Grammar: yes/no answers and word order

Short yes/ no - answers
It's about being polite
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Short yes/ no - answers
It's about being polite

Slide 1 - Tekstslide

Yes
yes + voornaamwoord + eerste ww 

Does he work at this store?   - Yes, he does 
Are you all right?   - Yes, I am 
Can they walk faster?  - Yes, they can  

Slide 2 - Tekstslide

No 
No + voornaamwoord + eerste ww + not 

Does he work at this store? - No, he does not / doesn't
Are you all right? - No, I am not
Can they walk faster? - No, they cannot / can't  

Slide 3 - Tekstslide

Do you like hanging out with friends?
A
Yes
B
No
C
Yes, I do
D
No, I do

Slide 4 - Quizvraag

Have you got any idea where my phone could be?
A
Yes
B
No
C
Yes, I do
D
No, I haven't

Slide 5 - Quizvraag

Can he play with his football somewhere else?
A
Yes, he can
B
No
C
No he can not
D
Yes

Slide 6 - Quizvraag

Adverbs! 
Bijwoorden 

Slide 7 - Tekstslide

Bijwoorden van frequentie  
= Hoe vaak 

1. Voor het hoofdwerkwoord 
I always do my homework.

2. Na een vorm van to be (am/ are/ is/ was/ were)
I am never ill. 

Slide 8 - Tekstslide

Bijwoorden van plaats 
EERST PLAATS DAN TIJD (denk aan alfabet)

The dog was found in the park a week ago. 

Slide 9 - Tekstslide

Bijwoorden van tijd 
1. Aan het eind van de zin
The  man was caught while he was robbing a bank this morning. 

2. Aan het begin van de zin
This morning, he was caught when he was robbing a bank. 

Slide 10 - Tekstslide

Word order:
bijwoorden van tijd (wanneer) plaats je....
A
altijd aan het begin van de zin
B
meestal aan het einde van de zin
C
altijd aan het einde van de zin
D
het maakt niet uit waar je het zet

Slide 11 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
You are usually too pessimistic about your chances.
B
You usually are too pessimistic about your chances.

Slide 12 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
All the players of the team practise frequently penalties.
B
All the players of the team frequently practise penalties.

Slide 13 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
We are often worried about Jeremy's health.
B
We often are worried about Jeremy's health.

Slide 14 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
Karim is always busy at the weekend.
B
Karim always is busy at the weekend.

Slide 15 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
My sister wears rarely her hair loose.
B
My sister rarely wears her hair loose.

Slide 16 - Quizvraag

Choose the correct place
Plaats het bijwoord van frequentie op de juiste plek in de zin
A
He takes often on too many tasks at work.
B
He often takes on too many tasks at work.

Slide 17 - Quizvraag