Feit, mening, standpunt en argument 3

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Planning

Welkom ( 5 minuten)

Herhaling vorige les en huiswerk nakijken (10 min)

Wat leren we vandaag? (10 minuten)

Aan de slag! (52 minuten)

Voorbereiding voor de toets!  (1 minuut)

Evaluatie les (2 minuten)

Wat weet je nog
van de vorige les?

Huiswerk nakijken

Kijk opd. 8  na blz. 41 van § 6 Feit, mening, standpunt en argument en verbeter het!

Wat leren we vandaag?

Doel: 

• Ik kan onderscheid maken tussen feiten, meningen, standpuntren en argument. 

apps.noordhoff.nl

Mening

• Een mening is subjectief. 
• Een mening kan veranderen.

Feit

• Een feit is objectief.
• Je kunt een feit altijd controleren.

Standpunt

Een standpunt = een mening (wat iemand ergens van vindt)

Stelling: "De regering heeft een goed milieubeleid."

Standpunt: "Ik vind dat de regering geen goed milieubeleid voert."

Standpunten herken je aan signaalwoorden als:

ik vind, volgens mij, kortom, alles bij elkaar genomen denk ik dat, dus.

Argument 

Argument = een aangevoerd feit in een discussie om een zienswijze te ondersteunen.

Of met andere woorden:

• Onderbouwen van een standpunt.
  
• Een reden

Aan de slag!

Wat? Maak opd. 6 en 7 blz. 40/41  § 6 Feiten, mening, standpunt en argument

Hoe? Klassikaal

Tijd? 27 minuten

Hulp? Overleg met je schoudermaatje

Klaar? Kijk goed na of je alles hebt opgeschreven

Aan de slag!

Wat? Maak digitaal § 7  Meer lezen

Hoe? Individueel 

Tijd? 25 minuten

Hulp? Overleg eerst met elkaar, mocht je niet uitkomen, dan vraag je het aan de docent

Klaar? Kijk goed na of je alles hebt nagekeken en verbetered!! 

Voorbereiding voor de toets!

Leer de theorie (groene tekst):

- §5 Hoofd- en bijzaken  blz. 30 

- §6 Feit, mening, standpunt en argument blz. 37

- §7 Meer dan lezen online

• Let op leer ook de theorie van § 1 t/m 4 
• Neem LessonUp door (zie Magister)
• Maak de oefentoets en kijk het na (zie Magister)

Evaluatie les 

1. Wat heb je deze les geleerd?
2. Wat ging deze les goed?