les 2

Pak je boek, je schrift, je rekenmachine 
en een pen/potlood
kauwgom in de prullenbak
mobiel in de telefoontas
Ik controleer het gemaakte huiswerk 
(opdrachten weet je het nog en §5.1)
Heb je toch kauwgom of je mobiel: uurtje nakomen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Pak je boek, je schrift, je rekenmachine 
en een pen/potlood
kauwgom in de prullenbak
mobiel in de telefoontas
Ik controleer het gemaakte huiswerk 
(opdrachten weet je het nog en §5.1)
Heb je toch kauwgom of je mobiel: uurtje nakomen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?


  • We kijken het gemaakte werk na
  • We bespreken paragraaf 5.2 Wat voor ondernemingen?
  • Je kunt beginnen aan je huiswerk
  • We sluiten de les af

                                                                   

Slide 2 - Tekstslide

Opdrachten weet je het nog?
1. de eerste en derde beweringen zijn juist.
2. andere functie, meer verantwoordelijkheid.
3. Arbeidstijden a+b Arbo c+d.
4. Beiden.
5. Eens, maximaal 12 uur in een schoolweek.
6. School kan iemand zoeken, docent kan andere baan zoeken.
7. Tijdelijke baan.
8. Werkgever

Slide 3 - Tekstslide

5.1 Wat levert werken op?
1. Ja, 12 uur in een schoolweek.
2. Loon, nuttig bezig zijn, tijdsbesteding, ervaring, sociaal.
    Regelmaat: iets om je wekker voor te zetten.
3. Nuttig bezig zijn, tijdsbesteding, sociaal.
4. Weet je als het goed is zelf wel.
5. Collectieve arbeidsovereenkomst, geld voor iedereen in de
    bedrijfstak (werkgevers en werknemers)
6. Leeftijd, ervaring, hoe goed je bent, aantal uur dat je werkt.

Slide 4 - Tekstslide

  7. Geschoold, aantal vakantiedagen / extra vergoeding
      bij nachtdienst / loon bij verschillende functies.
  8. Loonsverhoging, werknemers 5%, 
      werkgevers 3,25%
      Werknemers gaan 3 dagen staken.
  9. Bussen vervoeren veel meer mensen.
10. Brutoloon - Nettoloon
11. 2687-728-266= 1.693,- 
      3297-36,7%van3297= 2.087,-

Slide 5 - Tekstslide

2.2 Wat voor ondernemingen?

Productiesectoren:
  • primaire sector (langbouw, visserij, winning grondstoffen)
  • secundaire sector (industrie, bouw, ambachten)
  • tertiaire sector (commerciële dienstverlening)
  • quartiaire sector (niet-commerciële dienstverlening)

Slide 6 - Tekstslide

Tertiaire sector
Quartaire sector
Primaire sector
Secundaire sector

Slide 7 - Sleepvraag

Arbeidsverdeling
  • Arbeidsverdeling = iedereen doet zijn of haar eigen werk (iedereen heeft eigen taken)
  • Kun jij een voorbeeld noemen van arbeidsverdeling op school?
  • Waarom is arbeidsverdeling belangrijk?

Slide 8 - Tekstslide

Ondernemingsvormen
  • eenmanszaak
  • zelfstandige zonder personeel (zzp-er)
  • vennootschap onder firma (vof)
  • besloten vennootschap (bv)
  • naamloze vennootschap (nv)

Slide 9 - Tekstslide

Eenmanszaak
1.Er is één eigenaar die zelf de leiding heeft. 
2.De eigenaar kan personeel in dienst hebben.
3.Zakelijk en privé aansprakelijk
4.Betaalt over de winst inkomstenbelasting

Slide 10 - Tekstslide


Een zzp-er heeft geen personeel. 

Verder werkt dit hetzelfde als de eenmanszaak qua aansprakelijkheid en belasting

Slide 11 - Tekstslide

V.o.f.
Vennootschap onder firma: er zijn twee of meer eigenaren (vennoten of firmanten)
die samen de leiding hebben.
Dat is het enige verschil met een eenmanszaak.

Slide 12 - Tekstslide

- Zakelijk en privé aansprakelijk
- Betalen inkomsten belasting over de winst.


DUS bij een eenmanszaak, zzp-er en Vof

Slide 13 - Tekstslide

BV en NV
Een bv (= besloten vennootschap) en een nv (= naamloze vennootschap) zijn ondernemingsvormen waarbij het privégeld van de eigenaren en het geld van de onderneming strikt van elkaar gescheiden zijn. De eigenaren zijn aandeelhouders.

Over de winst wordt vennootschapsbelasting betaald.
De aandeelhouders krijgen dividend als er winst gemaakt wordt.

Slide 14 - Tekstslide

BV (Besloten Vennootschap)       NV (Naamloze Vennootschap)

  • Eigenaren zijn aandeelhouders
  • Directeur in loondienst 
  • Niet iedereen kan aandelen kopen
  • Aandelen kunnen meer waard worden 
  • Uitkering van winst aan aandeelhouders → dividend 
  • Failliet? → aandelen kwijt 

  • Eigenaren zijn aandeelhouders
  • Directeur in loondienst 
  • Iedereen kan aandelen kopen   
  • Aandelen kunnen meer waard worden 
  • Uitkering van winst aan aandeelhouders → dividend
  • Failliet? → aandelen kwijt

Slide 15 - Tekstslide

Het nakijken gaat vanaf vandaag anders

Ik heb mapjes gemaakt met daarin de antwoorden
  • Je kijkt zelf je gemaakte werk na
  • Heb je de opdracht goed: zet een krul
  • Heb je de opdracht fout: noteer een kruis en verbeter je antwoord

Zorg ervoor dat je elke opdracht snapt; dat je een volgende keer de opdracht goed maakt.
                                                                    kom je ergens niet uit: vraag om extra uitleg!

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk volgende les
Doornemen paragraaf 5.2 (vanaf blz  134)
Maken de opdrachten van deze paragraaf
Opdracht 1, 3 en 5 mag je overslaan
Op
Kijk je gemaakte werk na
Heb je vragen? Stel ze...

Slide 17 - Tekstslide

Welke van onderstaande bedrijven geeft aandelen uit?
A
NV
B
Eenmanszaak
C
CV
D
VOF

Slide 18 - Quizvraag

Wat valt onder de primaire sector
A
Industrie en bouw
B
Ambachten
C
Landbouw & visserij
D
Onderwijs

Slide 19 - Quizvraag

De aandelen van Domino's zijn beschikbaar voor iedereen. Domino's is een ...
A
Eenmanszaak
B
Vennootschap onder firma
C
Naamloos vennootschap
D
Besloten vennootschap

Slide 20 - Quizvraag

Welke beroepen kom je tegen in de tertiaire sector?
A
kapper
B
boer
C
taxichauffeur
D
leraar

Slide 21 - Quizvraag

Het voortbestaan van een eenmanszaak is afhankelijk van de eigenaar.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Welke beweringen zijn juist? Je kunt meerdere antwoorden kiezen.
A
Een zelfstandige kan personeel in dienst hebben.
B
Als zelfstandige heb je zekerheid over je werk en je inkomen.
C
In een eenmanszaak werkt maar één person.
D
De eigenaar van een eenmanszaak is eigen baas.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is arbeidsverdeling
A
Dat je het werk dat je doet verdeelt over je personeel
B
Je hebt mensen hebt mensen die leiding geven en mensen die het werk uitvoeren
C
Dat iedereen werkt
D
Dat je allemaal dezelfde baan hebt.

Slide 24 - Quizvraag


De bakker behoord tot de productieSECTOR:
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 25 - Quizvraag

Bakkerij Slijkerman is een familiebedrijf met meerdere eigenaren en personeel in dienst. Er zijn geen aandelen beschikbaar.
A
Eenmanszaak
B
Vennootschap onder firma
C
Naamloos vennootschap
D
Besloten vennootschap

Slide 26 - Quizvraag

Wanneer de productie stijgt wordt de kostprijs per product
A
Hoger
B
Lager

Slide 27 - Quizvraag

Bij welke ondernemingsvorm is de directeur in loondienst?
A
Eenmanszaak
B
VOF
C
CV
D
BV

Slide 28 - Quizvraag

Welke ondernemingsvorm geeft aandelen uit die vrij verhandelbaar zijn?
A
NV
B
BV
C
CV
D
VOF

Slide 29 - Quizvraag

Huiswerk volgende les
Doornemen paragraaf 5.2 (blz  134)
Maken de opdrachten van deze paragraaf
(opdracht 1, 3 en 4 mag je overslaan)

Slide 30 - Tekstslide

Tekst

Slide 31 - Tekstslide

Tekst

Slide 32 - Tekstslide