Les 4 (tekststructuur)

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Jij dekselse rebel! Je wilt iemand beledigen. Wat is het scheldwoord waarmee je de ander het meest raakt?
A
Oelewapper!
B
Debiel!
C
Randdebiel!

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog over tekstdoelen?

Theorie: tekststructuur


Zelfstandig leren


Check
Je kent het belang van tekststructuur;
Je kunt tekstdelen onderscheiden.

Slide 4 - Tekstslide

     informeren                                                            overtuigen                       

                                                                                                                               

  
Het is de bedoeling dat de lezer iets gaat doen.
Nieuwsbericht in de krant of een tekst in een leerboek.
Dit zie je soms bij een recensie van een boek, maar het kan ook overtuigend zijn!
beschouwen
activeren
Feitelijke informatie en objectief
Voor- en tegenargumenten bij een stelling.
Je herkent vaak een duidelijk standpunt van de schrijver.
column in de krant
reclame

Slide 5 - Sleepvraag

Lees de tekst die je van je docent krijgt.
Geef antwoord op de volgende twee vragen.

1) Welke 3 argumenten geeft de schrijver bij zijn standpunt?
2) Wat is het tekstdoel van deze tekst?

Slide 6 - Tekstslide

timer
1:30
Waarom is vloeken goed voor je?
Wat is het tekstdoel?

Slide 7 - Woordweb

Verbinding
  • Macro: (groot) - inleiding, kern, slot
  • Micro: (klein) - inzoomen op alinea's  en tekstdelen
  • Binnen alinea's kun je aanwijzingen vinden over de samenhang binnen de tekst
  • Functiewoorden: letterlijke aankondiging - aanleiding, voorbeeld, argument, gevolg, conclusie.
  • Signaalwoorden: geeft het karakter van het verband aan. Helpt je om te begrijpen waar de tekst over gaat en wat er volgt.

Slide 8 - Tekstslide

  1. Nog belangrijker voor het terugdringen van het aantal besmettingen is het handhaven van de maatregelen.
  2. Voordat het zover is, moeten we waarschijnlijk vrede hebben met de huidige situatie.
  3. Het is echter de vraag of iedereen dat geduld kan opbrengen.
  4. Kortom, we hebben nog een lange weg te gaan.
Verbindingswoorden

1) Wat is het signaalwoord?
2) Welke tekstverband geeft het aan?
3) Wat is een logische plek in een tekst? (inleiding, kern, slot)
4) Wat weet je over het vermoedelijke tekstgedeelte ervoor?
timer
4:00

Slide 9 - Tekstslide

Functies
Scan de QR-code voor een filmpje (5:24)
en/of lees de theorie uit Talent (in elo)

1. Welke functies zijn er
2. Wat is de betekenis van die functies?
3. Bedenk een (kort) voorbeeld per functie





timer
15:00
Let op:
1. De functies op het blad en in het filmpje lopen niet gelijk;
2. Worden functies niet genoemd? Zoek het dan op via Talent en/of internet.

Klaar? Ga verder met de modulewijzer

Slide 10 - Tekstslide

Zelfstandig leren


 
Houd je aan de studiewijzer
Maak de opdrachten uit de modulewijzer
Maak de opdrachten voor deze week thuis en/of op school af.

Slide 11 - Tekstslide

In welk deel van de tekst verwacht je onderstaande zinnen?
Inleiding
Kern
Slot
En daarom raad ik iedereen aan om meer televisie te kijken.
Televisie biedt bovendien de broodnodige ontspanning.
Het moge duidelijk zijn: televisiekijken is de beste invulling van je vrije tijd.
Zullen onze kleinkinderen nog weten wat een televisie is?
Voor velen zal het een bekend gevoel zijn: zo veel kanalen en toch zo weinig leuke programma's op tv.
Toch is het misschien te kort door de bocht om te zeggen dat er geen goede televisie meer wordt gemaakt.

Slide 12 - Sleepvraag