In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
H3: Krachten en Constructie
Module: Spannende arbeid
Slide 1 - Tekstslide
Wat is dit?
Slide 2 - Tekstslide
Dit zijn constructies
= Een constructie is een voorwerp dat bestaat uit meerdere onderdelen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Als je zelf een constructie maakt wat is een belangrijk aandachtspunt?
Slide 5 - Woordweb
Een constructie moet stevig en stabiel zijn!
-
Slide 6 - Tekstslide
3.1 Vormen en Profielen
Slide 7 - Tekstslide
Welke vorm komt het meeste voor?
Slide 8 - Tekstslide
Driehoeken en bogen!
Kracht die hierop wordt uitgeoefend wordt verdeeld.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Om de krachten op vierhoeken (vb. ramen, muren) te helpen opvangen, is het gebruik van profielen.
Een profiel is een balk met een specifieke vorm.
De meest gebruikte vormen zijn:
Slide 11 - Tekstslide
Die vorm zorgt ervoor dat de constructie minder zwaar is en toch sterk. De vorm maakt immers dat profielen minder doorbuigen, ze vangen beter duw- en trekkrachten op.
Slide 12 - Tekstslide
3.2 Krachten vs. Constructie
Slide 13 - Tekstslide
Welke krachten zijn belangrijk bij het bouwen van constructies?
Slide 14 - Woordweb
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Kunnen hoge gebouwen gemaakt worden die tegen aardbevingen kunnen?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Video
Slide 21 - Video
Een speciale, maar effectieve manier om krachten op te vangen bij hoge gebouwen, is het gebruik van een grote massa,dempers en veren.
Slide 22 - Tekstslide
Maak van p. 264 t.e.m. p. 267
Slide 23 - Tekstslide
Proefje: sterkte van een blik
vul p. 267 (onderaan) en p. 268 (bovenaan) tegelijk aan
Slide 24 - Tekstslide
Door de cilindervorm van het blik (O-profiel) wordt de drukkracht verdeeld en kan het een zwaarder gewicht behouden.
Maar als er een tik wordt gegeven vanuit de zijkant dan wordt de verdeling onderbroken en gaat het blikje de drukkracht niet meer behouden.
Slide 25 - Tekstslide
3.3 Stabiliteit
Slide 26 - Tekstslide
Herinner je de marshmellow challenge nog?
Slide 27 - Tekstslide
Wat zorgde ervoor dat je een hoge toren kon maken zonder de marshmallow te laten vallen?
Slide 28 - Woordweb
Het oppervlak waarop een constructie staat (= contactoppervlak) speelt een rol in het opvangen van inwerkende krachten
Groter contactoppervlak
Kleinere druk
Slide 29 - Tekstslide
Maak p. 268 onderaan
Slide 30 - Tekstslide
3.4 Soorten Materialen
Slide 31 - Tekstslide
Zie Bijlage A:
p. 275
Slide 32 - Tekstslide
Natuurlijke materialen = oorsprong van de natuur (planten en dieren) , Niets aan bewerkt
Kunstmatige materialen = Gemaakt /Bewerkt door de mens
Slide 33 - Tekstslide
Trek snel een foto van iets dat uit een kunstmatig materiaal bestaat
Slide 34 - Open vraag
Trek snel een foto van iets dat uit een natuurlijk materiaal bestaat
Slide 35 - Open vraag
Wat merk je op?
We maken weinig gebruik nog van natuurlijk materiaal omdat ze niet lang kunnen gebruikt worden en omdat het ook niet milieuvriendelijk is (zoals bv: rubber of leder)
Slide 36 - Tekstslide
Maak tot p. 270 bovenaan
Slide 37 - Tekstslide
Herhaling
Slide 38 - Tekstslide
Hoe kleiner het contactoppervlak, hoe groter de oppervlaktedruk die de constructie uitoefent.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 39 - Quizvraag
Een manier om krachten op te vangen bij hoge gebouwen
A
Kleine massa
B
Dempers
C
Kleine bouwen
D
Rechthoekig bouwen
Slide 40 - Quizvraag
Als er een wervelwind tegen een gebouw komt dan is er sprake van
A
Trekkracht
B
Drukkracht
C
Torsiekracht
D
Buigkracht
Slide 41 - Quizvraag
Welke vorm is het stevigst?
A
Een vierhoek
B
Een ruit
C
Een cirkel
D
Een driehoek
Slide 42 - Quizvraag
Welk profiel heeft een blik?
A
Een T-profiel
B
Een H-profiel
C
Een O-profiel
D
Een U-profiel
Slide 43 - Quizvraag
Welke categorie hoort WEL thuis bij de kunstmatige materialen?