2.4 Vorsten met absolute macht 2024

2.4 - Vorsten met absolute macht
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

2.4 - Vorsten met absolute macht

Slide 1 - Tekstslide

Vorsten met absolute macht
Leerdoelen:
  • Je kunt uitleggen hoe koningen sinds de late middeleeuwen meer macht probeerden te krijgen.

  • Je kunt uitleggen wat absoluut bestuur is en hoe dat functioneerde in Frankrijk

  • Je kunt enkele gevolgen noemen van de invoering van absoluut bestuur in Rusland 

Slide 2 - Tekstslide

Koningen willen meer macht
  • Samen maken: opdracht 1 blz 85

  • Monarchie/Monarch?
  • Centraal bestuur?

  • Leenmannen/Edelen (vorig schooljaar)?



Slide 3 - Tekstslide

Koningen willen meer macht
  • 17e eeuw Europa: meeste landen monarchie
  • Monarchie = vorm van bestuur met een koning aan het hoofd
  • Koningschap = erfelijk

  • Eerst afhankelijk van adel:  geld en leger (feodale stelsel)
  • Door belasting te heffen --> niet meer afhankelijk van geld v/d adel
  • Zo dus meer macht (denk aan centralisatie Karel V)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Lodewijk XIV
  • Lodewijk XIV is de hoofdpersoon van par. 2.4
  • We bekijken het filmje en daarna beantwoorden we de vraag:
  • 'wat valt je op aan Lodewijk XIV'?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat valt je op aan de omgang van Lodewijk XIV met anderen?

Slide 10 - Open vraag

De bijnaam van Lodewijk XIV is de 'zonnekoning' Leg uit hoe je dit terug ziet in het filmpje en leg uit wat dit zegt over zijn macht.

Slide 11 - Open vraag

Bekijk het volgende filmfragment goed!
Film: 'Le Roi Danse' uit het jaar 2000

Hierna volgen een paar vragen!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Wat wordt met de dans gesymboliseerd?
A
Alles draait om de koning
B
De koning is ook maar een mens
C
De koning houdt van dansen
D
De dans is iets koninklijks

Slide 14 - Quizvraag

Wat wilt de koning nog meer uitbeelden?
A
Hij is niet zo vaardig
B
Zijn rijkdom
C
Hij is Goddelijk
D
Zijn verstand van dans

Slide 15 - Quizvraag

Kijk goed naar dit schilderij!

Slide 16 - Tekstslide

Hoe wordt
het 'droit divin'
=goddelijk recht
op dit schilderij uitgebeeld?
A
Koning zit op de troon
B
Koning is omringd met bisschoppen
C
Koning krijgt de macht van 'boven'
D
De koning is 'verlicht'

Slide 17 - Quizvraag

De Republiek der Nederlanden?
  •  In de 17e eeuw was Nederland een Republiek met 7 gewesten (staatjes): Hol, Ze, Ut, Gld, Ov, Gr, Fr
  • Het hoogste bestuur in elk gewest lag bij de Staten(vergadering met vertegenwoordigers van de steden en adel)
  • De gewesten werkten samen in de Staten-Generaal (beslissingen over buitenlandse politiek, leger en vloot)
  • De Republiek werd bestuurd door regenten uit rijke families/bovenlaag (oligarchie)
  • Het gewone volk had niets te vertellen!

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag
Lees éérst de tekst van P2.4

Maak daarna 2 t/m 6 van MEMO P2.4

Slide 19 - Tekstslide

Vorsten met absolute macht
Leerdoelen:
  • Je kunt uitleggen hoe koningen sinds de late middeleeuwen meer macht probeerden te krijgen.

  • Je kunt uitleggen wat absoluut bestuur is en hoe dat functioneerde in Frankrijk

  • Je kunt enkele gevolgen noemen van de invoering van absoluut bestuur in Rusland 

Slide 20 - Tekstslide

Absoluut vorst: Lodewijk XIV (1)
  • L'État, c'est Moi= 
  • de staat, dat ben ik!
  • Absolutisme: de vorst heeft alle macht.

  • Frankrijk --> vorst aan de macht: 
  • (monarchie: (erfelijke) koning bestuurt het land.)

  • Vorst heeft de macht van God gekregen en hoeft alleen verantwoording af te leggen aan God = 'le droit devin'

Slide 21 - Tekstslide

Absoluut vorst: Lodewijk XIV (2)
  • 1. Adel moest in Versailles komen wonen.
  • 2. Economisch: heffen van centrale belastingen -->leger, ambtenaren, paleis bouwen. (mercantilisme: import /export)
  • 3. Cultureel: goddelijk recht =onaantastbaar en regeerde als vader
  • --> alle Fransen katholiek.
  • 4. Militair: Er werd een staatsleger ingevoerd. Geen gebruik van huurlegers.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Absoluut vorst: Peter de Grote 
  • Rusland liep economisch + technologisch achter.
  • Peter de Grote liet zich bijscholen in Europa, met name in Republiek (scheepsbouwer)
  • In Rusland: wegen aanleggenkanalen graven, academie voor zeelui, opzet training soldaten.
  • Liet een nieuwe stad bouwen: Sint-Petersburg (zoals Amsterdam met grachtengordel)

Slide 24 - Tekstslide

Peterhof

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Frankrijk
Rusland
Republiek

Lodewijk XIV
Willem III
Peter de Grote
Liep economisch achter.
Tsaar
Paleis van Versailles
Sint-Petersburg
Stadhouder
Staten
Regenten

Slide 27 - Sleepvraag

Hoe werd Lodewijk XIV rijker?
A
Belasting
B
Geld lenen van andere landen

Slide 28 - Quizvraag

Het bestuur van de Republiek was bijzonder omdat het geen koning had
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag


Geen absoluut vorst: Engeland

  • Het parlement verzette zich tegen de absolute macht van de Engelse koning. Parlement was een vergadering van geestelijken, edelen en machtige burgers.
  • Koning Karel I werd afgezet, Karel II moest al zijn besluiten goed laten keuren door het parlement. 
  • Jacobus II wilde alle macht, maar werd verdreven door stadhouder Willem III. Willem III werd koning, op voorwaarde dat hij geen besluiten nam zonder het parlement. 

Slide 30 - Tekstslide

Glorious Revolution 

  • Jacobus II: katholiek koning in een protestants Engeland
  • Engelse adel vreest godsdienstvervolgingen
  • 1688: Glorious Revolution= beperking macht koning
  • Stadhouder Willem III verdrijft Jacobus en wordt vorst van Engeland

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag
Lees éérst de tekst van P2.4

Maak daarna 7 t/m 10 van MEMO P2.4

Slide 32 - Tekstslide

Welkom
Vorige keer?
Vandaag paragraaf 2.7: Michiel de Ruyter
Lees éérst de opdrachten goed
Blooket spelen
Nu eerst het jaar 1607 en een topstuk uit Rijksmuseum(video)


Slide 33 - Tekstslide

In het jaar 1607...
... werd in Vlissingen een kind geboren dat de naam Michiel kreeg. Michiel was geen gemakkelijk kind. Hij mocht naar school, maar daar luisterde hij zo slecht dat de meester hem naar huis stuurde. Dat vond Michiel niet erg. Er waren in de stad genoeg avonturen te beleven. In plaats van naar huis te gaan, liep Michiel naar de kerk en begon hij de toren te beklimmen. Hij klom tot boven op de spits van de toren.  

Slide 34 - Tekstslide

De koster van de kerk zag het:  "Hé, jij daar, kom als de wiedeweerga naar beneden."

"Maar hiervandaan heb ik juist zo'n mooi uitzicht! Zo kan ik de schepen op zee zien!"

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link

Aan de slag
P2.7 Michiel de Ruyter
Waarom werd Michiel de Ruyter een held genoemd en wat betekent dat voor ons nu?

Slide 37 - Tekstslide