Trede 02 - Voedselrelaties tussen organismen

Trede 02 - Voedselrelaties tussen organismen
Trede 03 - Voedselrelaties
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Trede 02 - Voedselrelaties tussen organismen
Trede 03 - Voedselrelaties

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • De leerlingen kunnen uitleggen wat een producent, consument, detrivoor, reducent,
  • voedselketen, voedselweb en voedselpiramide is.
  • De leerlingen kunnen producenten, consumenten, detrivoren en reducenten in een
  • voedselketen, voedselweb of voedselpiramide herkennen en benoemen.
  • De leerlingen kunnen het belang van biodiversiteit illustreren aan de hand van een voorbeeld
  • van een ecologisch evenwicht in een biotoop.
  • De leerlingen kunnen op basis van hun bevindingen uitleggen hoe organismen onderling
  • afhankelijk zijn in een biotoop.






Slide 2 - Tekstslide

Even herhalen:

Slide 3 - Tekstslide

Ecosysteem
Alle biotische en abiotische factoren samen

Slide 4 - Tekstslide

Levensgemeenschap
Alle verschillende soorten organismen in een gebied

Slide 5 - Tekstslide

Populatie
Alle dieren van dezelfde soort in 1 gebied

Slide 6 - Tekstslide

Individu
1 organisme

Slide 7 - Tekstslide

Voedselbronnen

Slide 8 - Tekstslide

Producenten
Produceren hun eigen voedingsstoffen.

- Bv. Planten

Slide 9 - Tekstslide

Consumenten
Ze gebruiken planten en/of dieren als voedsel.

- Bv. insecten, dieren ...

Slide 10 - Tekstslide

Detrivoren
  • Detrivoren = Consumenten die detritus (dood organisch materiaal) zoals dode organismen opeten. Ze breken dit verder af tot fijner dood organisch materiaal.

Slide 11 - Tekstslide

Reducenten
Ze breken dood organisch materiaal af zodat het weer door de planten gebruikt kan worden.
Tijdens de afbraak halen ze energie uit de stoffen.

- Bv. schimmels, bacteriën ...

Slide 12 - Tekstslide

Voedselrelaties

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

herbivoor
omnivoor
carnivoor
Hoe herkennen we ze?

Slide 15 - Tekstslide

Zet deze organismen in volgorde van 'gegeten worden'.

Slide 16 - Sleepvraag

Een voedselketen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Een voedselweb

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Wat met organismen die een natuurlijke dood sterven?

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Voedselkringloop

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Tekstslide

Een voedselpiramide

Slide 30 - Tekstslide

Biomassa
  • In een voedselketen wordt de biomassa in elke volgende schakel kleiner
  • De hoeveelheid energie daalt naar boven toe, samen met de biomassa

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Oefenen!

Slide 33 - Tekstslide

Hoeveel schakels heeft deze voedselketen?
A
4
B
5
C
9
D
3

Slide 34 - Quizvraag

Wat betekent een pijl in een voedselketen?
A
Eet
B
Leeft samen met
C
Wordt gegeten door
D
Jaagt samen met

Slide 35 - Quizvraag

Dit is een...
A
Producent
B
Consument
C
Afvaleter
D
Reducent

Slide 36 - Quizvraag

Dit is een...
A
Producent
B
Consument
C
Afvaleter
D
Reducent

Slide 37 - Quizvraag

Dit is een...
A
Producent
B
Consument
C
Afvaleter
D
Reducent

Slide 38 - Quizvraag

Producent
Consument
Reducent
Voedingsstoffen maken
Resten afbreken tot mineralen
Voedingsstoffen gebruiken

Slide 39 - Sleepvraag

Wie is wie? sleep de juiste afbeelding naar de juiste plek.

afvaleter
reducent
consument
producent

Slide 40 - Sleepvraag

Waar
Niet waar
Dieren zijn consumenten.
Een plant is een consument.
Biomassa is de totale massa dat producten eten.
Planten en schimmels zijn allebei. reducenten.
Schimmels en bacteriën zijn reducenten.
In de cellen met bladgroekorrels vindt fotosynthese plaats.
Een voedselketen eindigt altijd met een plant.

Slide 41 - Sleepvraag

Afvaleters
Consumenten
Reducenten

Slide 42 - Sleepvraag