In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Concentratiekampen
Slide 1 - Tekstslide
Deze les gaat over concentratiekampen. Tijdens deze les wordt er gekeken naar:
- Verschillende soorten concentratiekampen
- Wat is een concentratiekamp?
- Wie zaten er in een concentratiekamp?
- Waarom waren er
concentratiekampen?
- Hoe was het leven in een concentratiekamp?
In welke 3 concentratiekampen heeft Anne Frank gezeten?
Slide 2 - Woordweb
Op deze dia is het de bedoeling dat je de voorkennis van de leerlingen ophaalt. Dit doe je aan de hand van de vraag: 'Wat weet je al over concentratiekampen'. De leerlingen kunnen hier antwoord op geven door middel van hun laptop of iPad. En voor de docent is het dan ook in één keer duidelijk wat de leerlingen al van dit onderwerp afweten.
Verschillende soorten concentratiekampen
Verschillende soorten concentratiekampen
- Werkkampen
- Interneringskampen
- Doorvoerkampen
- Vernietigingskampen
- Reserveringskampen
Slide 3 - Tekstslide
Bij deze dia ga je vertellen aan de leerlingen dat er tijdens de tweede wereldoorlog verschillende soorten concentratiekampen waren. Zo had je werkkampen, interneringskampen, doorvoerkampen, vernietigingskampen en reserveringskampen.
In interneringskampen worden vooral politieke tegenstanders opgesloten.
In reserveringskampen zaten mensen die gespaard werden (zij hoefden dus nog niet hard te werken of vermoord te worden > deze mensen werden vaak gebruikt voor reclames). '
Bij de doorvoerkampen werden de gevangen tijdelijk opgevangen om doorgevoerd te worden naar de werkkampen en de vernietigingskampen (wat overigens de twee bekendste soorten concentratiekampen zijn).
In de werkkampen werden de gevangen ingezet om arbeid te verrichten. De arbeiders moesten dan vaak in fabrieken aan het werk. Daarnaast werden deze arbeiders ook ingezet om het kamp verder uit te bereiden.
De vernietigingskampen waren er weer voor een hele andere reden, namelijk om heel veel mensen tegelijkertijd te kunnen vermoorden (meestal in de gaskamers).
Vernietigingskamp
Reserveringskamp
Werkkampen
Doorvoerkampen
Interneringskamp
Kamp waar mensen zaten die gespaard werden en nog niet hard hoefden te werken of dood moesten. Deze mensen werden gebruikt voor reclame bijvoorbeeld.
Mensen werden hier direct vermoord, meestal gebeurde dit in gaskamers.
Hier moest hard gewerkt worden, mensen gingen ook dood aan vermoeidheid, honger of ziekte
Kamp waar gevangenen tijdelijk moesten blijven totdat ze doorgestuurd werden naar een werkkamp of vernietigingskamp.
Hier werden vooral politieke tegenstanders opgesloten.
Slide 4 - Sleepvraag
Op deze dia laat je de leerlingen een opdracht uitvoeren.
De opdracht is dat ze de verschillende soorten concentratiekampen bij de juiste uitleg gaan plaatsen. Dit doen de kinderen weer via hun eigen iPad of laptop.
Slide 5 - Video
Op deze dia laat je de leerlingen naar een filmpje kijken. Maar voordat je dat doet vertel je dat dit een kijk-luisteropdracht is. Je verteld dus tegen de leerlingen dat ze goed moeten opletten, omdat er na afloop een aantal vragen over het filmpje gesteld gaan worden. Die vragen staan centraal op de volgende dia's en daarbij kun je eventueel nog extra aanvulling geven.
De vragen die je gaat stellen zijn:
- Wat is een concentratiekamp?
- Wie leefde er in die concentratiekampen?
- Waarom waren er concentratiekampen
- Wat voor soort kamp was Auswitch?
Wat voor concentratiekamp was Auschwitz?
A
Werkkamp
B
Interneringskamp
C
Doorvoerkamp
D
Vernietigingskamp
Slide 6 - Quizvraag
Op deze dia laat je de leerlingen de vraag: 'Wat voor concentratiekamp was Auschwitz' beantwoorden. Het goede antwoord op deze vraag is antwoord D (een vernietigingskamp).
hoe was het leven in de concentratiekampen?
- wat zijn de gevolgen?
Slide 7 - Tekstslide
Op deze dia is het de bedoeling dat je een klein stukje gaat voorlezen uit het boek 'Anne Frank het achterhuis'. Dit doe je zodat de kinderen meekrijgen hoe Anne Frank zich in een concentratiekamp voelde. De meeste leerlingen zullen namelijk het verhaal van Anne Frank al wel kennen en daardoor zullen de meeste ook al wel weten dat ook Anne in een concentratiekamp heeft gezeten en dat ze daar zelfs is overleden.
Vervolgens als je een stukje uit het boek hebt voorgelezen vraag je aan de leerlingen hoe het leven in een concentratiekamp volgens Anne Frank was.
Daarna kun je eventueel nog extra vertellen dat het leven in een concentratiekamp erg zwaar was. Zo was er weinig eten, terwijl de gevangenen langen dagen moesten maken. Ook konden mensen zich niet wassen, waardoor ziektes zich super snel door het kamp konden verspreidden. Tot slot zaten ook super veel mensen in een veel te kleine locatie (zo moesten ze soms wel is met 4 of meer mensen een bed delen). Door deze omstandigheden overleefden veel mensen de concentratiekampen niet.
in de concentratiekampen was altijd genoeg voedsel te vinden?
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het kamp Auschwitz lag in Duitsland
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In de reserverings kampen zaten de mensen die gespaard werden