testje paragraaf 5.4

Wat is de rijksbegroting?
A
overzicht van alle verwachte inkomsten en uitgaven
B
Belasting op ongezonde producten
C
Alle btw op producten
D
Overzicht van de basisbehoeften
1 / 16
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 12 min

Onderdelen in deze les

Wat is de rijksbegroting?
A
overzicht van alle verwachte inkomsten en uitgaven
B
Belasting op ongezonde producten
C
Alle btw op producten
D
Overzicht van de basisbehoeften

Slide 1 - Quizvraag

Wat is de miljoenennota?
A
Hetzelfde als de rijksbegroting
B
Dat leest de koning voor op prinsjesdag
C
De uitleg van de rijksbegroting
D
De cijfers van de rijksbegroting in grafieken

Slide 2 - Quizvraag

De staatsschuld stijgt als:
A
inkomsten > uitgaven
B
uitgaven > inkomsten

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een staatsschuld?
A
Het totaal van de export die een land heeft gemaakt
B
Het totaal van de import die een land heeft gemaakt
C
Het totaal van de schulden die een land heeft gemaakt.
D
Een deel van de schulden die een land heeft gemaakt.

Slide 4 - Quizvraag

Wat zijn geen inkomsten voor de Overheid?
A
sociale premies
B
verzekeringspremies
C
BTW
D
loonbelastingen

Slide 5 - Quizvraag

Wat zijn GEEN inkomsten voor de overheid?
A
Belastingen
B
Premies
C
Accijnzen
D
Subsidies

Slide 6 - Quizvraag

Wat wordt er betaald met de sociale premies?
A
Onderwijs
B
AOW
C
Politie
D
Leger

Slide 7 - Quizvraag

Wat zijn indirecte belastingen?
A
Accijns.
B
Inkomstenbelasting.
C
Btw.
D
Loonbelasting.

Slide 8 - Quizvraag

Welke beschrijving past het beste bij onroerende zaak belasting (OZB)?
A
Belasting voor het Rijk over de woning
B
Belasting van de gemeente over de woning
C
Inkomsten voor de bewoners van de gemeente
D
Onroerende zaken binnen het Rijk.

Slide 9 - Quizvraag

Wat wordt betaald van sociale premies?
A
ambtenarensalasris
B
politie
C
subsidie
D
uitkering

Slide 10 - Quizvraag

Maak onderstaande tekst compleet door de juiste woorden te kiezen.


Ieder jaar op....................................leest de koning de .......................................voor. Daarin staan de plannen van de regering voor het komende jaar.
De verwachte inkomsten en uitgaven van het Rijk staan in de ............................................ In de ............................................ staat een toelichting hierop, waarin de regering uitlegt welke keuzes zij gemaakt heeft.
Keuzeveld 1:
Keuzeveld 2:
Keuzeveld 3:
Keuzeveld 4:
Koningsdag
Prinsjesdag
miljoenennota
rijksbegroting
troonrede
miljoenennota
rijksbegroting
troonrede
miljoenennota
rijksbegroting
troonrede

Slide 11 - Sleepvraag

Begrip:
Omschrijving
De verwachte inkomsten en uitgaven van de regering voor het komende jaar
Toelichting en uitleg van de Rijksbegroting
De plannen van de regering voor het komende jaar
Hierin zit de rijksbegroting en de miljoenennota, wanneer de minister deze aanbiedt aan de Tweede Kamer
Koffertje
Rijksbegroting
Troonrede
Miljoenennota

Slide 12 - Sleepvraag

De verschillen in de hoogte van inkomens wordt in verhouding kleiner.
Het rendement wat je volgens de overheid (belastingdienst) hebt op je spaargeld en/ of beleggingen.
Een belasting die je als eigenaar van je woning aan de gemeente moet betalen. Onroerende zaak belasting.
Alle burgers en bedrijven.
Particuliere sector
OZB
Fictief rendement
Nivellering

Slide 13 - Sleepvraag

Sleep het juiste begrip naar de bijbehorende definitie.
Overzicht met de inkomsten en uitgaven van de regering in het komende jaar.


Rijksbegroting
Miljoenennota
Samenvatting van de rijksbegroting.



Slide 14 - Sleepvraag

Begrotingsoverschot
Begrotingstekort
Lenen
Sparen
Rente ontvangen
Rente betalen

Slide 15 - Sleepvraag

De overheid verwacht meer inkomsten dan uitgaven.
De overheid verwacht meer uitgaven dan inkomsten.
Begrotingsoverschot
Begrotingstekort

Slide 16 - Sleepvraag