bedrag krijgen zij uitgekeerd? Geef de berekening.

Slide 14 - Open vraag

Piet en Roos gaan samenwonen. Ze hebben een leuk huis gevonden en verhuizen er naar toe. Ze hebben de inboedel verzekerd voor € 85.000,- Roos let even niet op tijdens het koken en er ontstaat een klein brandje in de keuken. De schade is € 21.000,-
De verzekeringsagent komt langs om de schade op te nemen en hij onderzoekt de schade. De werkelijke waarde van de inboedel is volgens hem € 75.000,-
De verzekeringsagent zegt: “U bent oververzekerd. Welk bedrag krijgen zij uitgekeerd? Geef de berekening en uitleg.

Slide 15 - Open vraag

Willem de Vries sluit voor het eerst een verzekering af voor zijn nieuwe
camera. De premie is € 25,75.
De poliskosten zijn € 5,50 en de assurantiebelasting is 21%.
Hoeveel moet hij aan de verzekeringsmaatschappij betalen?

Slide 16 - Open vraag

Bekijk de tabel van de scooterverzekeringen.
Je woont in Purmerend en sluit voor je scooter van
€ 2.000 een WA + cascoverzekering af bij Fortune.
In het 2e jaar wordt je scooter gestolen.
a. Bereken hoeveel je uitgekeerd krijgt van de verzekeraar.
b. Waarom verschilt de premie per regio?

Slide 17 - Open vraag

Bij de opstalverzekering wordt gekeken naar de herbouwwaarde van het huis.

Leg uit waarom niet de verkoopprijs maar de herbouwwaarde van een huis telt voor de opstalverzekering.

Slide 18 - Open vraag

Safar heeft een spaarrekening bij de bank en krijgt jaarlijks 1,8% rente.

Hij leest in de krant dat de inflatie dit jaar 1,2 % is. Is dat voor hem gunstig of ongunstig? Leg je antwoord uit.

Slide 19 - Open vraag

Op het parkeerterrein bij de AH raakt Piet met inparkeren de deur van een andere geparkeerde auto. Hij schrikt en rijdt gauw naar een andere plek....
Door het bonus- malussysteem bij autoverzekeringen komen mensen soms in de verleiding om door te rijden als ze een kleine schade veroorzaken, terwijl ze toch verzekerd zijn. Waarom doen mensen dat?

Slide 20 - Open vraag

Als je een hypotheek sluit bij een bank, eist de bank dat je voor het huis een opstalverzekering neemt.

Waarom zal een bank dat eisen?

Slide 21 - Open vraag