10.2 Zwanger en bevallen les 2

Startopdracht:
Pak je boek en lees vast de tekst in de groene vakken op blz. 30 en 31.
 

timer
4:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Startopdracht:
Pak je boek en lees vast de tekst in de groene vakken op blz. 30 en 31.
 

timer
4:00

Slide 1 - Tekstslide

10.2 Zwanger en bevallen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de volgorde van de bevalling?
A
ontsluiting - uitdrijving - nageboorte
B
uitdrijving - ontsluiting - nageboorte
C
ontsluiting - nageboorte - uitdrijving
D
uitdrijving - nageboorte - ontsluiting

Slide 3 - Quizvraag

Waar worden de cellen uitgezogen bij een vlokkentest?
A
het vruchtwater
B
de foetus
C
de placenta
D
de vagina

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel zaadcellen en eicellen zijn er betrokken bij het ontstaan van een eeneiige tweeling?
A
1 zaadcel en 1 eicel
B
1 zaadcel en 2 eicellen
C
2 zaadcellen en 1 eicel
D
2 zaadcellen en 2 eicellen

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel zaadcellen en eicellen zijn er betrokken bij het ontstaan van een twee-eiige tweeling?
A
1 zaadcel en 1 eicel
B
1 zaadcel en 2 eicellen
C
2 zaadcellen en 1 eicel
D
2 zaadcellen en 2 eicellen

Slide 6 - Quizvraag

Welke afbeelding(en) is/zijn van een twee-eiige tweeling?
A
A
B
B
C
C
D
A en B

Slide 7 - Quizvraag

Om welke type tweeling gaat het:
1 zaadcel, 1 eicel, 1 placenta, 2 vruchtzakken.
A
eeneiige tweeling
B
twee-eiige tweeling

Slide 8 - Quizvraag

Leerdoelen 10.2 Zwanger en bevallen

- Je kunt manieren beschrijven om een baby in de baarmoeder te onderzoeken.
- Je kunt beschrijven hoe een bevalling gaat.
- Je kunt uitleggen hoe een eeneiige en twee-eiige tweeling ontstaan.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Prenataal onderzoek
Prenataal onderzoek: onderzoek vóór de geboorte

Tijdens de zwangerschap wordt het ongeboren kind onderzocht op een ziekte of afwijking:

  • Echoscopie (12 weken)
  • NIPT (10 weken)
  • Vlokkentest 
  • Vruchtwaterpunctie 

Slide 11 - Tekstslide

De bevalling

Slide 12 - Tekstslide

Een keizersnede

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Tweelingen
eeneiige tweeling: ontstaat door 1 zaadcel en 1 eicel

twee-eiige tweeling: ontstaat door 2 zaadcellen en 2 eicellen 

Slide 15 - Tekstslide

Vruchtvliezen
Twee kinderen met een verschillend geslacht zijn altijd twee-eiig. 
Twee kinderen van hetzelfde geslacht met ieder twee vruchtvliezen kunnen zowel een- als twee-eiig zijn (monochroiaal-diamniotisch). 
Bij slechts één vlies is er altijd sprake van een eeneiige tweeling (monochoriaal-monoamniotisch) (zeldzaam!)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Maken
Eerste 8 minuten in stilte
Zelf bestuderen/doorlezen: 10.1 en 10.2
Huiswerk voor de volgende les: 10.2 maken opd 19, 20, 22, 23a, 25, 26, 27, 31

Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning, daarna maken oefentoets 10.1 en 10.2 op eindexamensite.nl

timer
8:00

Slide 18 - Tekstslide