9.1 wat is criminaliteit

wat gaan we doen
inleiding
uitleg paragraaf 1
aan de slag

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

wat gaan we doen
inleiding
uitleg paragraaf 1
aan de slag

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je:

1) herkennen en uitleggen wat criminaliteit is

2) uitleggen wat het verschil is tussen overtredingen en misdrijven

3)herkennen en uitleggen dat criminaliteit tijd- en plaatsgebonden is

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan bij criminaliteit?

Slide 3 - Woordweb

Ben je zelf wel eens met de politie in aanraking geweest?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Asociaal gedrag
Iets doen waarbij je geen rekening houdt met de mensen om je heen en zij daar last van hebben.

Afhankelijk van plaats, tijd en cultuur.

Slide 5 - Tekstslide

Is asociaal gedrag strafbaar?
  • Vaak niet
  • Soms wel



  • Ongeschreven regels

Slide 6 - Tekstslide

Wat is criminaliteit?


  • Alles wat door de wet strafbaar is gesteld
  • Wetten zijn geschreven regels
  • Bij asociaal gedrag gaat het om ongeschreven regels


Slide 7 - Tekstslide

Overtreding of Misdrijf?
  • Wat is het verschil?

Slide 8 - Tekstslide

Niet iedere vorm van criminaliteit is even erg.
We maken onderscheid

Slide 9 - Tekstslide

Misdrijf
Winkeldiefstal is een misdrijf! Bij een misdrijf:
  • Word je door de politie verhoord
  • Soms vastgehouden, én
  • Kan er een rechter aan te pas komen, én
    krijg je een Strafblad, én
    dat heeft gevolgen voor werk en stage.

Slide 10 - Tekstslide

Openbare dronkenschap?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 11 - Quizvraag

Fiets stelen?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 12 - Quizvraag

Valse identiteit opgeven?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 13 - Quizvraag

Snoepje stelen bij de Kruidvat?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 14 - Quizvraag

Rechtsregels zjn tijdgebonden
  • Spugen was vroeger een misdrijf
  • Sinds 1970 is vreemdgaan niet meer strafbaar

  • Tegenwoordig is hacken van computers strafbaar

  • Vroeger stonden er gevangenisstraffen op homoseksualiteit

Slide 15 - Tekstslide

Rechtsregels zijn plaatsgebonden
  • In Nederland is abortus en euthanasie toegestaan

  • In Nederland mogen homo’s met elkaar trouwen

  • (Vuur)wapens zijn in Nederland verboden

  • Nederland kent geen doodstraf

Slide 16 - Tekstslide

Verschil tussen materiële en niet- materiële schade


materiële schade:
Schade die je kunt berekenen in geld
- er is iets weg .
- je moet iets verzekeren/ beveiligen.

niet- materiële schade: 
Gevolgen die je niet kunt uit drukken in geld.
gevoelen behoren tot Niet materiele schade. 
bijvoorbeel je bent bang ergens voor. Of erg verdrietig 
Schade die vervangbaar is of die geld kosten zijn materiele schade.
En auto kan je vervangen bijvoorbeeld.
Materiele schade kan bijvoorbeeld ook zijn dat je meer geld aan de verzekering moet betalen. 

Als er meer diefstallen zijn, is er meer schade en zal de verzekeringen meer premie vragen.
Ondanks dat een ring materiele schade is. ( je kan hem met geld vervangen) zou hij ook onder Inmatreriele schade kunnen vallen.

Stel je hebt de ring van je oma gehad die is overleden. Dan heeft de ring een emotionele waarde. 
Voorbeelden van schade. Klik op      bij de plaatjes en lees de uitleg.

Slide 17 - Tekstslide

huiswerk
weektaak: maak paragraaf 1

Slide 18 - Tekstslide

Welk gedrag wordt beschouwd als een misdrijf?
A
Geen id kaart bij je hebben
B
In het donker fietsen zonder licht
C
Mobiel bellen achter het stuur
D
Een fiets stelen

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een overtreding?
A
een blikje cola stelen
B
Een schuurtje openbreken.
C
Doorlopen waar een bord “verboden toegang” staat.
D
Iemand een klap geven.

Slide 20 - Quizvraag

Wildplassen valt onder:
A
overtredingen
B
misdrijven
C
veelvoorkomende criminaliteit
D
zware criminaliteit

Slide 21 - Quizvraag

Bij welke soort criminaliteit kom je alleen in aanraking met de politie en niet met justitie?
A
veelvoorkomende criminaliteit
B
overtredingen
C
zware criminaliteit
D
misdrijven

Slide 22 - Quizvraag

Overspel was vroeger nog strafbaar, maar is in 1970 afgeschaft. Dit is een voorbeeld van?
A
Plaatsgebonden criminaliteit
B
Tijdsgebonden criminaliteit

Slide 23 - Quizvraag

Aan de slag
Maken:
Werkboek bladzijde 166 en 167

Opdracht: 8 en 11 mag je overslaan

Slide 24 - Tekstslide

Straffen Mishandeling
Waar houdt de rechter rekening mee bij het bepalen van een straf?
- Was het slachtoffer familie of een ambtenaar in functie? Dan een hogere straf
- Hoe ernstig zijn de gevolgen?
- hoe oud de dader is en of het de eerste keer is, voorbedachte rade?

Voor volwassenen: maximale straffen variëren tussen de 3 en de 15 jaar celstraf. Soms is hoger mogelijk (bij zware mishandeling is een taakstraf geen optie)

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video