In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Lezen hoofdstuk 2
Tekstverbanden en signaalwoorden
Slide 1 - Tekstslide
Spoorboekje
Inloggen LessonUp
Voorkennis
Uitleg en oefeningen
Aan het werk
Slide 2 - Tekstslide
Bij welk tekstverband horen de volgende signaalwoorden: ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook (nog), verder, ten slotte, en.
Slide 3 - Woordweb
Bij welk tekstverband horen de volgende signaalwoorden: t egenover, maar, hoewel, echter, toch, aan de ene kant … aan de andere kant.
Slide 4 - Woordweb
Wat leer je deze les?
Je leert tekstverbanden herkennen.
Je leert over de teksverbanden voorbeeld en oorzaak-gevolg.
Je leert de signaalwoorden herkennen bij de verschillende tekstverbanden.
Slide 5 - Tekstslide
Waarom leer ik tekstverbanden herkennen?
In teksten hebben zinnen en alinea’s met elkaar te maken. Ze houden verband met elkaar. Aan een signaalwoord zie je met welk verband je te maken hebt. Die woorden helpen je een tekst beter te begrijpen. Er zijn verschillende soorten verbanden.
Slide 6 - Tekstslide
Voorbeeld
Een voorbeeld herken je aan signaalwoorden zoals: bijvoorbeeld, zo, zoals, denk aan, neem nou, onder andere. Bijvoorbeeld:
Sommige mensen houden juist van actieve vakanties. Zo gaan steeds meer vakantiegangers fietsen, wintersporten, diepzeeduiken of bergbeklimmen.
Slide 7 - Tekstslide
oorzaak-gevolg
Een oorzaak – gevolg herken je aan signaalwoorden zoals: daardoor, doordat, de oorzaak hiervan is, waardoor, ten gevolge van. Bijvoorbeeld:
Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
Oorzaak: brug open
Gevolg: Peter komt te laat.
Slide 8 - Tekstslide
waardoor
ten gevolge van
daardoor
zoals
denk aan
zo
voorbeeld
oorzaak-gevolg
Slide 9 - Sleepvraag
Welk tekstverband herken je in de volgende zin: Ten gevolge van kortsluiting ontstond er brand in het oude pand.
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
Slide 10 - Quizvraag
Welk tekstverband herken je in de volgende zin: De brug stond open, daardoor kwam ik te laat op school.
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
Slide 11 - Quizvraag
Welk tekstverband herken je in de volgende zin: Er zijn verschillende stages, zoals een snuffelstage of een oriënterende stage.
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
Slide 12 - Quizvraag
Wat heb je geleerd
Je herkent de verschillende tekstverbanden.
Je kent het verschil tussen de teksverbanden voorbeeld en oorzaak-gevolg.
Je herkent de signaalwoorden bij de verschillende tekstverbanden.
Slide 13 - Tekstslide
Keuze
Ga zelfstandig aan het werk of volg de instructie van de opdrachten.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.