Thema 2 bellen & mailen woordenschat + opdrachten

Thema 2 bellen & mailen
 woordenschat + opdrachten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 bellen & mailen
 woordenschat + opdrachten

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Woorden van vorige week oefenen
Nieuwe woorden leren
Zinnen schrijven
Opdrachten maken

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
Maar eerst het huiswerk laten zien.
Jullie moesten de woordenlijst t/m 25 afmaken.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de datum van vandaag?

Slide 4 - Open vraag

Twee mensen praten. Zij hebben een ..........
A
uitleggen
B
spreken
C
gesprek
D
vertellen

Slide 5 - Quizvraag

Als je 3 ... te laat bent, moet je nablijven.

Slide 6 - Open vraag

Ik moet eerst naar school en ......... ga ik sporten.
A
zwart
B
dan
C
al
D
bellen

Slide 7 - Quizvraag

00:00-06:00
06:00-12:00
12:00-18:00
18:00-24:00/00:00
's middags
's avonds
's nachts
's ochtends

Slide 8 - Sleepvraag

De les begint om 8.30 uur, maar ik ben
er al om 8.15.

Ben je eerder of later op school?
A
later
B
eerder

Slide 9 - Quizvraag

Maak een zin met
al

Slide 10 - Open vraag

Nieuwe woorden
Schrijf de woorden in je schrift (om te oefenen met spelling)

Slide 11 - Tekstslide

De ochtend
Van 06:00 - 12:00 uur




In de ochtend fiets ik naar school.

Slide 12 - Tekstslide

De opdracht
Iets wat je moet doen.



De docent geeft mij een opdracht.

Slide 13 - Tekstslide

De plaats
Een plek



Op deze plaats heb ik vroeger gewoond.

Slide 14 - Tekstslide

De reden
Waarom je iets doet.
Waarom iets gebeurt.


Je moet een goede reden hebben om niet naar school te gaan.

Slide 15 - Tekstslide

De regel
een zin waarin staat wat je mag doen of niet mag doen.


Op school hebben wij de regel dat je geen telefoon bij je mag hebben.

Slide 16 - Tekstslide

De rest
dat wat overblijft of is overgebleven.



Mevrouw Fokelien eet de rest van het fruit op.

Slide 17 - Tekstslide

Sturen
Zorgen dat iemand iets krijgt.



De school stuurt een brief naar jouw ouders.

Slide 18 - Tekstslide

Woordenlijst
Pak je woordenlijst.
Zoek deze 7 woorden op in je woordenlijst.
Vertaal ze en schrijf een zin in het Nederlands.
timer
7:00

Slide 19 - Tekstslide

Aan het werk!
Jullie gaan opdrachten maken!

Slide 20 - Tekstslide

Aan het werk
Schrijf je naam op het boekje.
Maak opdracht 1, 2 en 3. 
Klaar? Lever bij mij in en ga verder met je woordenlijst.

Slide 21 - Tekstslide