Pak je Nederlands boek Pak je etui Ga rustig zitten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Pak je Nederlands boek Pak je etui Ga rustig zitten
Slide 1 - Tekstslide
Ta!ent
3.5 Woorden
Slide 2 - Tekstslide
Doelen
We gaan ongeveer 25 nieuwe woorden leren.
We leren wat afleidingen zijn van landen en steden.
Slide 3 - Tekstslide
Woordenschat
Slide 4 - Tekstslide
Wat weet je over je woordenschat?
Slide 5 - Woordweb
Waarom is het belangrijk om veel woorden te kennen?
Slide 6 - Woordweb
Lesdoel
Aan het einde van de les:
- Ken je ongeveer 25 nieuwe woorden
- Ken je wat afleidingen van landen en steden zijn
Slide 7 - Tekstslide
Hoeveel woorden kent iemand van 13 denk je?
Slide 8 - Woordweb
Een kind van 13 kent 13.000 woorden
Een kind met Nederlands als 2e taal kent er 8500
En na deze les ken je er hopelijk weer iets meer...
Slide 9 - Tekstslide
Wat betekent: fobie
A
dat je honger hebt
B
angst hebben voor iets
C
een steensoort
Slide 10 - Quizvraag
Wat betekent 'jaloers zijn'?
Slide 11 - Woordweb
Betekenis
Als je het vervelend vindt dat jij iets niet hebt dat een ander wel heeft. Een ander voorbeeld is dat je steeds bang bent je partner te verliezen aan een ander.
Slide 12 - Tekstslide
Wat is een stunt? Bijv: Hij voert een knappe stunt uit.
Slide 13 - Woordweb
Betekenis
Actie om de aandacht te trekken. Bijzondere prestatie, moeilijke en gevaarlijke actie.
Slide 14 - Tekstslide
Maken:
3.5 Woorden
Basis: Opdracht 1 t/m 8 blz. 184
Kader: Opdracht 1 t/m 8 blz. 210
Klaar? Sterretjes maken en woorden leren.
timer
1:00
Slide 15 - Tekstslide
Welkom
Pak je Nederlands boek Pak je etui Ga rustig zitten
Slide 16 - Tekstslide
Ta!ent
3.5 Woorden
Slide 17 - Tekstslide
Doelen
We gaan ongeveer 25 nieuwe woorden leren.
We leren wat afleidingen zijn van landen en steden.
Slide 18 - Tekstslide
Afleiding van namen
Met een achtervoegsel verander je een woord. Je noemt dat nieuwe woord een afleiding. Dit kun je ook doen met namen van landen en steden. Dit schrijf je altijd met een hoofdletter