5H bespr proefopdr. les 1 - 281019

ma 28 o - 5h
  • uitdelen nagekeken schrijfopdrachten 
  • bespreken veel voorkomende punten ter verbetering
  • filmpjes verschil uiteenzetting, beschouwing en betoog
  • zelfstandig bestuderen artikelen uit jouw map
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ma 28 o - 5h
  • uitdelen nagekeken schrijfopdrachten 
  • bespreken veel voorkomende punten ter verbetering
  • filmpjes verschil uiteenzetting, beschouwing en betoog
  • zelfstandig bestuderen artikelen uit jouw map

Slide 1 - Tekstslide

punten ter verbetering
Opbouw / structuur

Veel teksten zijn niet duidelijk een tekstsoort: ze bevatten elementen van zowel een beschouwing als een uiteenzetting, soms zelfs van een betoog.

Slide 2 - Tekstslide

punten ter verbetering
Opbouw / structuur
Een inleiding moet 3 elementen bevatten: 
  1. aandachttrekker
  2. introductie onderwerp
  3. constatering / hoofdvraag            

Bij de meesten ontbrak de aandachttrekker en/of de intro ow.

Slide 3 - Tekstslide

punten ter verbetering
Opbouw / structuur
  • Elk deelonderwerp met uitwerking krijgt een eigen alinea.
  • Alinea’s worden van elkaar gescheiden door één witregel    (is 2x enter).
  • Inleiding – middenstuk   èn   middenstuk – slot   worden van elkaar gescheiden door twee witregels (is 3x enter).
  • Géén tussenkopjes.

Slide 4 - Tekstslide

punten ter verbetering
Opbouw / structuur
Een slot moet 3 elementen bevatten: 
  1. conclusie
  2. samenvattende zin(nen)
  3. krachtige slotzin / uitsmijter

Een slot mag géén nieuwe informatie bevatten.

Slide 5 - Tekstslide

punten ter verbetering
Publiek - ongeveer van jouw leeftijd. Dus...
Geen 'u' in je tekst.
Geen informeel taalgebruik - geen onnodig dure woorden. --> link
Gebruik zo min mogelijk het onpersoonlijk 'je' en zeker geen 'we' of 'ik'. 
'Tot slot moeten we nog antwoord geven op...' --> Tot slot: zullen dialecten snel uitsterven?
'In Nederland heb je veel dialecten.' --> In Nederland worden veel dialecten gesproken / zijn er veel dialecten

Slide 6 - Tekstslide

punten ter verbetering
Taalgebruik & schrijfstijl

Gebruik hoe dan ook een komma in de volgende gevallen:

  • Tussen twee pv’s die niet bij elkaar horen: Toen ik hem zag, zwaaide ik. 
  • Tussen de delen van een opsomming: Ik kocht krentenbollen, croissants, broodjes en koek. 
  • Vóór een voegwoord: Ik ben te laat, omdat mijn band lek is. 

Slide 7 - Tekstslide

punten ter verbetering
Taalgebruik & schrijfstijl

Na echter krijg je nóóit inversie (eerst pv en dan ow), maar een gewone zinsvolgorde:
  • Echter, hij is het er niet mee eens dat…. 
  • Fout = Echter is hij het er niet mee eens dat …. 

Slide 8 - Tekstslide

punten ter verbetering
Taalgebruik & schrijfstijl

  • Vermijd: spreektaal als ‘nou’, ‘wel eens’, ‘nog’, ‘wel echt’, ‘eigenlijk’. --> hoe strakker zinnen zijn, hoe lekkerder ze lezen.
Het komt nog wel eens voor dat leenwoorden in de oorspronkelijke taal eigenlijk een andere betekenis hadden.
Het komt voor dat een leenwoord in de oorspronkelijke taal een andere betekenis had.

Slide 9 - Tekstslide

punten ter verbetering
Citeren
  • Je mag alléén letterlijk tekst uit het artikel overnemen als je citeert.
  • Je zet de overgenomen tekst tussen aanhalingstekens en je noemt de bron, anders is er sprake van plagiaat
  • Bij het SE ben je verplicht om minimaal en maximaal 1 citaat op te nemen.

Slide 10 - Tekstslide

punten ter verbetering
Citeren, zo doe je dat:

  • Noem achternaam+beroep+bron bij citaat. -> ABb-Citaat
  • Bijvoorbeeld: Zoals de docenten Boissevain en Den Heijer vinden in de Volkskrant van 3 mei 2012: ”Goed rekenonderwijs is belangrijker dan het invoeren van een rekentoets.”
  • En niet: Zoals Boissevain, A. en Heijer, K. den vinden in de Volkskrant. 

Slide 11 - Tekstslide

Zoek de fout

‘Voordelen van het verdwijnen van de dialecten in de Nederlandse taal is mogelijk minder discriminatie op basis van accenten.’

Slide 12 - Tekstslide

Zoek de fout

‘Is het erg dat taal veranderd?’

Slide 13 - Tekstslide

Zoek de fout
(2x) 

‘Doordat dit gebeurd mengen veel verschillende talen door elkaar heen.’

Slide 14 - Tekstslide

Zoek de fout
‘En dit is niet alleen de enige landen waarin de verschillen tussen de talen heel klein zijn.’

Slide 15 - Tekstslide

Zoek de fout
‘In conclusie, (…).’

Slide 16 - Tekstslide

uiteenzetting, beschouwing, betoog

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

verschil tussen betoog en beschouwing

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

uiteenzetting

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

oefenopdracht
Goed bewaren! We gaan er na de herfstvakantie mee verder.

Slide 23 - Tekstslide

zelfstandig werken
bestudeer de artikelen uit je map
oortjes mogen

Slide 24 - Tekstslide

Fijne vakantie!

Slide 25 - Tekstslide