Bespreking proefwerk lezen B3

Bespreking proefwerk blok 3
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bespreking proefwerk blok 3

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 1
Groente is gekookt vaak zelfs gezonder dan rauw (1p), omdat je allerlei voedingsstoffen beter opneemt als groente bereid/gekookt is (1p). 

Als je je groente kookt, neem je de voedingsstoffen beter op en is het dus gezonder (2p).

Als je groente bereidt, is het beter voor je lichaam (1p). 


Slide 2 - Tekstslide

Vraag 1
In bijvoorbeeld mango zit caroteen. Je lichaam kan daar vitamine A van maken, als je de groente kookt dan worden de celwanden zachter en komt het caroteen makkelijker vrij.

In alinea 2 zeggen ze dat...


Slide 3 - Tekstslide

Aandachtspunten
Formuleren kernzin = je eigen woorden gebruiken

Heb je letterlijk zinnen overgeschreven, dan krijg je de helft van het aantal punten. 



Slide 4 - Tekstslide

Vraag 2
a door middel van een signaalwoord (1p)
b Het signaalwoord Daarbij (0,5p) geeft aan dat er een opsommend verband is tussen de alinea’ (0,5p). 

Want het woord 'daarbij' verwijst naar de voorbeelden in de vorige alinea.



Slide 5 - Tekstslide

Vraag 2
Door een signaalwoord (1p), want daarbij (0,5p) verwijst naar dat celwanden zachter worden en caroteen vrijkomt door gekookte groente.

Want alinea 3 geeft nog extra informatie over het onderwerp van alinea 2.

Herhaling, want ze hebben het weer over het koken van groenten net als in de alinea daarvoor.




Slide 6 - Tekstslide

Vraag 4
a ‘Er gaan … te koken.’
‘Maar bij … zoveel voedingsstoffen.’
b Alle zinnen vanaf ‘Van, pak … 75 milligram.’


Slide 7 - Tekstslide

Vraag 4
'Er gaan veel vitaminen verloren bij koken, dus wellicht denken mensen daarom dat het verstandiger is om groente dan maar helemaal niet te koken. Maar bij de verhitting verdwijnen lang niet zoveel voedingsstoffen. Van, pak 'm beet, vitamine B11 (foliumzuur) is maar zo'n twintig procent foetsie na het kokkerellen. Vitamine C is wel relatief gevoelig voor verhitting, maar zelfs daarvan blijft na bereiding nog voldoende over. Eet je bijvoorbeeld 200 gram gekookte boerenkool, dan krijg je grofweg 85 milligram vitamine C binnen. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor volwassenen is 75 milligram. 

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 3
a als (1p)
b Uitspraak: In plaats van 200 gram bereide spinazie de spinazie rauw zou eten. (1p)
Voorwaarde: je moet al snel 400 gram wegknagen. (1p)

Veelgemaakte fout: 
'Dan' als signaalwoord benoemd. Dat is in deze zin het voegwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 5
a dus (1p)
b Uitspraak: ‘Enzymen uit … onze maag’ of 
Maar die ... onze maag'
Conclusie: pak gerust die pan en kook je groente.

Veelgemaakte fout:
'Maar' als signaalwoord benoemd. 
Dit signaalwoord geeft echter een tegenstelling aan en geen conclusie.

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 6
Als je groenten kookt, gaan er vitaminen verloren. (1p)
Je krijgt makkelijker voedingsstoffen binnen als je rauwe groente eet. (1p)

Alinea 4: stelling 1
'Er gaan veel vitamine verloren bij koken, dus wellicht denken mensen daarom dat het verstandiger is om groente dan maar helemaal niet te koken.

Alinea 5: stelling 2
Aanhangers van die beweging beweren heel fanatiek dat je juist uit rauw voedsel makkelijker voedingsstoffen binnenkrijgt.

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 6
1. (als je ... gram wegknagen) (r. 14 t/m 15)
2. (zo zouden ... of magnetron) (r. 1 t/m 3)

Zo zouden vitaminen als sneeuw voor de zon verdwijnen als je ze verhit in een pannetje of magnetron. 

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 7: bonusvraag
Alinea 2
Niet zelden is groente gekookt zelfs gezonder dan rauw. Je neemt allerlei voedingsstoffen beter op als groente bereid is. Neem caroteen. Dat zit in wortels, maar ook ...

Bewijs
De schrijver probeert met feiten (uit onderzoek) de juistheid van een stelling of theorie aan te tonen. 

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 7: bonusvraag
Alinea 3
Daarbij komt dat koken het makkelijker maakt om veel groente te eten. Als je in plaats van 200 gram bereide spinazie...

Opsomming
De schrijver geeft een aantal meningen, voorbeelden, argumenten, verklaringen of verschijnselen. 
Toelichting
Een algemene stelling of theorie wordt nader uitgelegd of toegelicht. De schrijver geeft onder andere meer voorbeelden of meer gevolgen. 

Slide 14 - Tekstslide

Vraag 7: bonusvraag
Alinea 4
'Er gaan veel vitaminen verloren bij koken, dus wellicht denken mensen daarom dat het verstandiger is om groente dan maar helemaal niet te koken. Maar bij de verhitting ...

Verklaring
De schrijver legt uit hoe een bepaald verschijnsel is ontstaan. 

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 8
a verschijnsel-en-verklaringstructuur (1p)
b In de tekst wordt het verschijnsel besproken dat mensen denken dat rauwe groenten gezonder zijn dan gekookte groenten en in de tekst wordt verklaard hoe dat komt.

Verschijnsel- en verklaringstructuur, want de schrijver beschrijft een mening die mensen hebben over rauw eten en verklaart waarom mensen misschien zo denken. 

Het verschijnsel is dat sommigen denken dat het beter is als je je groente niet kookt, maar in de rest van de tekst wordt verklaard waarom je beter wel je groente kunt koken. 

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 8
Want er wordt iets verteld en in het vervolg wordt er van alles over besproken. 

Maak je antwoord concreet door de inhoud van de tekst erin te verwerken.

Slide 17 - Tekstslide

Vraag 9
Tekstdoel = uitleggen, uitleg geven

Informeren als tekstdoel is ook goedgekeurd.

Niet goed: informerende tekst


Slide 18 - Tekstslide

Vraag 10
Onderwerp aankondigen (1) en een vraag stellen (1).

Leer de vier manieren uit je hoofd!
Dus niet: vraag, probleem aankondigen
Maar: Een vraag stellen, onderwerp aankondigen

Uitleg is niet nodig bij dit type vragen. 

Slide 19 - Tekstslide

Vraag 11
A Door middel van een aankondigende zin (1p).
B Aan het eind van alinea 1 wordt een vraag gesteld waarop in de volgende alinea het antwoord wordt gegeven (1p).

In de eerste alinea wordt het onderwerp aangekondigd door een vraag te stellen die ze in de tweede alinea beantwoorden.

Slide 20 - Tekstslide

Vraag 12
a dus (1p)
b Uitspraak: Mensen zijn geneigd om alles wat een ander verkeerd doet aan die persoon zelf op te hangen. (1p)
Conclusie: De buurman zet de schutting opzettelijk scheef om jou dwars te zitten. (1p)

Slide 21 - Tekstslide

Vraag 13
a want (1p)
b Uitspraak: En dikke kans dat het een mammoet wordt. (0,5p)
Reden: Als de een wraak neemt, zal de ander zich vaak gerechtvaardigd voelen om terug te slaan. (0,5p)

Slide 22 - Tekstslide

Vraag 14
Door gebrek aan erkenning wordt de ander beschuldigd van opzettelijk verkeerd gedrag. (1p)
-> alinea 2 zin 1
Er wordt wraak genomen om duidelijk te maken dat er echt iets aan de hand is. (1p)
-> alinea 4 zin 1

Slide 23 - Tekstslide

Vraag 15
a theorie of verklaring
b toelichting
c gevolgen

Slide 24 - Tekstslide

Vraag 16
a verschijnsel-en-verklaringstructuur (1p)
b De tekst gaat over het verschijnsel van een escalerende ruzie (en de rijdende rechter) (1p). In de tekst wordt verklaard hoe een burenruzie kan escaleren. (1p)

Want het verschijnsel is dat mensen bij De rijdende rechter van een mug een olifant maken en in de rest van de tekst wordt verklaard waarom ze dat doen en er wordt veel uitleg gegeven. 

Slide 25 - Tekstslide

Vraag 16
Want ze geven op zich wel redenen waarom er zo'n groot probleem van wordt gemaakt.

De schrijver verklaart letterlijk de verschijnselen. 

Slide 26 - Tekstslide

Vraag 17

Huis-tuin-en-keukenconflicten escaleren als het probleem door de tegenpartij niet wordt erkend (0,5p), de ander als een verkeerd persoon wordt gezien (0,5p) en als iemand wraak wil nemen (0,5p) om de ander te laten merken dat er echt iets aan de hand is (0,5p).


Slide 27 - Tekstslide

Vraag 17

Een burenruzie kan leiden tot veel ergere ruzies. Zorg dat je het met je buurman uitpraat en het niet uit de hand loopt.

Zorg dat je gelijk naar een rechter gaat. Anders komt er wraak en is het niet meer op te lossen. 

De hoofdgedachte is waarom conflicten zo kunnen uitlopen en hoe. 

Slide 28 - Tekstslide

Vraag 17
1. Hoe ontstaan burenruzies eigenlijk? 
2. Een reden is de mensen elkaar eigenlijk de schuld geven. 
3. En zodra je eenmaal ruzie hebt, maken de meesten het erger door bijvoorbeeld gft-afval over de schutting van de buren te gooien. 

Slide 29 - Tekstslide

Vraag 18
Tekstdoel = uitleggen, uitleg geven

Bron: Waarom maken we van een mug een olifant?

Niet goed: uiteenzettende tekst

Slide 30 - Tekstslide