Insuline wordt in het lichaam geinjecteerd m.b.v. een insulinepen of insulinepomp.
Bij een hypo kan glucagon worden toegediend
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Vraag 1: Maak een overzicht van insulines die in Nederland verkrijgbaar zijn. Noem de naam van de insuline zelf, de handelsnaam en de kenmerken (bijvoorbeeld kort of langwerkend). Plak een foto van een overzicht
Slide 30 - Open vraag
Vraag 1: Maak een overzicht van insulines die in Nederland verkrijgbaar zijn. Noem de naam van de insuline zelf, de handelsnaam en de kenmerken (bijvoorbeeld kort of langwerkend). Of maak hieronder een overzicht.
Slide 31 - Open vraag
Komt een diabetes patiënt door een hypoglycaemie in coma, dan zal iemand deze patiënt een glucagon injectie moeten geven.
Slide 32 - Tekstslide
Vraag 2: Verklaar waarom glucagon de glucose concentratie in het bloed laat stijgen.
Slide 33 - Open vraag
Slide 34 - Tekstslide
Vraag 3: Waar moet de patiënt glucagon injecties bewaren?
Slide 35 - Open vraag
Vraag 4: Bezoek de website apotheek.nl en zoek de gebruiksaanwijzing van Glucagon injecties op. Geef aan wat je belangrijk vindt om te benadrukken aan de patient?
Slide 36 - Open vraag
Gebruik van glucagon
Slide 37 - Tekstslide
3. Insuline pennen
Vroeger werd insuline met dikke naalden geïnjecteerd. Tegenwoordig gaat dat met behulp van een insulinepen. Deze pen lijkt op een vulpen en is makkelijk mee te nemen. Dit kunnen voorgevulde pennen zijn of herbruikbare pennen met penfills. Daarnaast kan er een insuline pomp gebruikt worden.
Slide 38 - Tekstslide
Vraag 5: Op de website apotheek.nl staan instructiefilms hoe men via een pen de insuline kan toedienen. Bekijk de video insuline spuiten en maak een korte gebruiksaanwijzing over het gebruik van de insuline pen.
Slide 39 - Open vraag
Vraag 6: Maak een overzicht van alle pennen die in Nederland verkrijgbaar zijn.
Slide 40 - Open vraag
Insulinepomp
Er kan ook gebruik worden gemaakt van een insulinepomp.
Deze is gevuld met kortwerkende insuline die continu wordt afgegeven. Daarnaast kan er bij een hoge bloedglucose spiegel na het eten, extra insuline worden afgegeven.
Slide 41 - Tekstslide
Zelfcontrole van bloedglucose
Het controleren van de bloedglucose staat centraal bij de behandeling van diabetes. Met behulp van een bloedglucosemeter kunnen patiënten zelf hun bloedglucose meten.
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
Vraag 7: Waarom is het noodzakelijk dat patiënten regelmatig zelf hun bloedglucose meten?
Slide 44 - Open vraag
Slide 45 - Video
Vraag 8; Wat heb je nodig om de bloedglucose te meten?
Slide 46 - Open vraag
Wat zou je uit deze les of vorige les uitgelegd krijgen?