In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Cultuur
Paragraaf 6.2
Slide 1 - Tekstslide
NOS Stories
Instagram: NOS Stories
Slide 2 - Tekstslide
Maar.......
Eerst nog even 6.1.3
Slide 3 - Tekstslide
Wat is discriminatie?
Slide 4 - Woordweb
Discriminatie
Discriminatie: Iemand behadelen op basis van zijn geslacht, geloof, leeftijd of afkomst. Subcultuur eerder slachtoffer dan dominante cultuur.
Stereotypering: Kenmerk van 1 persoon toepassen op een hele groep.
Generalisering: Conclusie trekken over een hele groep op basis van 1 geval.
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoel
Waarom heb je als beginnend OA kennis van interculturele communicatie nodig?
Slide 6 - Tekstslide
Interculturele communicatie
Sociale vaardigeden
Inlevingsvermogen: Het verplaatsen in een ander. Hierdoor voelt de ander zich begrepen, stelt zich makkelijker open en is sneller bereid te kijken naar zijn eigen gedrag.
Luisteren: Actief luisteren, dan controleer je of je de boodschap goed begrijpt. Laat de ander uitpraten. Doorvragen. Knikken en hummen.
Kennis: Zelfkennis en kennis van de ander zijn normen en waarden en omgangsvormen zorgen ervoor dat je overeenkomsten kan ontdekken. Dit leidt tot een sterkere band. Die band schept vertrouwen.
Slide 7 - Tekstslide
Miscommunicatie
Niet kunnen of willen begrijpen van elkaar.
Vooroordelen: Mening ten aanzien van een groep of individu.
Slide 8 - Tekstslide
basiswaarden van Hall.
Hoge of lage contextculturen.
Monochrome en polychrome tijdsbeleving.
Persoonlijke ruimte.
Snelle en langzame boodschappen.
Snelle en langzame informatiestroom.
Keten van handelen.
Slide 9 - Tekstslide
Leerdoel
Waarom heb je als beginnend OA kennis van interculturele communicatie nodig?
