In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Les 5: Het klimaatvraagstuk en klimaatbeleid
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen: als je deze paragrafen hebt bestudeerd, kun je:
Uitleggen wat de belangrijkste natuurlijke en maatschappelijke gevolgen van de hedendaagse klimaatverandering zijn.
Interpreteren hoe de belangen van deelnemers aan het debat over het klimaatvraagstuk hun standpunt kan beïnvloeden.
Voorbeelden van klimaatbeleid op verschillende schaalniveaus uitleggen.
Initiatieven op het gebied van klimaatbeleid met elkaar vergelijken aan de hand van een risicoanalyse en bredere doelstellingen.
Slide 2 - Tekstslide
Natuurlijke gevolgen (1)
Hedendaagse klimaatverandering zorgt voor het smelten van ijs.
Smelt van landijs en het uitzetten van zeewater verhogen de zeespiegel. Die zeespiegelstijging is nog vrij gering, maar kan de komende eeuwen met meters gaan oplopen.
Slide 3 - Tekstslide
Natuurlijke gevolgen (2)
Een ander gevolg van hedendaagse klimaatverandering is dat extreem weer toeneemt. Het zal vaker voorkomen en extremer zijn.
In Nederland zullen zwaardere buien vallen, doordat meer water verdampt op de Atlantische Oceaan en Noordzee en de lucht feller opstijgt door de grote hitte. Dit kan wateroverlast, overstromingen en directe storm- of hagelschade veroorzaken. Tegelijk zien we dat het risico op droogte ook toeneemt.
Als het hogedrukgebied dat ’s zomers boven de Middellandse Zee ligt zich uitbreidt richting het noorden, kan het maandenlang amper regenen. Dit zal zich niet ieder jaar voordoen, maar afwisselen met de extreem natte zomers.
Slide 4 - Tekstslide
Natuurlijke gevolgen (3)
In de bron hiernaast zien we de verwachte groei of daling van de neerslag in percentages
Wereldwijd zie je dat de atmosferische en oceanische circulatie verandert.
De moesson, de thermohaliene circulatie en El Niño reageren op veranderingen in de ligging en intensiteit van drukgebieden, verdamping en smelt van ijs. De grenzen van de klimaatgebieden en landschapszones veranderen en verschuiven.
Het Nederlandse klimaat gaat een beetje op dat van Bordeaux lijken, maar dan met veel grotere extremen. Het klimaat van Noord-India zal heter en daarmee dus meer tropisch worden, maar de hoeveelheid regen die de moesson brengt zal van jaar tot jaar sterker uiteen gaan lopen.
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn de natuurlijke gevolgen van klimaatverandering?
Slide 6 - Woordweb
Wat reageert op veranderingen in de ligging en intensiteit van drukgebieden, verdamping en smelt van ijs?
Slide 7 - Open vraag
Gevolg voor de dieren
Door klimaatverandering wordt door 5% van de dier soorten met uitsterven bedreigd als de aarde twee graden Celsius opwarmt. Dit komt omdat de biodiversiteit is aangepast door de klimaatverandering.
Bij 4,3 graden stijgt dit aantal tot 16 tot 18%. En sommige studies zeggen dat klimaatverandering de helft van de bekende soorten op aarde gaat laten uitsterven.
Voor veel soorten verandert het klimaat te snel om te kunnen migreren of zich aan te passen.
Sommige dieren zijn nog gevoeliger voor klimaatveranderingen. Van bestuivende insecten en salamanders dreigt 30% uit te sterven.
Slide 8 - Tekstslide
Welke gevolgen zijn er allemaal voor de dieren?
Slide 9 - Woordweb
Maatschappelijke gevolgen
Klimaatverandering is maar beperkt voorspelbaar. Zolang er niet al te gekke dingen gebeuren, zullen rijke landen een grotere veerkracht hebben dan armere.
Maar hoe dan ook, overstromingen en noodweer leiden tot economische schade. Waar die ook ter wereld plaatsvinden, de wereldeconomie en daarmee ook de rijke landen zullen erdoor geraakt worden.
De grootste risico’s betreffen de voedselproductie. Die is sterk afhankelijk van weersomstandigheden in het groeiseizoen. Misoogsten drijven voedselprijzen op en vormen vaak een voedingsbodem voor maatschappelijke onrust.
Slide 10 - Tekstslide
Wat voor soort land hebben het meest last van klimaatveranderingen en wat voor soort landen stoten relatief veel broeikasgassen uit?
A
Arme landen, arme landen
B
Rijke landen, arme landen
C
Arme landen, rijke landen
D
Rijke landen, rijke landen
Slide 11 - Quizvraag
Klimaatscenario's
Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft op 9 oktober 2023 de KNMI’23-klimaatscenario’s bekendgemaakt voor Nederland, Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
In vier toekomstbeelden, die zij scenario’s noemen, beschrijven ze hoe ons land in de toekomst eruit gaat zien.
Het slechtste toekomstbeeld noemen ze het hoge scenario. Het beste toekomstbeeld noemen ze het lage scenario.
Slide 12 - Tekstslide
De zeespiegelstijging
Ook het zeewaterpeil zal bij het hogere scenario sneller stijgen dan bij het laagste scenario.
Slide 13 - Tekstslide
Verschillende toekomstbeelden
In de KNMI’23-klimaatscenario’s kun je zien wat er met Nederland gaat gebeuren als de uitstoot van de broeikasgassen zo doorgaat als we nu doen In Nederland (hoogste klimaatscenario) en wat er in Nederland gebeurt als we ons in de hele wereld houden aan het Klimaatverdrag van Parijs. (laagste scenario).
In alle vier de toekomstbeelden zie je dat we in ieder geval te maken krijgen met een stijging van de temperatuur en een stijging van de zeespiegel.
Slide 14 - Tekstslide
Welk scenario heeft de meeste impact op ons als mens?
Slide 15 - Open vraag
Als we zo doorgaan komen we dan in het hoogste scenario terecht en leg dit uit?
Slide 16 - Open vraag
Tegengestelde belangen (1)
Verschillen in kwetsbaarheid voor klimaatverandering en belangen in fossiele brandstoffen zorgen voor verschillende standpunten in het klimaatvraagstuk.
Veel burgers doen mee in dat debat zonder oog te hebben voor die belangen, maar vanuit een gevoel van wantrouwen, angst, naïef idealisme, geloof of identificatie met de milieubeweging.
Ze vergeten de vraag te stellen hoe ‘een betere wereld’ er eigenlijk uitziet.
Als je dat helder voor ogen hebt, kun je veel makkelijker kiezen tussen de vele mogelijkheden om klimaatverandering te verminderen.
Slide 17 - Tekstslide
Tegengestelde belangen (2)
Wetenschappers vergeten vaak aan te geven dat er meerdere mogelijkheden zijn om met klimaatverandering om te gaan en dat je keuze afhangt van je persoonlijke beeld van hoe ‘een betere wereld’ eruit moet zien.
Daardoor lijken ze indirect bestaande initiatieven te ondersteunen, initiatieven die misschien helemaal niet bij jou passen.
Dan kan wantrouwen in politici zomaar overslaan naar wantrouwen in wetenschappers.
Slide 18 - Tekstslide
Klimaatbeleid (1)
Een eerste stap naar klimaatbeleid is het maken van een risicoanalyse. Voor Nederland zijn de zeespiegelstijging en extreem weer de grootste natuurlijke risico’s zijn, en mondiale onrust door voedselschaarste het grootste maatschappelijke risico.
Meestal zijn economische crises het meest voelbaar in de kwetsbaarste gebieden. Daarom ligt het voor de hand dat ontwikkelingslanden zwaarder zullen lijden onder klimaatverandering en de effecten daarvan dan de rijke landen.
Dit noemen we ruimtelijke afwenteling.
Het klimaatvraagstuk raak.
Slide 19 - Tekstslide
Klimaatbeleid (2)
Het klimaatvraagstuk raakt de samenleving in al haar onderdelen. Dat maakt dat elke belangengroep er zijn eigen verhaal van probeert te maken.
De overheid en eigen alle mensen in de wereld moeten doen aan klimaatadaptatie en klimaatmitigatie. Klimaatadaptatie is je aanpassen aan het veranderende klimaat, daar gaan we het later over hebben.
Dit hoofdstuk gaat over klimaatmitigatie, de klimaatverandering aanpassen en dus de uitstoot van broeikasgassen proberen te verminderen.
Om de problemen te verminderen is het belangrijk dat landen over de wereld gaan samenwerken, waarbij ze duidelijke plannen en afspraken maken, waar ze zich dan aan houden.
Slide 20 - Tekstslide
Politieke bijdrage van landen
Hierbij een bron over de politieke bijdragen van landen aan het mondiaal klimaatbeleid.
Slide 21 - Tekstslide
Hoe kan de politiek bijdragen aan de klimaatveranderingen tegen te gaan?
A
Samenwerken
B
Zich er niks van aan te trekken
C
Duidelijke afspraken maken
D
Door de economie beter te maken
Slide 22 - Quizvraag
Het klimaatakkoord
Sinds 1992 al hebben de Verenigde Naties meerdere internationale klimaat overleggen georganiseerd. Bij deze overleggen bespreken landen manieren om de opwarming tegen te gaan.
In 2015 tekenden 197 landen het klimaatakkoord van Parijs. Regeringen hebben daarbij afspraken gemaakt om hun best te gaan doen om de gemiddelde temperatuur op aarde met niet meer dan 2 graden Celsius te laten stijgen, ten opzichte van de temperatuur voor de industriële revolutie, maar dat we moeten streven naar een verhoging van maar 1,5 graad Celsius of zelfs nog minder.
Er wordt niet een duidelijke tijd voor dit doel gegeven, maar wel is afgesproken dat de netto uitstoot van broeikasgassen in de tweede helft van deze eeuw, dus rond 2050, naar nul moet gaan. Landen moeten dus een soort van.
Slide 23 - Tekstslide
Benoem voorbeelden die de overheid kan nemen om de klimaatveranderingen tegen te gaan.
Slide 24 - Woordweb
Wat moet er gebeuren om de doelen te halen?
Om de doelen van het verdrag van Parijs te kunnen halen, moeten we heel veel minder broeikasgas gaan uitstoten, namelijk 80% minder. In het Klimaatakkoord en de Klimaatwet zijn doelen voor 2030 en 2050 vastgesteld.
Onze regering wil 55% minder broeikasgas uitstoten in 2030 ten opzichte van 1990 en naar netto 0 uitstoot, dus klimaatneutraal in 2050. Klimaatneutraal wil zeggen dat je als land niet meer broeikasgassen uitstoot dan de natuur (bodem, bossen en oceanen) kan opnemen.
Het is de bedoeling dat het gebruik van waterkracht, wind- en zonne-energie andere fossiele energiebronnen gaat vervangen. Ook moeten wereldwijd bossen hersteld gaan worden, om zo meer CO2 om te kunnen zetten in O2.
We zullen onze manier van leven moeten veranderen en kijken naar ontwikkelingen waarbij we zelf koolstofdioxide uit de lucht kunnen vervangen voor zuurstof.
Slide 25 - Tekstslide
Wat zijn de doelen om het Klimaatakkoord te behalen?
Slide 26 - Woordweb
Voor wat kunnen we fossiele brandstoffen vervangen?
A
Voor waterkracht
B
Voor aardolie
C
Voor windkracht
D
Voor palmolie
Slide 27 - Quizvraag
Creatieve oplossingen voor het tegen gaan van de uitstoot van broeikagassen in Duitsland
De uitdaging is om creatieve oplossingen te vinden die niet alleen de uitstoot van broeikasgassen verminderen, maar ook bijdragen aan een betere wereld.
Duitsland is bijvoorbeeld heel actief in de energietransitie, omdat het minder afhankelijk van Russisch aardgas wil zijn. Ook kan klimaatbeleid een bijdrage leveren aan het verkleinen van de kloof tussen rijk en arm.
Duurzame energie zal veel meer lokaal of regionaal worden opgewekt, waardoor arme gebieden veel minder afhankelijk worden van energieprijzen op de wereldmarkt.
Slide 28 - Tekstslide
Het tegengaan van broeikasgassen in Nederland
De grote uitdaging in Nederland is nu om de winning van duurzame energie op te schalen.
Dat is niet zo eenvoudig, omdat het aanbod van wind- en zonne-energie erg variabel is. Als het hard waait of heel zonnig is, raakt het elektriciteitsnet overbelast.
Als het windstil en bewolkt is, moeten oude centrales op basis van fossiele brandstoffen bijdraaien.
Er wordt gezocht naar mogelijkheden om elektriciteit op te slaan, bijvoorbeeld in de accu’s van elektrische auto’s en in waterstof. Als dergelijke technologie rendabel en betaalbaar wordt, zou de energietransitie in een stroomversnelling kunnen komen.
Slide 29 - Tekstslide
Creatief omgaan met het klimaatbeleid
Ook klimaatadaptatie vraagt om creativiteit. Door water gericht meer ruimte te geven, kan schade op cruciale plaatsen worden voorkomen.
Er zijn ook nog altijd landen die moeite hebben met klimaatbeleid. Soms proberen die de klimaatwetenschap onderuit te halen.
Besef dat het makkelijker is om kritiek te leveren dan om iets nieuw te bedenken. Creativiteit is daarmee geen gemakkelijke opdracht.
Slide 30 - Tekstslide
Wat kan je zelf doen aan Klimaatadaptatie?
Slide 31 - Woordweb
Koolstof uit de lucht
In heel de wereld en ook in Nederland In Nederland moeten we gaan proberen de koolstof uit de lucht af te vangen.
We moeten technologieën gebruiken waarbij koolstofdioxide bijvoorbeeld wordt omgezet in zuurstof, of waarbij koolstofdioxide opgeslagen wordt in materialen, waarna je er bakstenen, sterk carbonfiber of brandstof van kan maken.
Er worden wereldwijd al uitvindingen gedaan met kunstbomen en nanobots.
Deze nanobots kunnen in zeeën door een chemische reactie koolstofdioxide veranderen in schelpachtig materiaal.
Slide 32 - Tekstslide
https://www.youtube.com/watch?v=uoWEdw5Y2Dk
Slide 33 - Tekstslide
Wat heb je geleerd deze les?
Slide 34 - Woordweb
Leerdoelen: als je deze paragrafen hebt bestudeerd, kun je:
Uitleggen wat de belangrijkste natuurlijke en maatschappelijke gevolgen van de hedendaagse klimaatverandering zijn.
Interpreteren hoe de belangen van deelnemers aan het debat over het klimaatvraagstuk hun standpunt kan beïnvloeden.
Voorbeelden van klimaatbeleid op verschillende schaalniveaus uitleggen.
Initiatieven op het gebied van klimaatbeleid met elkaar vergelijken aan de hand van een risicoanalyse en bredere doelstellingen.