LOB les 5 YNV2A

LOB     YNV2A     Les 5 deel 1




Thema: Gezondheid deel 2
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

LOB     YNV2A     Les 5 deel 1




Thema: Gezondheid deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maar eerst.......

Inleveren opdracht Positieve Gezondheid
(gedaan door  Merle, Nina, Nikki en Kaamani)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Een goede nachtrust: De sleutel tot succes
SLAAP

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les weet je waarom een goede nachtrust belangrijk is, ken je actieve opdrachten over slapen en heb je tips om beter te slapen.
Leerdoelen
Kan je uitleggen waarom goed slapen zo belangrijk is
Weet je welke factoren je slaap beïnvloeden
Weet je wat jij moet doen voor een goede nachtrust

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom denk je dat slaap belangrijk is?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel uur slaap jij gemiddeld per nacht?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Hoeveel uur slaap hebben jongeren gemiddeld per nacht nodig?
A
5-7 uur
B
10-12 uur
C
3-5 uur
D
8-10 uur

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les weet je waarom een goede nachtrust belangrijk is, ken je actieve opdrachten over slapen en heb je tips om beter te slapen.
Wat gebeurt er tijdens je slaap?
Grote schoonmaak
Als je slaapt krimpen je hersencellen tijdelijk. Hierdoor krijgt het hersenvocht meer ruimte om afvalstoffen weg te spoelen. Door te slapen geef je 
jouw hersenen dus een goede poetsbeurt!
Opslaan van het geleerde
De hele nacht doorgaan met leren? Niet doen! Als je slaapt veranderden de verbindingen tussen je hersencellen. Je onthoudt dingen omdat tijdens je slaap die verbindingen sterker worden. 
Het verwerken van je dag
Sommige verbindingen worden als je slaapt sterker, maar andere worden juist zwakker. Dat zorgt ervoor dat je spanning afneemt. Daarom helpt een goede slaap tegen stress en emoties.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van alle jongeren
heeft slaaptekort?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

42,7%
42,7%
van alle jongen slaapt te kort

Slide 11 - Tekstslide

Voor de docent
Bespreek met de klas:
  • Hebben jullie het idee dat je te kort slaapt?
  • Voel je je uitgeslapen? Waarom wel/niet?
  • Wat doet het met je als je te weinig slaapt?
Hoeveel procent van alle jongeren slaapt minder dan 6 uur per nacht?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

19,1%
19,1%
van alle jongen slaapt minder dan 6 uur per nacht

Slide 13 - Tekstslide

Voor de docent
  • Reken met de klas het gemiddelde aantal uur slaap in de klas uit. Wat zegt dit over het slaapgedrag van de groep?
Hoeveel procent van alle jongeren doet er langer dan een half uur over om in slaap te komen?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

33,7%
33,7%
van de jongeren doet er langer dan een half uur over om in slaap te vallen

Slide 15 - Tekstslide

Voor de docent
  • Hoe lang doen de leerlingen in de klas over in slaap komen? Waar ligt dit aan?
  • Wat zijn redenen dat het de leerlingen niet lukt in slaap te komen?
  • Wat zou helpend kunnen zijn?

Wat is een effect van slaaptekort op de gezondheid van jongeren?
A
Stabiele emoties
B
Verminderde concentratie
C
Verbetert geheugen
D
Verhoogd energieniveau

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is een mogelijke oorzaak van slaapproblemen bij jongeren?
A
Voldoende daglicht
B
Stress
C
Ontspannende activiteiten
D
Regelmatige lichaamsbeweging

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door veel op een (beeld-)scherm te kijken word je extra alert. Daardoor kun je moeilijker in slaap komen. Zit je tot het laatst op een scherm, dan slaap je ongeveer een half uur minder, je valt later in slaap en wordt 's nachts vaker wakker. Overdag heb je dan vaak meer moeite om wakker te blijven. 
School, sociale strubbelingen of een te drukke agenda,. Ze veroorzaken druk en stress. Je kan het gevoel hebben veel te moeten en daardoor het overzicht verlizen. Je wordt overspoeld en dat verstoort je nachtrust. Door zorgen en drukke gedachten slaap je korter en slechter.
Zout en vet eten zorgen ervoor dat je lichaam in de actieve modus gaat. Het wil de maaltijd verbranden. Door die actieve modus slaap je slecht. Te weinig slaap zorgt voor meer eetlust. Je lijf wil het gebrek aan energie compenseren. Daardoor ga je meer eten en dus slechter slapen. Niet goed voor je rust én niet goed voor je lijf.
Het is goed om minstens 1 uur matig intensief te bewegen. Dit betekent dat je hartslag stijgt en je een beetje buiten adem raakt. Bijna 60% van de 12 tot 18-jarigen haalt dat niet. En dat is zonde, want bewegen is goed voor je hersenen én je nachtrust!
Alcohol zorgt ervoor dat je snel in slaap valt, maar je wordt 's nachts vaker wakker en bent 's morgens dus niet goed uitgerust. En sowieso, geen alcohol voor je 18e! Je hersenen zijn nog volop in ontwikkeling en je loopt eerder een alcoholvergiftiging op.
Gebruik van drugs kan je slaapritme verstoren, maar ook zorgen dat je moeilijk in slaap komt.
Cafeïne verstoort het seintje naar je hersenen dat je moet slapen. Je voelt je daardoor niet moe. Cafeïne zit in koffie, thee, energiedrank en cola, maar ook in chocolade! 
Slaaptekort bij jongeren
Door hormonen, sociale activiteiten en stress gaan jongeren later naar bed. De hormonen zorgen ervoor dat je pas laat slaperig wordt en laat wakker wordt. Maar ook laat op de avond sporten, afspraak met vrienden en een bijbaan kunnen zorgen voor een minder goede nachtrust. 
Welke factoren zorgen nog meer voor een slechtere slaap?

Klik op de hotspots en bekijk of je de factoren die je slaap negatief beïnvloeden herkent.

Slide 18 - Tekstslide

Voor de docent:
Maak de inhoud van deze slide bespreekbaar.
  • Laat leerlingen bijvoorbeeld hun vingers opsteken bij iedere hotspot. Welke factor is in de klas het meest verantwoordelijk voor slaaptekort? Hoe zou je dit kunnen verkomen? Hoe kan je daarbij geholpen worden?
  • Laat leerlingen in groepjes of tweetallen deze dia doornemen. De resultaten van het besprek kunnen klassikaal gedeeld worden.
  • Zijn er in de groep nog meer redenen waardoor de slaap verstoord wordt? 
  • Ervaren de leerlingen zelf nadelige gevolgen aan slaaptekort? Zo ja, wat dan?
Het slaap-waakritme raakt bij pubers verstoord. Zo komt bijvoorbeeld de aanmaak van het hormoon melatonine later op gang. Daardoor kunnen pubers last krijgen van een vertraagde slaapfase. De hersenen sturen het signaal om te gaan slapen te laat door. De jongeren vallen daardoor moeilijker in slaap. 

Wanneer de jongeren te weinig slaap krijgen, worden ze overdag slaperig en prikkelbaar. Hun geheugen en concentratie gaan achteruit en dit heeft weer gevolgen voor hun leerresultaten.

Wat kan helpen om een goede nachtrust te bevorderen?
A
Cafeïnevrije dranken
B
Middag dutjes
C
Regelmatig slaapschema
D
Lange schermtijd

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je weet wat je slaap kan verstoren.  Dus...hoe goed zorg jij voor jouw nachtrust? Welke (slaap-)gewoontes herken jij bij jezelf? 

Dek de gewoontes die jij herkent bij jezelf af met een slaapmasker. 
Kijk eens goed naar het resultaat. 
Zorg jij voor een goede nachtrust?
Vast
slaapritme
Gamen
Genoeg
buitenlucht
Social 
Media
Werk
Plannen
(Te) Laat
sporten
Rustige 
slaapkamer
Nog tot laat eten
Mobiel 
naast bed

Slide 20 - Tekstslide

Voor de docent
  • Bespreek met de leerlingen welke gewoontes zij nog 'onbedekt' hebben. Zijn dit slaap bevorderende of slaap verstorende gewoontes?
  • Zijn deze gewoontes aan te passen? Is dat makkelijk te realiseren? Waarom wel/niet?
  • Wat vinden de leerlingen zelf van hun slaapgewoontes? Zien zij problemen in hun slaapgedrag?

Wat zou jij nog kunnen doen om jouw 
nachtrust te verbeteren?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Doe de Slaapcheck
Wil je weten of jouw persoonlijke slaap-gewoontes gezond zijn voor een goede nachtrust?

Doe dan de Slaapcheck en krijg meteen persoonlijke tips om jouw nachtrust te verbeteren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Wat ga jij aanpassen aan jouw slaapgewoontes?

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Wat heb je geleerd wat je voor deze les nog niet wist?

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Een goede nachtrust: De sleutel tot succes
SLAAP
LEKKER!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LOB     YNV2A     Les 5 deel 2




''Mijn netwerk in beeld''

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les:
Je brengt je eigen netwerk in kaart.

Je weet op welke manier je gebruik kan maken van je netwerk bij het zoeken naar een stage/baan.

Je weet hoe je je netwerk zou kunnen uitbreiden.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat versta jij onder ''netwerken''?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Netwerken:

De juiste mensen kennen... daar kom je verder mee! Netwerken is dé manier om een nieuwe stage of baan te vinden en goed op de hoogte te blijven.  Twee weten immers meer dan één!

Netwerken is het offline en online leggen en onderhouden van contacten die je verder kunnen helpen in je loopbaan en je privéleven. Je kunt elkaar helpen door kennis, informatie of contacten met elkaar te delen. Dit werkt dus twee kanten op!






Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling:
Je netwerk is onmisbaar bij het vinden van een nieuwe baan of uitdaging

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling:
Het is belangrijker wie je kent, dan wie je bent

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Heb jij wel eens genetwerkt? Wat zijn jouw ervaringen hiermee?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe begin je met netwerken?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Beginnen met netwerken
  • verken je eigen netwerk
  • bepaal je netwerkdoel
  • maak een top drie
  • uitwerking (teams) 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie ga jij benaderen als je op zoek bent naar een stage/ werk
in deze branche?

Slide 35 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou jij je netwerk kunnen uitbreiden?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Netwerk uitbreiden, tips
Online netwerken... LinkedIn!

Wie kennen jouw kennissen allemaal? Misschien kent jouw tante, klasgenoot of collega wel iemand die je verder kan helpen!

Word lid van digitale kanalen, bezoek workshops of bijeenkomsten etc.


Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verken je eigen netwerk
  • kijk rond in je eigen omgeving (familie/vrienden/facebook/sportclub enz.)
  • noteer 5 mensen uit iedere groep die jou eventueel kunnen helpen
  • achter elke naam noteer je hun functie en bedrijf 
  • van persoonlijke contacten beschrijf je hun kwaliteiten die jou zouden kunnen helpen om jouw doel te bereiken

 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bepaal je netwerkdoel
  • bepaal wat je zou willen bereiken met jouw netwerk
  • kleine doelen eerst
  • nieuwe apparatuur binnen het bedrijf
  • nieuwe trends 

 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een top 3
  • doelen bepaald?
  • maak een top 3 van mensen die je kunnen helpen
  • uitschrijven waarmee deze mensen je kunnen helpen
  • zo kan je concreet vragen stellen

 

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jouw eigen netwerk in beeld
Je gaat je eigen netwerk in kaart brengen via een MINDMAP.

1. Zet je naam in het midden van het vel/scherm.
2. Iedere cirkel staat voor een groep mensen uit je netwerk.
2. Rondom je naam zet je allerlei categorieën van mensen die jij kent (denk aan je familie, klasgenoten, sportclub, bijbaan etc.). Geef elke categorie een andere kleur of een nummer.
3. Schrijf onder de categorieën de namen van de mensen die je kent ( en schrijf indien van toepassing functie en bedrijf)
4.  Plaats uitroeptekens bij de mensen met wie jij praat over je opleiding, vervolgstudie, stage en (toekomstige) baan.



Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleveren
Je maakt de mindmap digitaal.

Klaar? Lever het bestand in via de opdracht in TEAMS.

En dan... tot volgende week!

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies