Het Keynesiaanse kruis

Het Keynesiaanse kruis
Bestedingen en inkomen
Consumptiefunctie
Bestedingslijn
Evenwichtsinkomen
Multiplier
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Het Keynesiaanse kruis
Bestedingen en inkomen
Consumptiefunctie
Bestedingslijn
Evenwichtsinkomen
Multiplier

Slide 1 - Tekstslide

Bestedingen = inkomen
  • Bestedingen leidt tot productie en leidt dus tot inkomen
  • Hans koopt een hamburger voor € 2. 
  • Deze hamburger moet geproduceerd worden. 
  • Er wordt voor € 2 waarde gecreëerd. 
  • Dit leidt tot € 2  inkomen voor de kok en de eigenaar van de snackbar

Slide 2 - Tekstslide

Bestedingen = C + I +O
Consumptie
Investeringen
Overheidsbestedingen

De bestedingen heet ook wel: effectieve vraag --> EV

Buitenland buiten beschouwing

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Consumptiefunctie
Y - B = Inkomen - belastingen
Y - B = besteedbaar inkomen
c = deel van inkomen dat je consumeert (75 % bijv.)
C o = autonome consumptie, deel van de consumptie die onafhankelijk is van het besteedbaar inkomen

Slide 5 - Tekstslide

Consumptiefunctie: voorbeeld
B = 0,4 Y
C = 0,8 (Y - 0,4Y) + 50
C = 0,8 (0,6 Y) + 50
C = 0,48 Y + 50
0,48 Y = de marginale consumptiequote = het deel van extra inkomen dat geconsumeerd wordt (48%)

Slide 6 - Tekstslide

Consumptiefunctie: voorbeeld
Sparen = het deel van inkomen dat je niet consumeert
C = 0,48 Y + 50
S = Y - C
S = Y - (0,48 Y + 50)
S = 0,52 Y - 50

Slide 7 - Tekstslide

Investeringen en overheidsbestedingen
Beide een autonoom getal dus niet afhankelijk van het inkomen


Slide 8 - Tekstslide

Autonome deel van EV is startgetal van lijn
richtingscoëfficiënt wordt bepaald door consumptiequote

Slide 9 - Tekstslide

Evenwichtsinkomen. Er is evenwicht tussen bestedingen en de productie. 

Slide 10 - Tekstslide

Evenwichtsinkomen. Er is evenwicht tussen bestedingen en inkomen

Slide 11 - Tekstslide

De productie > vraag
Voorraden stijgen

Slide 12 - Tekstslide

De productie > vraag
Voorraden stijgen
Productie verlagen
Inkomen daalt
Bestedingen dalen

Slide 13 - Tekstslide

vraag > productie
besteding >inkomen
Voorraden dalen

Slide 14 - Tekstslide

vraag > productie
Voorraden dalen
Productie omhoog!
Inkomen omhoog tot..
Besteding = inkomen


Er is weer evenwicht op goederenmarkt

Slide 15 - Tekstslide

Evenwicht op kapitaalmarkt
O - B
S = I + (O - B)
Spaargeld gebruikt voor investeringen en tekort van de overheid

Slide 16 - Tekstslide

Toename van Y* is groter dan toename autonome overheidsbestedingen

Slide 17 - Tekstslide

Dit komt door de multiplier --> de vermenigvuldiger

Slide 18 - Tekstslide

multiplier berekenen

Verandering Y*/ verandering O

bv:
toename Y* = 400
toename O = 100

mp = 400/100 = 4

Slide 19 - Tekstslide

multiplier toepassen

Overheidsbestedingen stijgen met 20 miljard.
Wat is verandering productie?

4 X 20 miljard = 80 miljard

Slide 20 - Tekstslide

multiplier toepassen

Ik wil productie laten toenemen met 100 miljard.
Met hoeveel moet de overheidsbestedingen omhoog?

O x mp = verandering Y

100 miljard / 4 = 25 miljard

O moet met 25 miljard toenemen

Slide 21 - Tekstslide

Multiplier verklaard: kettingreactie
Overheid gaat meer uitgeven en gaat dijken verhogen
dit levert extra banen op
dit levert extra inkomen op
een deel van extra inkomen wordt uitgegeven aan consumptiegoederen
meer productie, meer inkomen, meer consumptie enzovoort

Slide 22 - Tekstslide

Inverdieneffecten
Inverdieneffecten: Een deel van de extra uitgaven van de overheid wordt ook weer terugverdient in de vorm van hogere belastingontvangsten. 
Als de overheidsuitgaven stijgen, stijgt EV en dus het nationaal inkomen. Hierover moet belasting worden betaald, dus stijgen de belastingontvangsten.
Deel van extra uitgave wordt weer terugverdiend

Slide 23 - Tekstslide

Spaarlek en belastinglek
  • bij iedere bestedingsronde 'lekt geld weg'
  • Een deel van het inkomen wordt gespaard => spaarlek
  • Over een deel van het inkomen wordt belasting betaald => belastinglek

Slide 24 - Tekstslide