Les 8. rekendidactiek - 4.4

Les 8. Rekendidactiek - herhaling
OA - jaar 2 - dida - rekenen
 

2020-2021

Leonie van Noorden


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 8. Rekendidactiek - herhaling
OA - jaar 2 - dida - rekenen
 

2020-2021

Leonie van Noorden


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Welke rekenvaardigheid wordt hier o.a. geoefend?
2. Wat vind je hiervan?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld hoe jij rekenen kunt koppelen aan een thema die nu op je stage speelt of de actualiteit.

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

In hoeverre heb je de stof al bestudeerd voor de toets dida volgende week?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Deel jouw beste studietip

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Lessenserie
1. Rekenen in ontwikkeling (4.1)
2. Voorbereid rekenen (4.2)
3. Voorbereid rekenen (4.2)
4. Aanvankelijk rekenen (4.3)
5. Aanvankelijk rekenen (4.3)
6. Voortgezet rekenen (4.4)
7. Voortgezet rekenen (4.4)
8. Herhaling & oefenvragen


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Start
  • MC vragen
  • Extra uitleg of oefenvragen maken (20 min)
  • Pauze
  • Uitwisselen begrippen
  • Evaluatie lessenreeks & afronding

Toets eind periode 7 (begin april)
H1: algemene didactiek (periode 6)
H3: taaldidactiek (periode 6) - zie pdfjes
H4: rekendidactiek (periode 7) - zie pdfjes

Toets dida: donderdag 8 april: 2e & 3e uur 

Doelen
Aan het eind van de les:
  • heb je antwoord gekregen op de vragen die je hebt
  • heb je geoefend met de begrippen van H4                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lara lost de som : 148 - 29 zo op:

148 - 28 = 120 - 1 = 119

Welke strategie past zij toe?



A
wisselen
B
schakelen
C
verdelen
D
termen veranderen

Slide 8 - Quizvraag

Ze maakt de som gemakkelijker door van de 29 een ander getal te maken en dit later weer te compenseren door er 1 extra af te halen die ze tekort is gekomen. 
Welke methode is in dit voorbeeld gebruikt?
A
Cijferen
B
Kolomrekenen
C
Staartdeling
D
Hapmethode

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk woord is gespeld volgens het syllabisch principe?
A
bomen
B
vervolg
C
minste
D
krant

Slide 10 - Quizvraag

Verenkelingsregel (ve -- ter) syllabisch is verenkelings en verdubbelingsregel

d= regel van de gelijkvormigheid

Meester Pim is de betekenis van een woord aan het uitleggen aan de hand van een context. Met welke stap is hij bezig?
A
Voorbewerken
B
Semantiseren
C
Consolideren
D
Controleren

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Keuze: herhaling of zelfstandig
A. Of je doet mee met nog een herhaling in vogelvlucht

B. Of je gaat zelfstandig aan de slag met oefenvragen
C. Of je gaat samen met een klasgenoot(of meerdere) aan de slag met oefenvragen

Wil je allebei? Maak je de oefenvragen zelfstandig later

Klaar met oefenvragen? 
  • Bedenk zelf vragen en antwoorden - zet ze in het bestand.
  • Maak een samenvatting

timer
15:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga de komende 20 min
Meedoen met herhaling
Zelfstandig oefenvragen maken
Samen oefenvragen maken
Ik heb een veel beter idee: namelijk..

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

4.1 in vogelvlucht

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.2 in vogelvlucht
Betekenissen getal
  • Aantal-aspect: bouwsel van 7 blokken
  • Rangorde-aspect: het telgetal, zoals de zevende knikker (eerste)
  • Meet-aspect: een strook van 7 staafjes lang (25 meter, 5 km, enz.)
  • Reken-aspect: 3 erbij 4 is 7
  • Coderings-aspect: getal als naam. huisnummer 7

Fases tellen
1. Subiteren (het herkennen van kleine hoeveelheden in één oogopslag) 
Fase 2. Akoestisch tellen (opzeggen willekeurige getallenrijen) - geluidsfragment Siem - 3 jr
Fase 3. Synchroon tellen (hardop tellen en het aanwijzen van voorwerpen gebeurt tegelijkertijd) - 4 jr
Fase 4. Geordend tellen (voorwerpen ordenen tijdens het tellen, paarsgewijs tellen) - 'structurerend tellen' 4-5 jr
Fase 5. Resultatief tellen (beginnend met 1, alle voorwerpen maar één keer tellen en de juiste hoeveelheid a/h eind) - 5 j
Fase 6. Resultatief, verkort tellen (direct 4 en daarna doortellen) - 5,5 jr
Fase 7. Niet tellen (direct herkennen van hoeveelheden tot 10, vanaf groep 3 direct automatiseren tot 20) - 6jr

Inzicht:
  • Conserveren
  • Classificeren (overeenkomsten-wie ishet)
  • Seriatie (verschillen, reeksen)
  • Één-één-correspondentie
  • Incidenteel leren: iemand leert onbedoeld, per toeval
  • Intentioneel leren: vooraf een leerdoel en een plan

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.3 in vogelvlucht
  • incidenteel -> informele kennis (kleuters)
  • intentioneel ->  formele kennis (vanaf gr3)

  • handeling-formule koppeling

  • verschil memoriseren en automatiseren


Galpering
1. De oriëntatie op het probleem
2. Het uitvoeren van de handeling
3. De materiele (deel)stappen en de hele handeling worden verbaal begeleid
4. Uitvoeren v/d handeling zonder materialen waarbij de ll in hoofd handeling opzegt 
5. De handeling is verinnerlijkt

  • Busmodel (3 verschillende)
  • Rekenrek (overgang van bus naar rek)

Steunpunten tot 10
  • Verdubbelingen (3+3) en halveringen (8-4)
  • Vijfstructuur (5+2=7; 7-5=2)
  • Geautomatiseerde of berekende opgaven (7-4=3 is bekend dus 7-3=4)
Strategieën tot 20
  • Afsplitsen v/e bekende som/ handig rekenen
  • Afleiden: de aftreksom wordt opgelost door bijbehorende optelsom (9-4 = ... 5 want 5+4 = 9)
  • Aflezen: het visualiseren v/d som
  • Telmethoden: bijstellen, doortellen, wegtellen of terugtellen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.4 in vogelvlucht
  • lijnmodel
  • groepjesmodel
  • combinatiemodel

hoofdrekenstrategieën tot 100
  • tellen
  • rijgen
  • splitsen
gevarieerd hoofdrekenstrategieën 
  • wisselen (som omdraaien + x)
  • schakelen (som verplaatsen + x -> mooie combi's)
  • verdelen(splitsen) x : 2 x 18 = 2 x 10 en 2 x 8
  • termen veranderen (15 + 20 - 1 ipv 15+19) 
  • vergroten en verkleinen  x (8 x 12,50 = 4 x 25)
  • vergroten of verkleinen : (: 2,4: 6 -> 24:6)
 
Strategieën traditioneel vs realistisch
  • Cijferen en kolomrekenen
  • Staartdeling en hapmethode

-> voordelen en verschillen noemen

Gebruik maken van rekenfeiten

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Energizer
  • Camera aan 
  • Tellen om de beurt
  • Iemand tegelijk?
  • Opnieuw!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2 in break-out rooms
Opties: 
A. In een break-out room 30 seconds  spelen met begrippen
B. Flitskaartjes in een break-out room
C. Flitskaartjes individueel



timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga de komende 15 min
A. 30 seconds met begrippen in groepje
B. Met flitskaartjes oefenen in groepje
C. Individueel met Flitskaartjes aan de slag
D. Anders: ik heb een beter idee :p

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je prettig/goed aan de lessenreeks - rekendidactiek?
Wat moet blijven?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat had je graag anders gezien in de lessenreeks rekendidactiek?
Welke tip heb je? Wat heb je gemist?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar kijk je naar uit dit weekend?

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Afronding




Dank voor jullie betrokkenheid! 
Succes met bestuderen van de stof en succes met de toets!




Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.1 in vogelvlucht

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.2 in vogelvlucht
Betekenissen getal
  • Aantal-aspect: bouwsel van 7 blokken
  • Rangorde-aspect: het telgetal, zoals de zevende knikker (eerste)
  • Meet-aspect: een strook van 7 staafjes lang (25 meter, 5 km, enz.)
  • Reken-aspect: 3 erbij 4 is 7
  • Coderings-aspect: getal als naam. huisnummer 7

Fases tellen
1. Subiteren (het herkennen van kleine hoeveelheden in één oogopslag) 
Fase 2. Akoestisch tellen (opzeggen willekeurige getallenrijen) - geluidsfragment Siem - 3 jr
Fase 3. Synchroon tellen (hardop tellen en het aanwijzen van voorwerpen gebeurt tegelijkertijd) - 4 jr
Fase 4. Geordend tellen (voorwerpen ordenen tijdens het tellen, paarsgewijs tellen) - 'structurerend tellen' 4-5 jr
Fase 5. Resultatief tellen (beginnend met 1, alle voorwerpen maar één keer tellen en de juiste hoeveelheid a/h eind) - 5 j
Fase 6. Resultatief, verkort tellen (direct 4 en daarna doortellen) - 5,5 jr
Fase 7. Niet tellen (direct herkennen van hoeveelheden tot 10, vanaf groep 3 direct automatiseren tot 20) - 6jr

Inzicht:
  • Conserveren
  • Classificeren (overeenkomsten-wie ishet)
  • Seriatie (verschillen, reeksen)
  • Één-één-correspondentie
  • Incidenteel leren: iemand leert onbedoeld, per toeval
  • Intentioneel leren: vooraf een leerdoel en een plan

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.3 in vogelvlucht
  • incidenteel -> informele kennis (kleuters)
  • intentioneel ->  formele kennis (vanaf gr3)

  • handeling-formule koppeling

  • verschil memoriseren en automatiseren


Galpering
1. De oriëntatie op het probleem
2. Het uitvoeren van de handeling
3. De materiele (deel)stappen en de hele handeling worden verbaal begeleid
4. Uitvoeren v/d handeling zonder materialen waarbij de ll in hoofd handeling opzegt 
5. De handeling is verinnerlijkt

  • Busmodel (3 verschillende)
  • Rekenrek (overgang van bus naar rek)

Steunpunten tot 10
  • Verdubbelingen (3+3) en halveringen (8-4)
  • Vijfstructuur (5+2=7; 7-5=2)
  • Geautomatiseerde of berekende opgaven (7-4=3 is bekend dus 7-3=4)
Strategieën tot 20
  • Afsplitsen v/e bekende som/ handig rekenen
  • Afleiden: de aftreksom wordt opgelost door bijbehorende optelsom (9-4 = ... 5 want 5+4 = 9)
  • Aflezen: het visualiseren v/d som
  • Telmethoden: bijstellen, doortellen, wegtellen of terugtellen

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.4 in vogelvlucht
  • lijnmodel
  • groepjesmodel
  • combinatiemodel

hoofdrekenstrategieën tot 100
  • tellen
  • rijgen
  • splitsen
gevarieerd hoofdrekenstrategieën 
  • wisselen (som omdraaien + x)
  • schakelen (som verplaatsen + x -> mooie combi's)
  • verdelen(splitsen) x : 2 x 18 = 2 x 10 en 2 x 8
  • termen veranderen (15 + 20 - 1 ipv 15+19) 
  • vergroten en verkleinen  x (8 x 12,50 = 4 x 25)
  • vergroten of verkleinen : (: 2,4: 6 -> 24:6)
 
Strategieën traditioneel vs realistisch
  • Cijferen en kolomrekenen
  • Staartdeling en hapmethode

-> voordelen en verschillen noemen

Gebruik maken van rekenfeiten

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies