‹Terug naar zoeken

Het gezegde in de rompzin

Het gezegde in de rompzin
  • Log je in op LessonUp.com onder je eigen naam
  • WB. p. 197


Zo meteen begin de les.
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het gezegde in de rompzin
  • Log je in op LessonUp.com onder je eigen naam
  • WB. p. 197


Zo meteen begin de les.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modaliteit
Wijs/modus geeft uitleg over de manier waarop de schrijver de inhoud van de zin voorstelt

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modaliteit
HERHALING:
  • realis = indicatief
  • potentialis = conjunctief praesens
  • irrealis van het heden =  conjunctief imperfectum
  • irrealis van het verleden = conjunctief plusquamperfectum
    => meestal in combinatie met BWBz van voorwaarde

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicat, mentiatur
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicat, mentiatur.
A
realis
B
potentialis
C
irrealis heden
D
irrealis verleden

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicat, mentiatur
POTENTIALIS:
Als iemand dit zou zeggen, zou hij liegen.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dixisset, mentitus esset
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dixisset, mentitus esset
A
realis
B
potentialis
C
irrealis heden
D
irrealis verleden

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dixisset, mentitus esset
Irrealis verleden:
Als iemand dit zou gezegd hebben, zou hij gelogen hebben.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicit, mentitur.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicit, mentitur.
A
realis
B
potentialis
C
irrealis heden
D
irrealis verleden

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc dicit, mentitur.
Realis:
Als iemand dit zegt, liegt hij.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc diceret, mentiretur.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc diceret, mentiretur.
A
realis
B
potentialis
C
irrealis heden
D
irrealis verleden

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Si quis hoc diceret, mentiretur.
Irrealis heden:
Als iemand dit zou zeggen, zou hij liegen.
  • dicere = zeggen
  • mentiri (dep.) = liegen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modaliteit van de rompzin
NIEUW: BB. p. 197

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OVERLEGGENDE VRAAG
  • vragende rompzin
  • 1ste pers. enk. of mv.
  • Conj. praesens = overleggende vraag van het heden
    Quid faciam?
    Wat MOET ik doen? Wat ZOU ik doen?
  • Conj. imperfectum = overleggende vraag van het verleden
    Quid faceremus?
     Wat MOESTEN wij doen?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modaliteit van de rompzin
VOLITIEVE ROMPZIN

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GEBOD
  • Imperatief
  • Milites, regiam incendite! 
  • Soldaten, steek het paleis in brand!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

AANSPORING
  • conjunctief praesens
  • 1ste pers. mv.
  • Graeciam ulcisciamur! 
  • Laten we Griekenland wreken!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERVULBARE WENS
  • conjunctief praesens
  • Kan ingeleid worden door het partikel utinam.
  • (Utinam) diu rex vivat! 
  • Hopelijk leeft de koning lang!
  • Als de koning maar lang leeft!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redeamus statim!
A
overleggende vraag heden
B
overleggende vraag verleden
C
aansporing
D
vervulbare wens

Slide 22 - Quizvraag

Laten we dadelijk terugkeren!
Quo fugiam?
A
overleggende vraag heden
B
overleggende vraag verleden
C
aansporing
D
vervulbare wens

Slide 23 - Quizvraag

Waarheen zou ik vluchten? Waarheen moet ik vluchten?
Utinam ne veniat!
A
overleggende vraag heden
B
overleggende vraag verleden
C
aansporing
D
vervulbare wens

Slide 24 - Quizvraag

HOpelijk komt hij niet/ als hij maar niet komt!
Quid responderem?
A
overleggende vraag heden
B
overleggende vraag verleden
C
aansporing
D
vervulbare wens

Slide 25 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
OVERZICHT
  • realis                                   indicatief
  • Potentialis                        conj. praesens 
  • Irrealis                                conj. imperfectum/plusquamperf. 
  • Overleggende vraag    conj. praes./imperf. 1ste pers. enk/mv
  • Gebod                                 imperatief
  • Aansporing                       conj. praes. 1ste pers. mv.
  • Wens                                    conj. praes. (utinam)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OEF 1 WB p. 198
6 Zinnen: iedereen vertaalt een zin
  • Zin 1: Anna, Leonie & Joaquin
  • Zin 2: Chloë, Maxim & Febe
  • Zin 3: Heike, Wout & Louis
  • Zin 4: Yente, Maite & Gustave
  • Zin 5: Silke, Cesar & Hanne
  • Zin 6: Brenn & Lotte

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OVERZICHT
  • realis                                   indicatief
  • Potentialis                        conj. praesens 
  • Irrealis                                conj. imperfectum/plusquamperf. 
  • Overleggende vraag    conj. praes./imperf. 1ste pers. enk/mv
  • Gebod                                 imperatief
  • Aansporing                       conj. praes. 1ste pers. mv.
  • Wens                                    conj. praes. (utinam)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Domum redeamus! Ne diutius progrediamur!'
A
gebod
B
overleggende vraag
C
aansporing
D
wens

Slide 29 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
'Domum redeamus! Ne diutius progrediamur!'

  • Vertaling:
  • Laten we naar huis terugkeren! Laten we niet langer voortgaan!

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Si crederem terras victas tutas esse, ego vero ad matrem et cives meos currerem. Minime autem tutae sunt.'
A
potentialis
B
irrealis
C
overleggende vraag
D
wens

Slide 31 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
'Si crederem terras victas tutas esse, ego vero ad matrem et cives meos currerem. Minime autem tutae sunt.'

  • Vertaling:
  • 'Als ik geloofde dat de veroverde landen veilig waren, zou ik inderdaad naar mijn moeder en naar mijn medeburgers lopen. Maar ze zijn helemaal niet veilig.'

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Cur progrediamur? Si permittas tu, nos hic quoque maneamus.'
A
potentialis
B
irrealis
C
overleggende vraag
D
wens

Slide 33 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
'Cur progrediamur? Si permittas tu, nos hic quoque maneamus.'

  • Vertaling:
  • 'Waarom zouden wij verdergaan? Als jij het zou toelaten, zouden wij hier ook kunnen blijven.'

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'In Indiam eamus! Finis orbis terrarum est.'
A
gebod
B
aansporing
C
overleggende vraag
D
wens

Slide 35 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
'In Indiam eamus! Finis orbis terrarum est.'

  • Vertaling:
  • 'Laten we naar Indië gaan! Het is het einde van de wereld'

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Utinam ad istum orbis terrarum finem vivi perveniamus!'
A
gebod
B
aansporing
C
overleggende vraag
D
wens

Slide 37 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
Utinam ad istum orbis terrarum finem vivi perveniamus!'

  • Vertaling:
  • Hopelijk komen we levend aan bij dat einde van de wereld!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pergite, me sequimini!
A
gebod
B
aansporing
C
overleggende vraag
D
wens

Slide 39 - Quizvraag

Wat moest ik antwoorden?
Pergite, me sequimini!

  • Vertaling:
  • Ga verder, volg mij!

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: oef. 2 & 3
- foto van je oplossingen uploaden in de uploadzone
- vertaling van oef. 3: WORDdocument in uploadzone
Vertaling zin 1, oef. 3 p. 200:
Achtergelaten tussen de wilde dieren leef ik zelfs nu, gemene Theseus. En jij zou willen dat ik dit met een kalm gemoed verdraag?
VRAGEN?

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer lessen zoals deze

Conjunctief in de Hoofdzin

- Les met 22 slides
LatijnSecundair onderwijs

les 25 woorden-vormpjes

- Les met 20 slides
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

V4 Latijn 13 november 24

- Les met 14 slides
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

H5 2c

- Les met 28 slides
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

coniunctivus in de hoofdzin

- Les met 35 slides
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

coniunctivus in de hoofdzin

- Les met 27 slides
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

De vorming van de conjunctief in de voltooide tijden

- Les met 11 slides
LatijnSecundair onderwijs

Realis, potentialis en irrealis - Pegasus Novus

- Les met 17 slides
LatijnSecundair onderwijs