Les 4.5 - Herhaling H6

Programma 
  • Herhaling hoofdstuk 6
  • Aan het werk (keuze) 

Exclusief voor leerlingen in het lokaal:
  • Oefenopdracht vraag- en aanbod (hoofdstuk 3)
  • Doornemen toets 
  • Mogelijkheid stellen van vragen
  • Afronding van deze les 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Programma 
  • Herhaling hoofdstuk 6
  • Aan het werk (keuze) 

Exclusief voor leerlingen in het lokaal:
  • Oefenopdracht vraag- en aanbod (hoofdstuk 3)
  • Doornemen toets 
  • Mogelijkheid stellen van vragen
  • Afronding van deze les 

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een gevangenendilemma?
GevangenendilemmaBeide spelers volgen hun eigenbelang. En er ontstaat een evenwicht dat voor beiden ongunstig is.

Straatverlichting. Opbrengst iedere speler: 10, Kosten totaal: 14. Door het externe effect, levert het 10 per speler op, terwijl het per speler maar 7 kost.


Slide 2 - Tekstslide

Wat is de nu de evenwichtsuitkomst van dit spel?

Hiervoor maken we de opbrengstenmatrix:





De uitkomst is dat ze ……… . Er is echter een betere uitkomst voor beide: ze zouden er beide op vooruit gaan als ze ……… .


Slide 3 - Tekstslide

Wat is de nu de evenwichtsuitkomst van dit spel?

Hiervoor maken we de opbrengstenmatrix:





De uitkomst is dat ze beide verlinken. Er is echter een betere uitkomst voor beide: ze zouden er beide op vooruit gaan als ze beide zouden zwijgen.


Slide 4 - Tekstslide

Oplossingen voor het gevangenendilemma:

  • Spelers kijken naar het collectieve belang, de gezamenlijke opbrengsten
  • Spelers gedragen zich volgens een sociale norm
  • Spelers binden zichzelf door een actie vanuit eigen belang onaantrekkelijk te maken (begrip: zelfbinding). Je wijkt af van de dominante strategie en doet een poging de ander te beïnvloeden. > zie filmpje Golden Balls verderop in deze les. 
  • Spelers worden onderworpen aan collectieve dwang

Slide 5 - Tekstslide

Individuele goederen
  • goederen die je kunt kopen op een 'markt' en waarvoor je moet betalen: uitsluitbaarheid. Zonder betaling word je uitgesloten.
  • Je kunt niet alles kopen, je moet keuzes maken.: rivaliserend 
Voorbeelden: kleding, Netflix en boodschappen van de supermarkt

Slide 6 - Tekstslide

collectieve goederen
  • Goederen die de overheid levert. Deze zijn niet uitsluitbaar of rivaliserend
  • Iedereen mag hiervan gebruikmaken > collectief
Voorbeelden: politie, bankje in het park of een zeedijk. 

Slide 7 - Tekstslide

quasi-collectieve goederen
  • Ook wel semicollectieve goederen genoemd. 
  • Worden door de overheid geproduceerd, maar zijn wel individuele goederen dus wel uitsluitbaar en rivaliserend 

Voorbeelden: een theaterbezoek (schouwburg), treinvervoer of de aanvraag van een paspoort. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

verschillende soorten belangen
individueel belang
voorop stellen van je eigen belang. 
vaak niet de optimale uitkomst.
collectief belang
optimale uitkomst
komt tot stand door samen te werken en afspraken 

Slide 10 - Tekstslide

de publieke sector
de collectieve sector 
de overheid
verantwoordelijk voor produceren collectieve goederen en diensten

particuliere sector
burgers en bedrijven 

Slide 11 - Tekstslide

externe effecten
externe effecten
onbedoelde gevolgen van de productie

Slide 12 - Tekstslide

individuele arbeidsovereenkomst
Dit is een omschrijving van jouw baan en tegen welke voorwaarden je de baan hebt geaccepteerd. 
arbeidsvoorwaarden
De voorwaarden waarmee je een baan accepteert.
primaire arbeidsvoorwaarden
Deze gaan over afspraken die grotendeels uit te drukken zijn in geld. (loon en werktijden)
secundaire arbeidsvoorwaarden
Zijn grotendeels niet uit te drukken in geld. (middagpauzes, vakantiedagen en werkomstandigheden) 
waar maak je afspraken over bij een nieuwe baan?

Slide 13 - Tekstslide

samenwerkingen
cao
collectief arbeidsovereenkomst. Dit wil zeggen een afspraak tussen een vakbond en een werkgeversorganisatie. Over de primaire en sedundaire arbeidsvoorwaarden.
bedrijfstak of branche
is een groep bedrijven of ondernemers die dezelfde producten aanbieden of diensten aanbieden. (kappersbranche, de bouw, de horeca)
de rol van de regering bij een cao
als een vakbond en de werkgevers een akkoord hebben bereikt. Verklaart de regering dit algemeen verbindend, dit wil zeggen dat de afspraken voor iedereen gelden in de branche 
lidmaatschap vakbond
Het is een keuze om lid te worden van een vakbond. Je moet lidmaatschap betalen om lid te zijn. Als er door de vakbond een betere cao wordt afgesloten profiteert iedereen in de branche ervan. Ook de niet leden, dit noem je meeliftgedrag  
link naar actualiteit
https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/bundel/1304506/agenten-voeren-actie

Slide 14 - Tekstslide

Aan het werk - thuiswerkers

  • Ga aan de slag met het afronden van de opdrachten van H3 en H6.
  • Wil je herkansen? Teken volgende week af in de les. Geen foto's sturen.
  • Vragen? Stel ze via Teams. Lastige vragen bespreken we volgende week in het lokaal. 
  • Je hoeft nu niet online te blijven.
Aan het werk - 
leerlingen in het lokaal
  • Ga aan de slag met het afronden van de opdrachten van H3 en H6.
  • Wil je herkansen? Teken vandaag of uiterlijk volgende week (vrijdag 13:00 uur) op school af. Geen foto's sturen.
  • Vragen? Stel ze in de les. 
  • We gaan zo nog een herhalingsopdracht doen van H3. Deze mag je nu ook gaan maken.
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Oefenopdracht 
vraag- en aanbod

Slide 16 - Tekstslide

Doornemen toets

Slide 17 - Tekstslide

Wil je nog iets weten?

Slide 18 - Open vraag

Tot volgende week!

Slide 19 - Tekstslide